In de steinerdoctrine, die het antroposofisch onderwijs schraagt en volledig doordringt, zitten verscheidene elementen die het jongeren moeilijk maakt om de goede relaties met hun omgeving te onderhouden. Een voorbeeld daarvan is de in het antroposofisch onderwijs gebruikte ‘menskunde’.
Deze door Rudolf Steiner aangereikte manier om naar mensen te kijken, heeft erin Duitsland voor gezorgd dat Steiners ‘Geisteswissenschaftliche Menschenkunde’3 door de Bundesprüfstelle für jugendgefährdende Medien (Bondscommissie beoordeling gevaarlijke media voor jongeren) van het Bundesfamilienministerium is bestempeld als ‘aanzettend tot rassenhaat en discriminatie’.4 Het boek mag enkel nog worden uitgegeven op voorwaarde dat het geannoteerd wordt. Steiners menskunde waarop het antroposofisch onderwijs zich baseert, bevat niet alleen discriminerende en racistische elementen, maar wijkt ook dermate af van de wetenschappelijke consensus inzake evolutie van de mens als individu en de mensheid in het algemeen, dat het aannemelijk is dat kinderen die vanuit de antroposofische menskundige inzichten opgevoed en gevormd worden, gedesoriënteerd raken.
In die zin wordt hen geweld aangedaan doordat wanneer deze jongeren de school verlaten en zich moeten beroepen op hun zelfstandig denken, zij worden geconfronteerd met een samenleving waarin het heersende wereldbeeld op een pluralistische en wetenschappelijke manier is opgebouwd en waar hun ‘meegekregen’ wereldbeeld haaks op staat. Ze vinden weinig of geen aansluiting met de ‘gewone’ maatschappij.
‘… de pedagogiek van de steinerschool beroept zich op de techniek van de indoctrinatie. Ze bestaat daaruit leerinhouden, gedrag en denkrichting stevig te verbinden. Ze wordt ondersteund door onzekerheden. Onzekerheden die enkel en alleen op de aanname berusten dat de ‘Doktor’ als bovenzinnelijk fotograaf iets heeft vastgehouden wat de blinde zintuigen ook eenmaal zullen kunnen zien. Er is geen andere pedagogiek die met zo’n eenzijdigheid op de beweringen van een iemand steunt, waaronder enkele hoogst bedenkelijke, die met de overheersende toon van bovenwereldse wijsheid en inzicht worden verkondigd. (…) De leraar blijft in de steinerwereld, maar de kinderen en de studenten moeten ze verlaten en hebben daar vaak zwaar onder te lijden. Of het moet zijn dat ze als steinerschoolleraar in de zekere haven van de steinerwereld terugkeren. ‘
(Professor Algemene Didactiek, Klaus Prange, in ‘ Mission Klassenzimmer. Zum Einfluss von Religion und Esoterik auf Bildung und Erziehung’, Alibri Verlag 2005)
Noten
3 R. Steiner, Geisterswissenschaftliche Menschenkunde, GA 107, RSV 1988
4 ‘in Teilen als zum Rassenhass anreizend bzw. als Rassen diskriminierend anzusehen’, BPjM, 06/9/2007
Reageren kan onder deel 1.
1 thought on “Ideologisch geweld (2)”
Comments are closed.