Het verschijnen van het artikel ‘Vrije Scholen op de tweesprong’ (Driegonaal, december 2007) deed heel wat stof opwaaien en leidde volgens de redactie van Driegonaal tot een grote stroom reacties. In het vervolgartikel dat in het juninummer werd gepubliceerd geeft John Hogervorst weer dat veel mensen de in het decembernummer beschreven problematiek herkennen.
Wat sterk naar voor komt is dat steinerscholen op zoek zijn naar hun identiteit en dat ze worstelen met het bieden van onderwijs dat voldoet aan de eisen van onderwijsinspectie, maar ook aan wat in principe van iedere school verwacht mag worden.
Het gaat dan in de eerste plaats om wat kinderen minimaal zou moeten worden aangeboden, zoals een veilige omgeving en een stimulerend klimaat waarin kan geleerd worden. Maar ook gaat het om het aangaan en het onderhouden van het gesprek met ouders en het nakomen van afspraken. Dit zijn zaken waar iedere school in zou moeten voorzien en waarmee steinerscholen het moeilijk hebben.
Of steinerscholen bewust voor deze moeilijkheden kiezen of niet is maar de vraag. Dat de door Hogervorst aangehaalde problemen in steinerscholen al decennia lang opspelen doet het vermoeden rijzen dat erdoor de mensen die de richting waarin de scholen ontwikkelen wordt uitgegaan van iets onoverkomelijks. Anders zou het probleem toch al eerder zijn aangepakt. Of is het gewoon onkunde of onwil?
Over welke problemen had Hogervorst het in het spraakmakende artikel? Problemen waarover een lezer die beroepsmatig steinerscholen bezoekt het volgende wist te vertellen: ‘Ik kan zo twaalf tot vijftien scholen steinerscholen opnoemen die de strekking van het artikel bevestigen’. (Vrije Scholen op de tweesprong. Een nadere plaatsbepaling – Driegonaal nummer 1/2 – juni 2008.)
Het ging over een combinatie van verscheidene feiten waarvan hieronder enkele zijn opgesomd.pdf:
– leraren die te laat komen
– budgetten voor zorgleerlingen die niet voor die leerlingen worden gebruikt (zie inspectieverslag steinerschool Leuven en deze klacht)
– leerlingen die van school worden gestuurd omdat de relatie tussen ouders en leraren stroef loopt (zie ‘Gewoon doen alsof ze niet bestaan…of negeren’)
– huiswerk dat door de kinderen van de leraar i.p.v. door de leraar zelf wordt verbeterd en waarin verbeterfouten staan (zie ‘Naschool thuisonderwijs‘)
– leraren die niet weten wat doen met hoogbegaafde kinderen die dat op de kinderen en hun ouders verhalen (ga eens snel met je kind naar een psychiater)
– geweld op het schoolplein; er wordt nauwelijks gespeeld, maar wel geslagen en geschopt (vergelijk met het satirische artikel ‘Antroposofisch voetballen’ van een oudleerling van de steinerschool)
– leraren die benoemd worden tot schoolleider omdat ze hun klas niet meer aankunnen of omdat ze vanwege een hoge hypotheek meer inkomen nodig hebben
– leraren die ouders die bezorgd zijn omdat het algemeen niet goed gaat in de klas (er zijn bv. al enkele leerlingen door hun ouders uit de klas gehaald) afwimpelen met antroposofisch geleuter om zo het probleem niet hoeven aan te pakken
Hogervorst durft het in het juninummer zelfs nog scherper te stellen door te beweren dat er achter elk door hem aangehaald voorbeeld nog eens tien andere staan. Ik kan Hogervorst daarin bijtreden, net zoals ik hem bijtreed wanneer hij zegt dat hij zou willen dat het artikel een ernstige misstap zou zijn geweest. Want dan zouden bovengenoemde problemen weliswaar niet onbestaande zijn, maar tenminste niet representatief zijn voor de steinerscholen. Dat zijn ze dus wel, waarmee het kritische artikel van Hogervorst meer dan terecht is.
Waarschijnlijk wist hij dat als redacteur van een vooraanstaand antroposofisch tijdschrift goed genoeg. Hij kent de ‘kleine keuken’ van antroposofische instellingen volgens mij beter dan sommige mensen die er gewoon hun job uitoefenen.
Ramon DJV
Driegonaal zet geen actuele artikels online. Een uittreksel van het artikel waarin enkele van de hierboven aangehaalde problemen in steinerscholen voorkomen vind je hier als pdf.