Racismedebat

Er is in de werken van Steiner geen sprake van discriminatie, racisme of een rassenleer. Dat lijkt de uitkomst te zijn van het eindrapport van de commissie Van Baarda. Conclusies die ook als basis dienden voor het vorige maand in Duitsland, want ook daar woedt de racismediscussie, verschenen racismerapport ‘Frankfurter Memorandum’.

De commissie bracht in april 2000 haar eindrapport uit. Zij concludeerde dat er in het werk van Rudolf Steiner (1861 – 1925) géén sprake is van een rassenleer noch van uitspraken die zijn gedaan met het oogmerk om personen of groepen te beledigen wegens ras en die daarom racistisch genoemd kunnen worden. De commissie beklemtoonde dat het antroposofisch mensbeeld van Rudolf Steiner juist is gebaseerd op de gelijkwaardigheid van alle individuen en niet op de vermeende superioreit van het ene ras boven het andere.

Geen rassenleer. Geen racisme. De commissie is heel duidelijk. Maar wanneer het over discriminatie gaat, lijkt het alsof de commissie in een mistbank is terechtgekomen. Tenminste als ik erop mag vertrouwen dat de Antroposofische Vereniging Nederland, die ik hier als bron gebruik, de conclusies van de commissie correct weergeeft.

In totaal heeft de commissie 245 relevante citaten uit het 89.000 pagina’s tellende verzameld werk van Steiner onderzocht. Op die manier beoordeeld, bevat het werk volgens de commissie een klein aantal uitspraken die naar de huidige maatstaven een discriminerend karakter dragen of die als discriminerend kunnen worden ervaren. Zestien van de 245 onderzochte uitspraken zouden – wanneer ze in deze tijd op eigen gezag in het openbaar worden uitgedragen – strafbaar zijn wegens discriminatie, meent de commissie.

Hoezo, discriminerend karakter of als zodanig kunnen worden ervaren? Zijn die uitspraken nu discriminerend of niet? Een aantal antroposofen vond in ieder geval dat de commissie Rudolf Steiner en zijn antroposofie geen dienst bewees en trok van leer tegen de uitkomst van het rapport. Jan Luiten, die volgens een artikel op Stelling.nl een van hen was, reageerde op deze site op het artikel ‘Vraagstuk II’, waarna deze site even het platform voor een echt racismedebat (40 reacties) werd. Uit Jans reactie is enigszins te begrijpen waarom hij niet zo blij is met het rapport Van Baarda.

De anthroposofie heeft de wereld veel te bieden maar tot nu toe zijn de anthroposofen te sektarisch bezig geweest.
Zo is bijvoorbeeld het idee van de sociale driegeleding, een nieuwe grondstruktuur voor de maatschappij, niet uit de verf gekomen (hoewel het in deze tijd, waar we eerst het socialisme nu het kapitalisme onder zien gaan, brood nodig zou zijn). Nu zoekt de wereld de anthroposofie en vindt daar in eerste instantie racistische uitspraken/racisme.
Graag had ik deze uiteenzetting positiever gezien, maar er is er nu in ieder geval één op het gevaar af dat we ondergaan. Dus eigenlijk erop of eronder.
Natuurlijk is Steiner geen racist: gelijke rechten voor iedereen, ongeacht huidskleur, sexe, geloof, volk, taal etc. klinkt het vanuit de sociale driegeleding.

Ik kan Jan hierin eigenlijk niet tegenspreken en dat wil ik ook niet. Maar de theorie is natuurlijk nog altijd iets anders dan de praktijk. Nu is Jan Luiten het ook met mij eens wanneer ik stel dat de uitspraken van Steiner wel kritisch tegen het licht mogen worden gehouden.

Ik ben het met je eens: men heeft volkomen het recht uitspraken van Steiner kritisch te bekijken, en het is begrijpelijk dat de inmiddels overbekende citaten vragen en irritatie oproepen. Men kan daar aanstoot aannemen.
Als je ze echter als racistisch interpreteert zijn ze niet in overeenstemming met wat de anthroposofie wil. Ze passen dan niet logisch binnen het geheel van de anthroposofie.

Nu is logica niet altijd te volgen, maar ik begrijp wel dat het moeilijk te vatten is dat iemand zoals Steiner, die er een holistische visie op nahield en in zijn wereldbeschouwing de mens een centrale plaats bedacht, zich discriminerend zou hebben uitgelaten. Anderzijds, waarom zou dat niet hebben gekund? Hij zal toch ook zijn gebreken hebben gehad? Maar waar Jan Luiten en ik het dus over eens zijn, is dat die uitspraken kritisch mogen worden bekeken. Nu heeft Floris Schreve, die hier onder andere al in ‘Repliek’, ‘Steiner hat gesagt’ en ‘Eerst blazen dan aftocht’ ter sprake is gekomen en vanwege zijn degelijke reacties een welkome gast is, een aantal van de gewraakte uitspraken van Steiner kritisch onderzocht. Hij heeft die niet uit de context gehaald, zodat we hem dat al niet onder de neus kunnen wrijven. Bovendien heeft hij enige affinitiet met antroposofie, als ik dat zo mag zeggen.

Ik kom uit een achtergrond die de antroposofie zeker welgezind is (of was), dus ben wel enigszins vertrouwd met de antroposofische manier van redeneren. Maar voor mij is toch wel duidelijk dat de antroposofie meer een ‘levensbeschouwing’ is dan een ‘wetenschap’. Dat zal denk ik niemand bestrijden, behalve antroposofen zelf.
Maar goed, ik vind dit niet zo’n probleem. Wat ik wel een probleem vind is dat de antroposofie een zeer bedenkelijke rassenleer voorstaat. Al zeggen veel antroposofen dat Steiner er later afstand van heeft genomen heeft hij deze anderhalf jaar voor zijn dood nog eens stevig uitgedragen (in ‘Vom Leben des Menschen und der Erde’, in 1923). De uitspraken die hij in die lezingencyclus heeft gedaan liegen er niet om, al heeft hij ze niet zo ‘theoretisch’ onderbouwd als in zijn hoofdwerk over ‘rassen’, ‘Die Mission einzelner Volksseelen’, 1910.

Floris lijkt wel heel zeker van zijn zaak te zijn, want in een volgende reactie schrijft hij:

1. Ik laat zien dat de antroposofie, zoals die door Steiner is vormgegeven, wel degelijk een ernstig racisme probleem heeft, ondanks de bezweringsformule van de Commissie van Baarda ‘géén sprake van rassenleer’. Ik doe dat op grond van de teksten van Steiner zelf en dus niet op basis van van der Tuin en Zondergeld.

2. Ik leg geen verband tussen Steiner zelf en het nationaal socialisme. Dat hoeft ook helemaal niet, want ook principiele tegenstanders van Hitler, zoals bijvoorbeeld Winston Churchill, hielden er soms ook wat racistische opvattingen op na.

Verder beoordeel ik Steiner op zijn eigen woorden, qua rassenleer vooral uit ‘Die Mission einzelner Volksseelen’ (de originele tekst, dus niet de afgezwakte Pentagonvertaling) en ben ik tot de conclusie gekomen dat Steiner er een uitgewerkte en welomschreven rassenleer op na hield, wat het van Baarda rapport ook mag beweren met de meest kromme argumenten (allemaal behandeld, zie mijn eerste artikel).

Deze Floris maakt het me eigenlijk heel gemakkelijk, want het enige dat ik hoef te doen, is te gaan kijken welke uitspraken van Steiner hij aanhaalt en die hier weergeven. Zaak is echter dat we die uitspraken, zoals Jan Luiten aanhaalt, niet als racistisch gaan interpreteren. Gewoon bekijken en onderzoeken. Opgelet: het wordt wel een hele opsomming. Benieuwd wat eruit de bus komt.

  1. Steiner: ‘‘Der Afrikanische Punkt entspricht denjenigen Kräften der Erde, welche dem Menschen die ersten Kindheitsmerkmale aufdrücken, der asiatische Punkt denjenigen, welche dem Menschen die Jugendmerkmale geben, und die reifsten Merkmale drückt dem Menschen der entsprechende Punkt im europäischen Gebiete auf. Das ist einfach ein Gesetzmäßigkeit. Da alle Menschen in verschiedenen Reinkarnationen durch die verschiedenen Rassen durchgehen, so besteht, obgleich man uns entgegenhalten kann, daß der Europäer gegen die schwarze und die gelbe Rasse einen Vorsprung hat, doch keine eigentliche Benachteilung’ (’Die Mission’, p. 80-81) en ‘Dann sehen wir später eine Herüberbewegung des Menschen nach der westlichen Richtung, und in der Verfolgung der rassebestimmende Kräfte nach Westen können wir dann das Absterben in den Indianen beobachten. Nach Westen mußte die Menschheit gehen, um als Rasse zu sterben’ (p. 81-82).
    Ik beschouw dit, neem me niet kwalijk, als een buitengewoon racistische tekst en ik denk dat ik niet de enige ben die daar zo over denkt.
    En wat betreft eigen onderzoekingen; Steiner beweert alles te kennen uit helderziende openbaringen. Alleen, wel toevallig dat veel bijna letterlijk lijkt te zijn overgenomen van bijvoorbeeld Helena Blavatsky. Of veel van zijn opvattingen over rassen van ene meneer Carus, die een verhandeling over schedelmeten heeft geschreven.  
  2. En dan deze teksten, uit 1923, dus twee jaar voor zijn dood. Ben dus benieuwd wanneer hij dan afstand zou hebben gedaan van zijn rassenleer. Uit ‘Vom Leben des Menschen und der Erde’, de lezing ‘Farbe und Menschenrassen’:‘Und weil er eigentlich das Sonnige, Licht und Wärme, da an der Körperoberfläche in seiner Haut hat, geht sein ganzer Stoffwechsel so vor sich, wie wenn in seinem Innern von der Sonne selber gekocht würde. Daher kommt sein Triebleben. Im Neger wird da drinnen fortwährend richtig gekocht, und dasjenige, was dieses Feuer schürt, das ist das Hinterhirn (..) Der Neger hat nicht nur dieses Kochen in seinem Organismus, sondern er hat auch noch ein furchtbar schlaues und aufmerksames Auge. Er guckt schlau und sehr aufmerksam’‘Gehen wir jetzt vom Schwarzen zum Gelben herüber. Beim Gelben-das ist schon verwandt mit dem Roten-ist es so, daß das Licht etwas zurückgeworfen wird, viel aber aufgenommen wird. Also da ist es schon so, daß der Mensch mehr Licht zurückwirft als beim Schwarzen. Der Swarze ist ein Egoist, der nehmt alles Licht und Wärme auf’’Der Gelbe, von der mongolischen Bevölkerung, der gibt schon etwas Licht zurück, aber er nimmt auch viel Licht auf. Er begnügt sich mit weniger Licht, das kann nun nicht im ganzen Stoffwechsel arbeiten. Da muß der Stoffwechsel schon auf seine eigene Kraft angewiesen sein. Das arbeitet nämlich in der Atmung und in der Blutzirkulation. Also beim Gelben, beim Japaner, beim Chinesen, da arbeitet das Licht und die Wärme hauptsächlich in der Atmung und der Blutzirkulation. Wenn Sie je einem Japaner begegnet sind, so werden Sie bemerkt haben, wie dr auf seine Atmung achtet. Wenn er mit Ihnen redet, hält er sich immer zurück, daß die Atmung so recht in Ordnung ist. Er hat ein gewisses wohlgefühl an die Atmung (…) Der Neger ist viel mehr auf Rennen und auf die äußere Bewegung aus, die von dem Trieben beherrscht ist. Der Asiate, der Gelbe, der entwickelt mehr ein innerliches Traumleben, daher ganze asiatische Zivilisation dieses Träumerische hat. Also ist er nicht mehr so in sich bloß lebend, sondern er nimmt schon vom Weltenall etwas auf. Un daher kommt es, daß die Asiaten so wunderschöne Dichtungen über das ganze Weltenall haben. Der Neger hat das nicht’.Und so ist es wirklich ganz interessant: Auf der einen Seite hat man die Schwarze Rasse, die am meisten irdisch ist. Wenn sie nach Westen geht stirbt sie aus. Man hat die gelbe Rasse, die mitten zwischen Erde und Weltenall ist. Wenn sie nach Osten geht, wird sie braun, gliedert sich sich zu viel dem Weltenall an, und stirbt aus. Die Weiße Rasse ist die zukünftige, ist die am Geiste schaffende Rasse. Wie sie nach Indien gezogen ist, bildete sie die innerliche, poetische, dichterische, geistige indische Kultur aus. Wenn sie jetzt nach westen geht, wird sie eine Geistigkeit ausbilden, die nicht so sehr den innerlichen Menschen ergreift, aber die äußere Welt in ihrer Geistigkeit begreift’.Allemaal vlak voor zijn dood uitgesproken, dus van afstand nemen lijkt mij niet echt sprake. Het lijkt mij toch dat er een probleempje is. Ik hoop overigens wel dat de antroposofen van nu dit op een goede manier kunnen oplossen. Mijn zegen hebben ze. Maar begin met de erkenning dat er sprake is van rassenleer. Tragisch maar helaas.Update: na het schrijven van deze tekst kreeg ik via mail nog een aanvulling van Floris die het vorige verduidelijkt.

    De volledige quote uit Von Leben des Menschen, wanneer Steiner spreekt van ‘heutige Soziale leben’ is:

    ‘Da kommt heute für uns zunächst dasjenige in Betracht, was am meisten interessant ist, nämlich die menschliche Farbe selber. Sie wissen ja, daß über die Erde hin die Menschen verschiedene Farben zeigen. Von den Europäern, zu denen wir gehören, sagt man, sie seien die weiße Rasse. Nun, sie wissen ja, eigentlich ist der Mensch in Europa nicht ganz gesund, wenn er käseweiß ist, sondern er ist gesund, wenn er seine naturfrische Farbe, die er im Innern selber erzeugt, durch das Weiße nach außen zeigt’. Hij vervolgt met: ‘Nun haben wir aber außer dieser europäischer Hautfarbe noch vier hauptsächliche andere Hautfarben. Und das wollen wir heute ein bißchen betrachten, weil man eigentlich die ganze Gesichte und das ganze soziale Leben, auch das heutige soziale Leben, nur versteht wenn man auf die Rasseneigentümlichkeiten der Menschen eingehen kann. Un dann kann man ja auch erst im richtigen Sinne alles Geistige verstehen, wenn man sich zuerst damit beschäftigt, wie dieses Geistige im Menschen gerade durch die Hautfarbe hindurch wirkt’ (p. 52).

     Voor de duidelijkheid, het tweede figuurtje (van ‘Diese Linie’) hoort bij dit citaat uit de Volkszielen: ‘Diese Linie ( zie fig. 1) besteht auch für unsere Zeit. Der Afrikanische Punkt entspricht denjenigen Kräften der Erde, welche dem Menschen die ersten Kindheitsmerkmale aufdrücken, der asiatische Punkt denjenigen, welche dem Menschen die Jugendmerkmale geben, und die reifsten Merkmale drückt dem Menschen der entsprechende Punkt im europäischen Gebiete auf. Das ist einfach ein Gesetzmäßigkeit. Da alle Menschen in verschiedenen Reinkarnationen durch die verschiedenen Rassen durchgehen, so besteht, obgleich man uns entgegenhalten kann, daß der Europäer gegen die schwarze und die gelbe Rasse einen Vorsprung hat, doch keine eigentliche Benachteilung. Hier ist die Wahrheit zwar manchmal verschleiert; aber Sie sehen, man kommt mit Hilfe der Geheimwissenschaft doch auf merkwürdige Erkentnisse”. Merkwaardig is het inderdaad, maar duidelijker kun je het niet krijgen. ‘Het is gewoon een wetmatigheid’. Maar hij gaat door: “Dann sehen wir später eine Herüberbewegung des Menschen nach der westlichen Richtung, und in der Verfolgung der rassebestimmende Kräfte nach Westen können wir dann das Absterben in den Indianen beobachten. Nach Westen mußte die Menschheit gehen, um als Rasse zu sterben.” (p. 81-82).
     
    Nu is het echt compleet (voorlopig althans) (einde update)

  3. PS voor de goede orde, ik heb het niet over minder rechten. Daar heb ik Steiner inderdaad nooit over gehoord. Maar dan ben je nog niet klaar met racisme. Het toeschrijven van bepaalde kwaliteiten of tekortkomingen aan rassen is namelijk ook racistisch ( dat zwarten zo heerlijk kinderlijk zijn bijvoorbeeld, is zelfs buitengewoon racistisch).
    Het uitsterven van de indianen was trouwens een ‘wetmatigheid’. Volgens mij kom je dan wel enigszins in de rechtssfeer, nl het recht op leven.  
  4. Bij deze nog een heel recente illustratie van internet, geplaatst op een antroposofische site, met de bedoeling Steiners visie op rassen uit te leggen.
  5. Nog een laat tegemoetkomertje voor Jan Luiten. Op de site waar ik zelf NB een linkje plaatste vond ik dit Steiner citaat:“Wenn noch in unserer Zeit Reste der alten atlantischen Unterschiede, der alten atlantischen Gruppenseelenhaftigkeit vorhanden sind, so daß man noch sprechen kann davon, daß die Rasseneinteilung noch nachwirkt – was sich vorbereitet für den sechsten Zeitraum, das besteht gerade darinnen, daß der Rassencharakter abgestreift wird. Das ist das Wesentliche. Deshalb ist es notwendig, daß diejenige Bewegung, welche die anthroposophische genannt wird, welche vorbereiten soll den sechsten Zeitraum, gerade in ihrem Grundcharakter dieses Abstreifen des Rassencharakters aufnimmt, daß sie nämlich zu vereinigen sucht Menschen aus allen Rassen, aus allen Nationen und auf diese Weise überbrückt diese Differenzierung, diese Unterschiede, diese Abgründe, die zwischen den einzelnen Menschengruppen vorhanden sind. Denn es hat in gewisser Beziehung physischen Charakter, was alter Rassenstandpunkt ist, und es wird einen viel geistigeren Charakter haben, was sich in die Zukunft hinein vollzieht.Daher ist es so dringend notwendig, zu verstehen, daß unsere anthroposophische Bewegung eine geistige ist, die auf das Spirituelle sieht, und gerade das, was aus physischen Unterschieden herrührt, durch die Kraft der geistigen Bewegung überwindet. Es ist ja durchaus begreiflich, daß eine jede Bewegung sozusagen ihre Kinderkrankheiten hat und daß man im Anfang der theosophischen Bewegung die Sache so dargestellt hat, als wenn sozusagen die Erde in sieben Zeiträume zerfiele – man nannte das Hauptrassen – und jede der Hauptrassen in sieben Unterrassen; und daß das alles sich so stetig wiederholen würde, so daß man immer von sieben Rassen sprechen könnte und sieben Unterrassen. Aber man muß über die Kinderkrankheiten hinauskommen und sich klar sein darüber, daß der Rassenbegriff aufhört eine jegliche Bedeutung zu haben gerade in unserer Zeit.” (Lit.: GA 117, S 152)Dit lijkt me wel in overeenstemming met de beweringf van Jan Luiten dat de rasverschillen in onze tijd niet meer belangrijk zijn. Deze uitspraak is afkomstig uit GA 117, dus vóór ‘Die Mission…’ (dat is GA 123). 
  6. Heb de verklaring voor het bovenstaande citaat gevonden. Met de de Hauptrassen en de Unterrassen neemt Steiner afstand van de terminologie van Helena Blavatsky, zoals zij die uiteen heeft gezet in de Geheime Leer. Zij gebruikt de term ‘Root-races’ en ’sub-races’. Bedoeld worden hiermee de ‘Wortelrassen’ en de ‘Onderrassen’.
    Nu is het zo dat in de antroposofie en theosofie ‘wortelrassen’ staan voor tijdperken. Zo heb je Lemurische wortelras en het Atlantische wortelras. Met subraces of onderrassen worden de ‘cultuurperiodes’ bedoeld. In het huidige na-Atlantische bijv. de Oud Indische cu;tuurperiode, de oud-Perzische, enz.
    Nu is het aardige dat verdedigers van de antroposofie altijd in de voorste linies staan om uit te leggen dat de term wortelrassen niets met de huidige mensenrassen te maken hebben. Maar als Steiner deze termen uiteindelijk verwerpt wordt het wel weer ingezet om aan te tonen dat Steiner onderscheid tussen rassen verwerpt. Het lijkt me of het een of het ander, niet iets om selectief in te zetten wanneer het opportuun is.  
  7. Er is wel degelijk een connectie met de wortelrassen en de bestaande mensenrassen (indianen zijn bijv. te voeg ‘verharde’ Atlantiërs, maar in principe gaat het om tijdperken. het theosofische ‘Rootrace’ werd ‘Zeitalter’ en ’subrace’ werd ‘Kultur Epoche’.  
  8. Steiner heeft dus afstand genomen van die terminologie, niet van de inhoud. En wat betreft de mesenrassen is het nog altijd het vijfdelige astrologische model en het vierdelige leeftijdsfase model uit de Volkszielen, t/m het driedelige model uit Vom Leben des Menschen und der Erde. Daar heeft hij geen afstand van genomen. Het spijt me dus wederom voor de antroposofische verdedigers van Steiner, ook dit verhaal is helaas niet waar. We kunnen rustig stellen dat Steiner tot aan zijn dood er een rassenleer opna hield, waarin het Arische ras ofwel het meest volwassen was, ofwel de grootste brenger was van het licht. Ik kan het niet leuker maken dan het is.  
  9. Zie hier het originele model van Helena Blavatsky uit de Geheime Leer, waarvan Steiner de terminologie heeft veranderd
  10. Om nog een keer de connectie tussen Rudolf Steiner en Helena Blavatsky uit te leggen en hoe hun beider visies op rassen aan elkaar verwant is, een fragment uit mijn eerste artikel. Neem aan dat het dan uitvoerig is toegelicht:Hoewel de meer orthodoxe antroposofen graag doen geloven alsof het meeste door Steiner zelf bedacht is, heeft hij een groot deel overgenomen van het gedachtegoed van Helena Petrovna Blavatsky (1831-1891), een Russisch medium en de grondlegster van de Theosofie. Dit is trouwens een ernstig taboe in rechtzinnige antroposofische kringen; Steiner is nu eenmaal uniek en alles is aan hem geopenbaard. Hooguit wordt er door gelovige antroposofen gezegd dat zij beiden door hun gaven hetzelfde zagen, maar dat Steiner itt Blavatsky ook daadwerkelijk begreep wat hij middels zijn gaven kon waarnemen. Bram Moerland zegt overigens dat Steiner Blavatsky simpelweg geplagieerd heeft (p. 17). Dat is inderdaad de enige conclusie als je de mogelijkheid van helderziende waarneming uitsluit; nergens doet Steiner aan bronvermelding. Maar niemand kan ontkennen dat de banden er zijn. De breuk met de Theosofie was een pijnlijke, maar de invloed van Blavatsky op het antroposofische denken is onmiskenbaar.  
  11. ‘Alles wat bij de Toeraniërs decadent was, werkte eliminerend en omvormend bij het Hebreeuwse volk’, uit ‘Het Mattheus-Evangelie’ (niet te verwarren met het Evangelie uit de Bijbel, maar Steiners lezingencyclus uit 1910). Dit lijkt waarempel nog een antisemitische uitspraak. Steiner vervolgt met: ’dat de oude Atlantische helderziendheid bij de Hebreeuwen zich niet manifesteerde in een lager astraal helderzien, maar naar binnen sloeg en het innerlijk leven organiseerde’. Verder zegt Steiner: ‘De prometheïsche denkkracht, die de Arisch-Kaukasische mensheid in de na-Atlantische periodes moest ontwikkelen, wordt vooreerst met het hoge rotsgebergte van het hoofd verbonden, het Jupiter-denken krijgt een zetel in de hersenen’. Dit soort praat kenden we al uit ‘de Volkszielen’. Wat is die ‘Brug’ toch een bruikbare bron van informatie, hoe alles zo ongeremd en ongeneerd het web op wordt geslingerd. Verder staat er dat zowel de Chinezen als de Semieten afstammen van de ‘Oer-Toeraniërs’ (daarom zijn ze allebei ‘goed in de handel’) en staan de Chinezen in een ‘Luciferisch licht’. Beide rassen (Chinezen en Semieten) zijn overigens ‘zeer oorlogszuchtig’. Het verhaal van de ‘Oer-Toeraniërs’ staat ook nog uitgebreid beschreven in de ‘Akasha-kroniek’. Zij gebruikten hun krachten slechts voor ‘het bevredigen van hun grillige wensen en begeerten’ (p 31-32). Nee er is echt ‘géén sprake van rassenleer’.  
  12. Natuurlijk, het begrip Wortelras behelst in eerste instantie ‘de mensheid’, al dan niet stoffelijk aanwezig in een bepaald tijdperk (pas vanaf Atlantis in fysieke vorm). Als Blavatky en Steiner van ‘onderrassen’ spreken bedoelen zij een cultuurperiode. Toch is dit concept wel erg vermengd met ‘rasdenken’. Wij leven nu in de tijd van het vijfde wortelras, de tijd van het ‘Arische ras’. De cultuurperiodes, of onderrassen die aan ons vooraf zijn gegaan zijn de ‘Oud Indische’, de ‘Oud- Perziche’, de ‘Egyptische-Babylonische’ en de ‘Grieks Romeinse’. Wel zijn dit allen ‘Arische’ culturen (volgens de antroposofie en de theosofie althans). Indianen, die hebben geen cultuurperiode. Chinezen ook niet (zie het artikel uit de Brug). Dus al zijn de begrippen wortelrassen en onderrassen vooral te relateren aan tijdvakken, het is en blijft een eurocentrische, zoniet ‘aryo-centrische’ visie op de geschiedenis en wellicht op de zin van de kosmos en het bestaan.  
  13. In Steiners woorden: Sehen Sie sich doch die Bilder den alten Indianer an, und Sie werden gleichsam mit Händen greifen können den geschilderten Vorgang, in dem Niedergang dieser Rasse. In einer solchen Rasse ist alles dasjenige gegenwärtig geworden, auf eine besondere Art gegenwärtig geworden, was in der Saturnentwicklung vorhanden war; dann aber hat es in sich selber zurückgezogen und hat den Menschen mit seinem harten Knochensystem allein gelassen, hat ihn zu Absterben gebracht’( ‘Die Mission’, p. 122).
    Met wat voor occulte en metafysische verklaringen Steiner en Blavatsky ook komen, de Theosofie en de antroposofie zijn beiden op zijn minst zwaar besmet door de modieuze rassentheorieën en de koloniale superioriteitsaanspraken uit die dagen, alleen krijgen deze aanspraken een esoterische onderbouwing. Bram Moerland toont mijn inziens overtuigend aan dat de Theosofie, zoals die door Blavatsky is geformuleerd (volgens haar door ‘Oosterse Meesters’ gedicteerd) niet zozeer Oosters is maar in een westerse mystieke traditie staat, gemengd met de Darwinistische Evolutie-leer, waardoor er in feite een soort ‘neo-religie’ is ontstaan, overigens een typisch negentiende eeuws fenomeen.  
  14. Steiner heeft zich dit gedachtegoed slechts eigen gemaakt, maar heeft het oosterse element weggezuiverd en het verder aangevuld met typisch Duitse romantische elementen. Een tamelijk prozaïsche, maar naar mijn mening waarschijnlijker verklaring dan dat het allemaal op een bovenzintuigelijke wijze zou zijn geopendbaard.  
  15. De aarde -evolutie volgens Rudolf Steiner in het model van Poppelbaum (1929), uit Henk van Oort, Antroposofie, een kennismaking, Christofoor, 2006. Overigens kan ik de echte liefhebber aanraden wat verder te lezen. Verderop kunnen wij lezen dat de ‘Oer-Indier’ ten opzichte van de moderne Europeaan de geestelijke ontwikkeling heeft van een kind van zeven
  16. (Onder) Illustratie bij een lezing van Rudolf Steiner op 22 november 1907 in Basel, voor de leden van de Theosofische Vereniging. Het is niet zeker of deze tekening echt van Steiners hand is, maar volgens de heer Kugler van de Rudolf Steiner Nachlassverwaltung is het in ieder geval een getrouwe kopie van Steiners tekening.De parallel met een soortgelijke tekening uit de Volkszielen (fig. 1) is opmerkelijk. In deze tekening zien wij veel van al het voorgaande bij elkaar komen. Ten eerste de notie van de Wortelrassen, zoals die door Helena Blavatsky is vormgegeven (de Atlantiërs). Wij zien echter dat de lijn ononderbroken en opwaarts voortgaat tot de Europeanen. Kennelijk hebben de wortelrassen dus toch alles te maken met de huidige rassen. Ik denk dat niemand dat nog kan ontkennen. Een ‘decadente aftakking’ van de Atlantiërs is het ‘apengeslacht’ (zoals Blavatsky in de Geheime Leer uiteen heeft gezet). Een latere ‘decadente aftakking’ zijn de Indianen, het ras van de ‘Finsteren Saturn’ (kennelijk een tussenvorm van aap en Europeaan). Begeleidende tekst: ‘Von dem Punkte der Atlantische Zeit, wo Europäer und Indianer noch miteinander vereint waren, weiter zurückgehend, kommen wir in eine Zeit wo die Körper des Menschen noch verhältmäszig weich, von gallertatigen Dichtigkeit war. Da sehen wir wieder Wesen sich abzweigen und zurückbleiben. Diese Wesen entwickeln sich weiter, aber in absteigende Linie, und aus ihnen entsteht das Affengeseschlecht.Wir dürfen nicht sagen, der Mensch stamme vom Affen ab, sondern beide. Menschen und Affen, stammen von einere Form ab, die aber eine ganz andere Gestalt hatte als die Affen und heutigen Menschen. Die Abzweigung erfolgte von einem Punkte, wo diese Uniform die Möglichkeit hatte, einerseits aufsteigen zum Menschen und andreseits hinunterzufallen, zum Zerrbilde des Menschen zu werden’ (Cit. Rapport Commissie van Baarda, 411-412)  
  17. En dit model is helemaal het toppunt. Hier zien wij het model van Poppelbaum, Haeckel en de opvattingen van Helena Blavatsky over de aarde evolutie samengebracht in een schema, van de hand van Steiner zelf:

Soms zegt één beeld meer dan duizend woorden. Maar…commentaren?

 

Ramon DJV

PRINTVRIENDELIJKE VERSIE

Facebooktwitterredditpinterestlinkedinmail

Author: Ramon De Jonghe

965 thoughts on “Racismedebat

  1. Floris,

    Lieven neemt het in mijn optiek wel degelijk op voor Steiner. Hij stelt dat Steiner wel een rassenleer had, maar dat die niet verwerpelijk is, omdat het gewoon om feitelijke kenmerken van rassen gaat. En ja, dan verplaatst de discussie zich naar de vraag waarom we de informatie die Steiner geeft serieus zouden moeten nemen.

    Groet,
    Jan C.

  2. Maar als niemand de tekst van de Volkszielen durft te lezen, laat staan erop ingaan, is het wel droef gesteld. Ik vind dat ik die eis wel mag stellen, althans aan iemand die zich antroposoof noemt en pretendeert het antroposofische standpunt te verdedigen. Dat er tot nu toe nauwelijks iemand van antroposofische zijde zich hieraan gewaagd heeft is hun probleem.
    Dus sofen, als zelfs de woorden van jullie eigen leidsman te hoog gegrepen zijn, met welke autoriteit kunnen jullie nog spreken over de levensfilosofie die jullie zelf pretenderen aan te hangen?

  3. Dus als wij ons op de antroposofie richten hebben wij meer dan voldoende gespreksstof. Voor een gesprek over Marc Dutroux, bedankt ondergetekende feestelijk!

    (vrij naar de Dierenwinkel van Jiskefet, een Nederlands absurdistisch programma)

  4. Floris,

    Toen ik nog welkom was in ‘de club van Steiner’, had ik al begrepen dat je daar niet veel inhoud hoefde te verwachten. Maar ik werd wel heel veel geknuffeld door in sluiers ingewikkelde vrouwen, haha.

    Maar even ernstig. Weet je dat bijvoorbeeld critici van steinerscholen vaak beter weten wat de steinerschool inhoudt dan de meesten die er werken of het programma bepalen? Die laatsten komen meestal als je vraagt wat de steinerschool is niet verder dan enkele standaard zinnen te prevelen die op zowat elke website of in elke folder zijn terug te vinden.
    Daarom is het binnen de antroposofische beweging ook gemeengoed om te praten over wat er enkele miljoenen jaren geleden is gebeurd en welke gevolgen dat over enkele duizenden jaren voor de mensheid zal hebben. Dat kan toch geen hond controleren. En dan nog wat engelen, duivels en goden erbij. Kan je uren over praten zonder te worden weerlegd. Over nabije verleden, toekomst en heden gaan we het niet hebben, want controleerbaar. Als het daarover gaat, wordt het stil. Zoals met de rassenleer.

  5. Ik heb op 23 november al aangegeven dat ‘de zaak rond is’.

    Dat hier ondertussen in afwachting dat iemand Floris zijn stellingen probeert te weerleggen een soort ‘nabespreking aan de toog’ of ‘borrelhapjesgesprek’ wordt gehouden, kan misschien toch nog verhelderend zijn.
    Ik heb er in ieder geval geen probleem mee. Maar ik volg dan wel Jiskefet.

    En ik hoop dat de heren wel hun speculaties en/of fantasie niet al te erg de vrije loop laten. Zeker wat de handel en wandel van Dutroux en consoorten betreft.

    groet
    Ramon

  6. Ramon, natuurlijk. ik snap alleen niet dat de antroposofen er zo’n moeite mee hebben om inhoudelijk te worden, zeker nu er nog eentje hier is blijven rondhangen. Maar de diepgang zoeken is kennelijk wat veel gevraagd. Als ik antroposoof was zou ik het wel weten. Maar misschien moet ik dan maar de argumenten gaan verzinnen om mijn beweringen te ondergraven. Zou nog wel een leuk experiment zijn trouwens. Ik als de advocaat van de antroposofische partij. Heb een vermoeden dat ik betere argumenten heb dan die hiervoor zijn gebezigd, zoals de verdediging in dat verfoeide van Baarda rapport, dat door bepaalde mensen is afgewezen omdat Steiner niet goed verdedigd zou worden. Gelukkig dat die critici van het van Baarda rapport Steiner wel zo goed kunnen verdedigen.

  7. Goed, als we het over het verre verleden hebben moet ik hier toch maar eens een bespreking van de Akasha-Kroniek lanceren.Ga vanuit dat werk weer lijntjes met Die Mission leggen en met Blavatsky’s Geheime Leer. Hopelijk krijgt de inhoud dan weer een stevige boost.
    Zover is het nog niet, maar het zal er aan komen.

  8. Trouwens, als Lieven vindt dat het om de feitelijke kenmerken van een ras gaat, vindt hij dan ook dat de planeet Mercurius kookt en borrelt in de klieren van de Ethiopiër en dat hij daarom een zwarte huidskleur heeft en kroeshaar? Dat is namelijk wat Steiner zegt, kijk maar na, staat in de zesde voordracht. Dus Lieven (en ik denk ook dat Jan ea benieuwd zijn), ga daar maar eens een goed antwoord op geven.

  9. Lieven, toen jij het over gevoelens had waarmee de samenleving het contact zou hebben verloren ook homoseksualiteit. In de brug schreef je er dit over, in het artikel ‘De Pijn van het anders zijn’:

    ‘Door homoseksualiteit en heteroseksualiteit gelijk te schakelen, wordt het homoseksuele lijden wel verlicht maar niet genezen. Dat blijkt trouwens uit het feit dat homoseksuelen, ondanks alle gelijkschakeling, hun eisende houding niet laten varen. Daaruit spreekt het onbewuste weten dat het gelijkschakelen of relativeren van seksuele geaardheden, rassen of culturen – hoe noodzakelijk ook – slechts een stap is op weg naar de genezing van de “pijn van het anders-zijn” en dat we nu ook de volgende stap moeten zetten, anders zal m‚t die pijn ook de mogelijkheid van (echte) genezing weggenomen worden.

    In zijn huidige vorm is de gelijkschakeling van de verschillende seksuele geaardheden geen oplossing voor het lijden van de homoseksueel. Ze identificeert de mens met zijn lichaam en zoekt op materieel vlak wat alleen op geestelijk vlak te vinden is: de gelijkheid tussen mensen. Dat is de leugen van de politieke correctheid: ze richt het – in wezen christelijke – streven naar gelijkheid op een verkeerd gebied en keert het daardoor tegen zichzelf. Mensen zullen op materieel, fysiek vlak immers nooit gelijk kunnen worden. Het proberen alleen al veroorzaakt (nog veel grotere) ongelijkheid’. http://users.telenet.be/antroposofie/vanaf40/b49hyper.htm

    Misschien is dit wel een interessante invalshoek om verder te komen (tussentijds). En baseer jij je op eigen inzichten, of heb je dit bij Steiner zelf gevonden? Ben wel benieuwd.

  10. Lieven,

    Bedankt voor de uiteenzetting. Ze sluit enigszins aan bij het onderwerp racisme, al ligt de klemtoon op vrijheid van meningsuiting.

    Nu weet ik dat vrijheid van meningsuiting en het antroposofisch stokpaardje ‘vrijheid van geestesleven’ heel nauwe verwanten zijn. Je betoog verbaast me dan ook niet echt. Ik heb het wel vaker gehoord toen ik nog toegang had tot steinerscholen.

    Nu is mijn ervaring dat binnen de antroposofische beweging (en dat is een veralgemening) die vrijheid van geestesleven en de daaruit voortvloeiende mening alleen geldt wanneer de mening ‘in het kraam past’. Afwijkende meningen, zeker die negatief voor de antroposofische zaak zijn, blijken zelden welkom te zijn.

    Ik vraag me dus oprecht af hoe jij tegenover het fenomeen staat dat wanneer er berichtgeving over steinerscholen of antroposofie komt die niet zo goed is voor het imago, vanuit de antroposofische beweging vaak wordt geprobeerd om die berichtgeving via intimidatie en juridische weg te censureren. Ik ken persoonlijk enkele concrete gevallen, zowel in mijn kennissenkring als daarbuiten, waarbij mensen zijn geïntimideerd en aangeklaagd omdat ze publiek hun mening gaven. En ook ik ben die dans niet ontsprongen.
    En voor alle duidelijkheid; ik heb het dan niet over aanvallende of beledigende berichtgeving, maar over het vertellen van de eigen ervaringen. Een beetje op een manier zoals wij hier nu in dialoog zijn.

    Zelf vind ik mensen die hun eigen ervaringen willen uiten het zwijgen opleggen verwerpelijk. Maar misschien zie jij het anders?

    mvg
    Ramon

  11. Beste Jan,

    Ik neem het je helemaal niet kwalijk dat je een kunstgreep hebt uitgehaald met mijn woorden. Ik moest er zelfs om lachen. Toch bedankt voor je bezorgdheid, ze werkt bepaald verfrissend.

    Ik denk dat ik begrijp welk punt je wilt maken. Je wilt aangeven dat mijn idee van de objectieve – en dus niet subjectief toegekende – waarde van een kunstwerk door een pedofiel kan aangegrepen worden om zichzelf vrij te pleiten van schuld. Immers, niet hij ziet in het kind dan een lustobject, maar het lustopwekkende is een intrinsieke eigenschap van het kind. Het is met andere woorden het kind dat de sexuele daad uitlokt en de pedofiel is het slachtoffer van een verleidingspoging. Als ik me niet vergis zien pedofielen het inderdaad zo. Ze zijn ervan overtuigd dat het kind sex wil en dat ze het dus geen geweld aandoen., integendeel, het is de bekrompen buitenwereld die weigert in te zien dat een kind sex wil. Ze zijn zich met andere woorden van geen kwaad bewust, iets dat hen veel moeilijker zou vallen als ze beseften dat het kind helemaal geen sexobject is, maar dat zij het zijn die hun sexuele lusten op het kind projecteren.

    Wat je dus suggereert is dat mijn visie gevaarlijk is, dat ze door misdadigers als moreel alibi kan gebruikt worden. Dat is, vermoed ik, ook de reden (of één van de redenen) waarom er zo zwaar getild wordt aan de rassentheorie van Steiner (die intrinsieke eigenschappen toekent aan de verscheidene rassen): ze kan gebruikt worden om racistische daden goed te praten. Als het zwarte ras bijvoorbeeld als ‘kinderlijk’ bestempeld wordt, dan kan dat door het als ‘volwassen’ bestempelde blanke ras aangegrepen worden als een vrijgeleide om de zwartjes eens te gaan opvoeden, desnoods met gebruik van de pedagogische tik.

    Ik kan dat gevaar moeilijk ontkennen: het is reëel. Steiner was zich daar overigens goed van bewust. De antroposofie is een gevaarlijke zaak, zei hij ooit tegen iemand. Daarom drukte hij zijn volgelingen op het hart om iedere stap op esoterisch gebied te paren aan drie stappen op moreel gebied. Hij wist dat zijn ideeën gemakkelijk misbruikt konden worden. Maar is dat een reden om ze niet uit te spreken? Moeten we mogelijk misbruik laten prevaleren op de vrijheid van meningsuiting en dus op het vinden van de waarheid? Als dat zo is, dan kunnen we net zo goed ophouden met denken, want er is waarschijnlijk geen idee dat niet misbruikt kan worden.

    Het idee om aan de verschillende rassen specifieke eigenschappen toe te kennen, is ongetwijfeld ‘gevaarlijk’. Maar het idee om dat niet te doen, is minstens even gevaarlijk. Ik geef een voorbeeld. Niemand zal kunnen ontkennen dat de huidige financiële en economische crisis wereldwijd zware gevolgen heeft. Welnu, wat was zoniet de oorzaak, dan toch de aanleiding tot deze crisis? Het was de weigering om aan verschillende rassen en etnische groepen specifieke eigenschappen toe te kennen. De Amerikaanse regering heeft namelijk de banken gedwongen om evenveel leningen te geven aan zwarten en latino’s als aan blanken en aziaten. Voordien deden de banken dat niet omdat de ervaring hen geleerd had dat ze met zwarten en latino’s veel meer gevaar liepen de lening nooit terugbetaald te krijgen. En zo is het ook gegaan. Leningen werden massaal toegekend aan zwarten en latino’s, die ze vervolgens niet konden terugbetalen, met de bekende kettingreactie van dien.

    Het was ongetwijfeld kwetsend voor de Amerikaanse zwarten en latino’s dat ze geen lening kregen. De regering heeft hen die kwetsuur willen besparen, en kijk wat er gebeurde: nog veel meer kwetsuren, voor iedereen. De waarheid kwetst vaak, dat is een feit. Maar ik ben ervan overtuigd dat de leugen nog veel meer kwetst. Ook mijn visie op kunst is voor heel wat mensen kwetsend, maar moet ik daarvoor opgeven wat ik als waar beschouw? Dat geldt trouwens ook andersom. Als mensen de antroposofie ervan beschuldigen racistisch te zijn, dan is dat bijzonder kwetsend voor antroposofen. Moeten de aanklagers daarom hun mond houden? Ik dacht het niet.

    Ik zeg niet dat Steiners ideeën over de rassen waar zijn, daarvoor weet ik er te weinig vanaf. Ik zeg alleen dat hij ze moet kunnen uitspreken zodat ze onderzocht kunnen worden. Dat laatste levert natuurlijk problemen op, want Steiners ideeën komen voor een groot stuk voort uit het ‘schouwen’ in een geestelijke wereld. Veel van die ideeën kunnen pas gecontroleerd worden als je zelf hebt leren ‘schouwen’. Je moet je dus de antroposofische methode eigen maken, zoals je je ook de wetenschappelijke methode moet eigen maken als je uitspraken van de wetenschap wilt controleren. Weinig mensen zijn in staat om via de antroposofische methode tot helderziendheid te komen en de uitspraken van Steiner te controleren. En bij de critici zijn er nog veel minder die bereid zijn het te proberen.

    Is er dan niemand (die enkele helderziende uitzonderingen niet te na gesproken) die de antroposofie op haar waarheid kan toetsen? Moeten we de uitspraken van Steiner dan gewoon geloven, zoals we vroeger de uitspraken van de kerk moesten geloven? Nee, gedeelten van de antroposofie zijn wel degelijk controleerbaar, zeker voor het gezonde verstand of het gezonde gevoel. Maar daar nemen de critici natuurlijk geen vrede mee, zij willen harde bewijzen, wetenschappelijke bewijzen. En die zijn er volgens jou in dit geval niet. Nochtans herinner ik me ooit gelezen te hebben dat ze er wél zijn, en dat bijvoorbeeld een duidelijk verschil in IQ tussen de verschillende rassen al meer dan eens is aangetoond. Dat stemt trouwens overeen met fenomenen die iedereen kan vaststellen, zoals bijvoorbeeld het feit dat joden onevenredig veel Nobelprijzen voor wetenschap krijgen. Is dat toeval, discriminatie, een joods complot? Of toch gewoon een gevolg van het feit dat joden gemiddeld intelligenter zijn dan niet-joden?

    Beweren dat de wetenschap geen bewijzen vindt voor specifieke raseigenschappen is trouwens een beetje self-fullfilling prophesy, want wetenschappers die dergelijke bewijzen wél vinden, verliezen gemakkelijk hun job of worden op andere niet-wetenschappelijke manieren het leven zuur gemaakt. Je moet tegenwoordig goed gek zijn (of bijzonder gedreven) om nog onderzoek te willen doen naar rassen. Dus wat kun je nog geloven van de zogenaamde wetenschappelijke consensus die momenteel heerst? Als de vrijheid van meningsuiting wordt aangetast, dan verliest de wetenschap haar gezag. En dat is een ernstige zaak, lijkt me.

    Ik verdedig hier dus niet zozeer Steiners specifieke ideeën over rassen (daarvoor ben ik te weinig beslagen in de materie), dan wel de grondslagen die het mogelijk maken om die ideeën te verkondigen en op hun waarheid te onderzoeken. De vrijheid van meningsuiting is wellicht de belangrijkste van die grondslagen. Als mensen niet meer voor hun (zelfs wetenschappelijk onderbouwde) mening kunnen uitkomen zonder uitgescholden, geïntimideerd, bedreigd en zelfs vermoord te worden, dan keren we terug naar de tijd voor Galileï. Is dat wat we willen?

    De ideeën van Steiner zijn nieuw en ongewoon. Ze wekken onbegrip, spot, weerzin en zelfs agressie op. Zo vergaat het alle ideeën die echt nieuw zijn: ze worden beproefd. Dat heb je als antroposoof te aanvaarden. Maar het is wel triest te moeten vaststellen dat zoveel mensen heimwee hebben naar de beproevingsmethoden van de inquisitie. Gelukkig zijn er ook nog die het hoofd koel houden in al die heetgebakerdheid en met hen wil ik het gesprek graag voortzetten.

  12. Weer even snel, want ik heb weinig tijd.

    Je maakt meteen weer de stap naar de eventuele maatschappelijke gevolgen van bepaalde denkbeelden, maar zover zijn we wat mij betreft nog lang niet. De ontdekking dat een atoom splitsbaar is heeft een heleboel nadelige gevolgen gehad, maar dat neemt niet weg dat de ontdekking waar is.
    Het gaat mij daarom niet zozeer om de eventuele vergrijpen van pedofielen en of die gerechtvaardigd als we jouw manier van denken volgen. Het gaat me in eerste instantie puur om de vraag waar de pedofiele neiging door veroorzaakt wordt (bedenk overigens dat de meeste pedofielen zich nooit aan een kind zullen vergrijpen).
    Ik beweer dat die neiging in de pedofiel zelf zit en dus inderdaad geen intrinsieke eigenschap is van het kind. En hetzelfde geldt voor schoonheid van een bloem. Die schoonheid zit ‘m niet in de bloem, maar in de persoon die er naar kijkt. Zonder de waarnemer is een bloem gewoon een bloem. Vergelijk het anders met fruit. Fruit is gezond, maar niet zonder dat er een organisme is dat gezond of ongezond kan zijn.
    Als jij van mening bent dat schoonheid een intrinsiek onderdeel IS van een zelfportret van Rembrandt, dan kun je er ook niet omheen dat ‘erotische lading’ een intrinsiek onderdeel is van een kind.

    Groeten,
    Jan

  13. Aanvulling:

    Het gaat er niet zozeer om of Steiner zijn uitspraken over rassen mag doen. Zoals eerder al is aangegeven gaat het hier helemaal niet om de juridische kant van de zaak.
    Het gaat erom dat antroposofen de intellectuele eerlijkheid zouden moeten hebben om toe te geven dat het hier gaat om subjectieve/ongefundeerde uitspraken.

    De antroposofische methode waar je het over hebt is mijns inziens een wassen neus. Met onderzoek heeft dat niets te maken, want wat is dit anders dan, door meditatie en zelfreflectie, te wachten op het eventuele gevoel dat Steiner misschien toch gelijk heeft.
    Als dat niet optreedt dan is er iets mis met je gevoelszintuigen en is het zaak om nog wat beter en langer te oefenen. Op die manier is Steiner altijd ‘of the hook’.
    Als het optreedt weet je feitelijk nog niks, want gevoelens zijn vaak bedriegelijk. Je kunt er gewoon niet blind op varen.

    Groet,
    Jan C.

  14. Floris,

    Totnogtoe heeft nog niemand je gelijk kunnen aanvechten. Misschien een beetje lastig dat er zo weinig inhoudelijke respons op je arbeid komt, maar we wisten al een tijdje dat dit een soort ‘borrelhapjesgesprek’ is geworden. Nu vind ik het anders wel interessant worden, want alhoewel we door toedoen van Lieven redelijk off-topic zijn, worden er toch nog zaken besproken waaruit lessen kunnen worden getrokken.

    Lieven is nu al wel zo goed om toe te geven dat hij niet genoeg thuis is in de materie ‘racisme’ om daar veel inbreng rond te doen. Kunnen we eigenlijk ook niet verwachten dat hij zich in duizend bochten wringt om iets te verzinnen. Ik heb dan ook geen bezwaar dat er andere materie wordt ingebracht. Misschien komen we nog tot iets gemeenschappelijks. Wie weet?

    Maar goed nieuws voor jou: ik heb er alle vertrouwen in dat je binnenkort vanuit antroposofische zijde enkele gefundeerde tegenargumenten mag verwachten. Er is blijkbaar toch iemand die de zaak ter harte neemt. Meer kan ik daarover op dit moment niet kwijt.

    Groet
    Ramon

  15. Lieven, inderdaad, het gaat hier absoluut niet om de vraag of het juridisch is toegestaan. In die zin is dat misplaatste slachtofferschap wel erg vermoeiend. In de Brug is men daar ook kampioen in. Eerst gaat men veel verder dan Steiner zelf en worden er allemaal Holocaustontkenners bijgehaald (net alsof dat iets met de antroposofie te maken heeft. Ik snap ook nog steeds niet waarom de antroposofische gemeenschap dit zonder een weerwoord asscepteert, want door het zo prominent op internet te zetten lijkt het bijna alsof neo-nazisme en antroposofie iets met elkaar te maken hebben). Maar zonder dat iemand zegt of het ‘verboden’ is wat de Brug doet, beginnen ze bij voorbaat al een keel op te zetten. Zo vergelijken zij zich graag met catacombenchristenen ten tijde van Nero. Zwelgen in slachtofferschap, zonder dat er voor dat slachtofferschap enige grond is. Doet me een beetje denken aan waar jij mee bezig bent. Niemand heeft het over juridische zaken maar wel over basis van enkele opvattingen. En natuurlijk mag je zeggen wat je wil, maar wij hebben het volste recht om te zeggen dat jouw opvattingen wat dat betreft volslagen bullshit zijn.

    Moderatie: reacties samengevoegd

    Floris Schreve zegt:
    28 november 2008 at 4:42 pm

    En over de geloofwaardigheid van Steiners rassentheorieen. Steiner beweert dat er een connectie is tussen de planeten en de verschijnselen op aarde. Heel waarschijnlijk is het niet, maar goed, de maan beïnvloedt wel de getijden, dus laten we er maar even vanuit gaan van wel. Dit is dus even een stel dat verhaal.
    Maar zelfs als je daar vanuit gaat, is het dan geloofwaardig dat slechts de planeet Mercurius zo sterk inwerkt op het Afrikaanse continent dat alle mensen daar een zwarte huidskleur hebben? Of dat het slechts de planeet Mars is die sterk instraalt op de Mongoolse hoogvlakte? Waarom niet ook Venus? Mocht het waar zijn dat de planeten op aarde inwerken, dan is het wel grappig dat de aarde verdeeld is in bepaalde zones, waar slechts een planeet een sterke dominantie zou hebben. Waarom zou Saturnus, een planeet die heel ver van de aarde verwijderd is, juist sterk inwerken op de mensen van het Amerikaanse continent en niet Venus, Mars en Jupiter? Steiner zegt dit zelfs letterlijk aan het eind van zijn zesde voordracht (kijk maar na), Het lijkt mij dus nogal een raar verhaal. En wat is de reactie van iemand van antroposofische zijde? Het is gewoon culturele antropologie. Heel geloofwaardig dus. Op deze manier gaat het echt goed met de antroposofie.

    Floris Schreve zegt:
    28 november 2008 at 4:49 pm

    En Lieven, het zou ook prettig zijn als je wat specifieker op Steiner zou ingaan. Jij bent hier nu de antroposofische partij, dus het lijkt me dat het nu aan jou is om met meer inhoud te komen. Die algemene en gratuite klaagzangen over de inperking van de vrijheid van meningsuiting lijken mij een beetje een misplaatste vorm van slachtofferschap. Je hebt alle gelegenheid om de inhoud te verdedigen. Maak er gebruik van.

    Floris Schreve zegt:
    28 november 2008 at 4:56 pm

    Dat lijkt me wel een interessante stelling:
    ‘De planeet Saturnus werkt sterker in op het Amerikaanse continent dan de andere planeten die dichter bij de zon staan. Deze planeten hebben weliswaar weer een sterke werking op andere gedeeltes van de aarde, maar zijn op het Amerikaanse continent ondergeschikt aan de werking van Saturnus’.
    Benieuwd hoe deze stelling te verdedigen valt. Want dat is namelijk de theoretische basis van Steiners rassenleer.

  16. Dat vind ik zonder meer goed nieuws. Ik ben dus heel benieuwd. Ik heb zelf op mijn blog inmiddels reacties binnen gekregen van iemand die er ook serieus over wil praten, dus wie weet.

  17. Als we het dan toch over de vrijheid van meningsuiting hebben; ik vind dus zelfs niet dat de Brug verboden moet worden. Wat mij betreft laten ze al die artikelen op internet staan, maar het is wel vreemd dat daar vanuit antroposofische zijde nooit een tegengeluid tenover staat.
    Lieven schrijft soms ook voor dit blad (al is hij niet een van de redacteuren). Maar misschien is het toch goed om een kleine impressie te geven wat daar zoal beweerd wordt (ook voor de bezoekers op dit forum). Ik zal daarom een lang fragment uit mijn eerste artikel hier naartoe halen, waarin ik dit tijdschrift bespreek.
    Ik wil nadrukkelijk zeggen dat ik de inhoud van dit blad niet representatief acht voor de antroposofie, zoals ik die verder ken. Dit is ook van een volstrekt andere orde dan de tijdschriften Driegonaal (wel orthodox, maar niet zo ordinair radicaal) of de vroegere Jonas (een zeer gematigd tijdschrift, dat ik zelfs van huis uit ken). Dus nogmaals, ik zie dit echt als een exces. Alleen is dit blad wel heel dominant op internet aanwezig.
    Ik moet zeggen dat mijn bespreking wel wat ironisch is. Ik heb dit ook een hele andere behandeling gegeven dan de echte antroposofische literatuur. Maar ik kon dit tijdschrift moeilijk serieus nemen. Vandaar dat ik het zo heb gedaan.
    Maar goed, misschien is het dan duidelijk waar wij het over hebben. Uit mijn eerste artikel:

    De extremisten

    Steiner heeft meer dan twintig boeken geschreven, dus het is niet makkelijk te zeggen waar je zou moeten beginnen. Het beste kun je eerst wat over hem lezen. Een uitgesproken pro-Steiner werkje is Jacob Slavenburg, ‘Rudolf Steiner, vernieuwer van het oude weten’, Ankh Hermes, 1990. Hoewel de schrijver een naar mijn smaak te grote bewondering voor Steiner heeft, is het wel een aardige inleiding op zijn gedachtegoed. Als je wat kritischer stukken wil lezen kijk dan op de website van Simpos (http://www.stelling.nl/simpos/steiner.htm ). De heldere en goed onderbouwde beschouwing van Jam Willem de Groot over Steiners rassenleer verdient een aanbeveling: http://www.stelling.nl/simpos/antro1.htm . Een bijna nog betere, maar zeer compacte analyse van Jana Husmann-Kastein, van de Berlijnse Humboldt Universiteit vind je hier: http://www.religio.de/dialog/106/29_22-29.htm . Overigens is er ook nog een lezenswaardige Belgische website, van het tijdschrift ‘De Brug’ (http://users.pandora.be/antroposofie/diabasis/inhaztot.html) die zo hysterisch pro-Steiner is dat het bijna lachwekkend wordt. Zo wordt de rassenleer met vuur verdedigd en staan er de meest absurde hatelijke teksten over zaken waar de antroposofie allemaal tegen zou zijn, zoals inentingscampagnes, atheïsme (’een ziekte!’), politieke correctheid en homoseksualiteit (’een luciferische verleiding van niet volledig geïncarneerde mannen met een zwak astraal lichaam’ en ’ze lijden pijn om hun anders zijn’, http://users.pandora.be/antroposofie/vanaf40/b50defhtm.htm. In dit zelfde artikel wordt trouwens ook gesproken van ‘het zich verlustigen aan de oersterke etherlichamen van de ploeterende boeren op het platteland’).
    De auteurs van de vele artikelen van de Brug (het gaat zeker om een paar honderd) schieten zich in hun blinde fanatisme wel erg in de eigen voet. Zij zien overal samenzweringen tegen die prachtige antroposofie en zijn volgens mij doodsbang. Ook zoeken ze de meest vreemde bondgenoten, zoals de Britse Holocaust ontkenner David Irving, die meermalen instemmend wordt aangehaald, bijvoorbeeld in de beschouwing ‘De Ahrimanische maatschappijvorm; Ahriman heeft zijn eigen religie in Staat, Multi-cultuur en Holocaust’, waarin de auteur verder ‘woordgrapjes’ uithaalt met de begrippen ‘Holy-Ghost’ en ‘Holocaust’ (te vinden onder ‘A’ van ‘Ahriman’, directe link http://users.pandora.be/antroposofie/vanaf40/b46met/b46.htm). Hier wordt ook verwezen naar de website van David Irving, die de waarheid zou onthullen over de Holocaust. Dit alles uit naam van de antroposofie. Qua woordspelingen blijken deze auteurs nog meer dijenkletsers in petto te hebben; zo wordt er gesproken van Baäl/Baälgië (Baäl is een Fenicische God waar de sofen, net als met de Perzische Ahriman, grote problemen mee hebben en tot grote bovennatuurlijke boef is gebombardeerd, dus bruikbaar als een leuk etiket voor het verfoeilijke ‘multiculturele België’). Elders wordt België als staat een ‘Zwart Magische constructie’ genoemd. Of deze: ‘We probeerden in de vorige Brug aan te tonen dat de Angelsaksische occulte broederschappen voor wie de wereldheerschappij der Angelsaksen een dogma is, met de oprichting van de Belgische staat een bruggehoofd op het Europese continent vestigden om de ontwikkeling van Europa te sturen in een richting die gunstig is voor hun particuliere plannen, niet tot heil van gans de mensheid. Vooral de economische macht moest aan de Engelssprekende bevolking toevallen. Daartoe was nodig om iedere spirituele impuls vanuit Midden-Europa, die vruchtbare ideeën op maatschappelijk gebied zou in de wereld zetten, te onderdrukken’. Dit is pas paranoïde. Heeft weinig meer met Steiner zelf te maken. Eerder met het Vlaams Belang van Filip Dewinter. Maar misschien zoeken deze verwarde antroposofen krampachtig naar allerlei bondgenoten, om die rassenleer maar te kunnen blijven handhaven. Wellicht zijn ze zo wanhopig dat ze uitkomen bij een obscurantist als David Irving. Staat wel in schril contrast met de uitspraak van de Steinergezinde theosofe Alice Ann Bailey, die in 1949 de Holocaust weer een ‘vuur van gerechtigheid’ noemde (uit Jeurissen, p. 19). Met dit soort vrienden heeft de antroposofie geen vijanden meer nodig. Ze zijn zelfs zo tactisch dat ze eerst met veel misbaar ontkennen dat er bij Steiner sprake is van rassenleer om deze daarna zo effectief samen te vatten en uit te leggen dat er geen misverstand meer mogelijk is. Ik zal later op de rassenleer en deze uitleg terugkomen bij de bespreking van ‘de Volkszielen’.
    Geheel ongevaarlijk is deze website niet. Op een herdenkingssite van Kamp Westerbork schrijft een zekere Philippine in het forum: ‘In de Westerse wereld staat het iedereen vrij om over een bepaald geschiedkundig fenomeen te denken hoe hij wil…maar er is een onderwerp dat niet meer onderzocht mag worden en dat is de “holocaust”, het dogma van de systematische uitmoording van 6 miljoen joden tijdens de Tweede Wereldoorlog. Het is in de meeste Westerse landen verboden om aan dit “feit te twijfelen….Waar het mysterie van Golgotha als centraal geestelijk gegeven in de ontwikkeling van de mensheid voor allen een lichtend voorbeeld zou kunnen zijn…krijgen we nu een verhaal en geestelijk afstotingspunt, het zwarte gat in de mensheidsgeschiedenis waar iedereen in een grote boog om heen zou moeten lopen en dat de mensheid verenigt in een voortdurende haat tegen Duitsland. Zelfs voor de oorlog begon die haatpropaganda al. De Antichrist, die zo handig de zaken in hun tegendeel kan verkeren, probeert ook de Heilige Geest te vervangen door een zeer aards, zeer leeg gegeven, dat de naam holocaust heeft gekregen, weerom niet toevallig in het Engels klinkend als Holy Ghost”. Citaat uit artikel van de Brug, antroposofisch tijdschrift’ (http://www.peterbreedveld.com/archives/00001347.html) . Hier staat je verstand letterlijk bij stil. Zo ver kan het dus gaan.
    Er wordt verschillend gedacht over of Steiner een antisemiet was (daar zijn ook teveel tegenstrijdige berichten en uitspraken over). Bij de Brug wordt nadrukkelijk beweerd dat hij dat niet was, artikel ‘Was Steiner een antisemiet? Natuurlijk niet’ (http://users.pandora.be/antroposofie/dornach/antisem.htm). Goed Steiner dan misschien niet, maar de schrijvers van de Brug waarschijnlijk wel, als ze vol enthousiasme een citaat aanhalen van de Vlaamse schrijver en jezuïet Ernest Claes, om alvast ‘in de stemming te komen voor de Kerstspelen’, dat is althans de motivatie van ‘de Brug’. Ik zou zeggen, geniet van deze opbeurende kerstwens: ‘Daar zaten de Joden van het Sanhedrin, met losse zwarte mantels aan en gekke mutsen op de kop. En die gezichten ! … Bijna zwart, lange baarden en grote kromme neuzen. Eén van hen leek op Victalis. Ze deden gebaren die een gewoon mens zo niet doet. Van wat die loeders tegen elkaar zaten te fezelen kon ik niets verstaan, maar ik kon het wel raden (…) Eén van die lelijke Joden telde het geld uit een grote beurs. Ik hoorde het rammelen stuk voor stuk’, http://users.pandora.be/antroposofie/vanaf40/b48met/b48.htm#geloof. Een duidelijk gevalletje van antisemitisme lijkt me, ook met die intentie op deze site geplaatst. Ik denk dat je dat rustig kan stellen, zeker in de context van deze site, waar meer dan eens David Irving instemmend wordt aangehaald. Ook een andere Holocaustontkenner, een zekere Dr. Johannes Lerle, wordt geïnterviewd en er wordt medegedeeld dat de Holocaust ‘nog onderzocht’ moet worden (http://users.pandora.be/antroposofie/vanaf40/b57net.htm). Er staat overigens ook een apparte link naar de site van David Irving met de triomfantelijke tekst: ‘link naar David Irvings politiek niet correcte webstek over de oorlogsgeschiedenis’ (te vinden onder de W bij Wereldoorlog II).
    En wat te denken van het volgende citaat? ‘In deze milieus moeten we de occulte broederschappen gaan zoeken. Dat daar misschien overwegend Joden bij zijn is in deze tijd niet meer relevant. Als dat voor hun doeleinden uitkomt verloochenen ze evengoed hun rasgenoten (Er bestaan verschillende interessante studies over welke kringen Hitler financierden). Zoals men uit bovenstaand artikel kan afleiden zijn zelfs de eigen familieleden niet veilig wanneer ze zich niet willen openstellen voor de ahrimanische inspiraties’. Joden die hun ‘rasgenoten’ verloochenen als het ze uitkomt. Dat er al gesproken wordt van een ‘Joods ras’ is al antisemitisch. Dit alles uit naam van de antroposofie. Terug te lezen op http://users.pandora.be/antroposofie/vanaf40/b45.htm, waar wij ook kunnen lezen dat ‘Lucifer en Ahriman werken aan de opbouw van een termietenstaat’. Dit laatste met behulp van een militair-industriëel en een ‘academisch’ complex. Het eerste klinkt vertrouwd maar dat ‘academisch’ is nieuw. Maar antroposofen zijn niet altijd de grootste vrienden van de wetenschap, dat blijkt weer eens.
    Het meest verbijsterende is nog wel dat deze krankzinnige website gewoon wordt aangeprezen door de Belgische Antroposofische Vereniging. Ook wordt er naar deze ‘digitale Augiasstal’ verwezen op de site van een Nederlandse beginnerscursus antroposofie in Zeist. Het zou maar je eerste introductie in de antroposofie zijn. Na toch wel wat ervaring in die wereld kan ik echt wel het marginaal sektarische van de mainstream onderscheiden (al ben ik in het algemeen niet zo’n aanhanger, geheel ten overvloede), maar in het geval van ‘de Brug’ lijk ik de enige die het ziet. Ik geloof niet dat er ooit een verstandig mens uit antroposofische kring een keer goed deze site heeft geïnspecteerd, anders zou die niet zo vaak worden aangeprezen als een goede bron voor achtergrondinformatie (ook op grote antroposofische webgidsen als ‘Antrovista’ wordt de Brug aangeprezen). Over deze site alleen al zou je tien ‘onderzoekscommissie rapporten’ kunnen schrijven. Goed voor een aardig relletje wanneer dit duistere hoekje op het internet ontdekt wordt en in de schijnwerpers wordt gezet. Een blik op de inhoudsopgave is genoeg. Zelfs de Paus wordt niet ontzien. Wat te denken van de volgende titel: ‘Ratzinger; Lieven Debrouwere verdedigt hem, de Brug sabelt hem neer’. Wel erg agressief, ook als je geen vriend van de huidige Paus bent. Deze sofen zijn echt razend. Dit is wel iets anders dan de vroegere beschaafde ‘Jonas’.
    De ‘leukste’ artikelen gaan over het Michaelsmysterie en de Ahrimanische krachten, die overal op de loer zouden liggen. ‘Michael heeft trouwens een ernstig gelaat’, maar dat lijkt me niet zo verwonderlijk. Ik denk dat hij net zo veel gevoel voor humor heeft als de auteurs van de artikelen van de Brug, al zijn die vaak onbedoeld nogal hilarisch. Alhoewel, wij kunnen ook lezen dat ‘humor het beste wapen is tegen Lucifer’ in het artikel met de veelbelovende titel ‘Sekten en Seks; Lucifer en Ahriman’, http://users.pandora.be/antroposofie/diabasis/b08sex.htm.
    Ook de islam krijgt een veeg. Deze religie zou ‘luciferisch’ zijn. De Goddelijke Openbaring van de Profeet zou vergelijkbaar zijn met de wereld van Mephistoteles uit Goethe’s ‘Faust’. Het oosten zou sowieso Lucifers domein zijn, terwijl het westen dat van Ahriman is. Vervolgens blijkt de Holocaust toch plaats te hebben gevonden, maar is deze ‘verheven tot een religie’, die weer ‘Ahrimanisch’ zou zijn, http://users.pandora.be/antroposofie/vanaf40/b57net.htm#13. Helderheid is niet de sterkste kant van de schrijvers van de Brug.
    Hoogtepunt is de beschouwing ‘Naar een afschuwelijke toekomst’, waarin de antroposofie een welhaast apocalyptische dimensie krijgt. De huidige positie van de gemeenschap der antroposofen wordt vergeleken met die van de eerste Christenen in Rome in de catacomben, ten tijde van Nero (’Maar uiteindelijk stortte het Rijk ineen door zijn eigen logheid. Dat kan ons wat moed geven’, http://users.pandora.be/antroposofie/vanaf40/b48met/b48.htm#ahr, onderaan artikel) . Elders wordt er beweerd dat de leden van de Antroposofische Vereniging geïncarneerde engelen zijn, met de missie om als een soort ‘Jedi Knights’ het lot van de aarde en de kosmos ten goede te laten keren. Dit zou moeten gebeuren in een soort ‘kosmische jihad’ aan de zijde van Aartsengel Michael (http://users.pandora.be/antroposofie/diabasis/b32bewaareng.htm). Het zou gaan om een wraakoefening voor een catastrofale gebeurtenis in het ‘rampjaar 869′, toen op het oecumenische concilie van Constantinopel de leer van de menselijke driegeleding zou zijn verworpen. In de hemel zouden op dat moment de duistere krachten Michael van de troon hebben gestoten, middels een kosmische staatsgreep. Want ‘zo boven zo beneden’ leert de grondwet van de Hermetica ons, die ook door de sofen wordt onderschreven. Met deze welhaast intergalactische ramp zou de werkelijke ‘Christusimpuls’ zijn verloochend. Het is nu aan de tot antroposofen geïncarneerde schare engelen en Michael om de positie op aarde en in de kosmos weer te heroveren op de duistere krachten van Lucifer en Ahriman, om zo de hemelcoup weer ongedaan te maken. Dit zou zijn besloten op een reeks hemelse conferenties van engelen en zielen, die nu zijn geïncarneerd tot de leden van de antroposofische vereniging, onder voorzittersschap van Michael. Kan iemand dit nog volgen? De ‘Jedi-Council’ tegen de ‘Sith’. For peace and prosperety in the Galaxy. Net Starwars, met the force tegen de Darkside van Ahriman, het Beest.
    Ahriman, of Angra Mainyu, is overigens oorspronkelijk de god van de Duisternis in de Zoroaster cultus van het pre-islamitische Perzië (de tegenhanger van de lichtgod Hormuzd, Varuna of Ahura Mazda in het Perzische Avestische dualisme), maar door Steiner en verder een aantal pan-Germaanse 19e eeuwse denkers afgestoft en opgewaardeerd tot een universele en eeuwige ‘Darth Vader’, (of ‘Sauron’ voor de Tolkien liefhebbers). Laten we niet vergeten dat er wel meer Perzische symbolen werden ingezet in allerlei pan-Germanistische bewegingen, zoals ook de Swastika, waarmee ik geen verband suggereer met de antroposofie, behalve dat het voor die tijd niet ongebruikelijk was om met Perziche begrippen en symbolen te schermen, zie ook Nietzsches ‘Also sprach Zarathustra’, hoewel Nietzsche zeker geen pan-Germanist was. Maar het was wel een modegril van die tijd. Het Perzisch is immers een Indo-Germaanse taal (itt het Arabisch, dat Semitisch is) en vanwege de ouderdom en de lange culturele traditie ideaal voor de pan-Germaanse mythevorming. Voor de antroposofie is Ahriman dus de ultieme boeman en Rudolf Steiner heeft dan ook veel woorden aan deze booswicht besteed.
    Volgens de auteurs van Brug is er altijd wat aan de hand met die Ahriman. Hij zit nooit stil, ligt altijd op loer, beïnvloedt de Amerikaanse politiek (jammer voor Bush met zijn Jezus) of inentingscampagnes (daar zijn rechtzinnige sofen namelijk tegen). ‘Ahriman handelt met voorkennis in de ‘Anglo-Amerikaanse wereld’ en geeft Duitsland van alles de schuld’, Ahriman zit achter de Europese grondwet, Ahriman zit achter ‘de wereldwijde anti-discriminatie lobby’, ‘Ahriman heeft zich genesteld in de materialistische wetenschap’ (vanzelfsprekend), ’Ahriman heeft niet stilgezeten en met zijn handlangers weer iets nieuws bedacht’. ‘Ahriman de leugengeest’, Ahriman hier, Ahriman daar, Ahriman, Ahriman, echt overal Ahriman. Hij zat ook achter de aanslagen van 11 september (’bewezen, want hij stond op de foto’, het staat er echt). Het lijkt soms meer op de Satanskerk dan op de antroposofie. Dat deze snoodaard achter alle complotten zit wordt als volgt uitgelegd: ’Het verschil van al deze theorieën met de antroposofische interpretatie is dat wij aannemen dat er een geestelijk wezen aan de basis ligt van deze gang van zaken, terwijl niet-antroposofen de schuldigen ofwel zoeken binnen de aardesfeer (Vrijmetselaars, Loge, Illuminati, Zionisten, Kapitalisten) ofwel buiten de aardesfeer waar ze activiteiten van min of meer materiële intelligenties veronderstellen (UFO’s e.d.). Volgens ons zijn de organisaties en groeperingen die we zien werken in de richting van een wereld-termietenstaat ook maar uitvoerders van een bovenmenselijke intelligentie, nl. Ahriman’ (http://users.pandora.be/antroposofie/vanaf40/b48met/b48.htm#ahr). Nog meer complottheoriën en uiteenzettingen over hoe Ahriman ‘voor Chinese lichamen bestemde zielen tracht om te leiden door ze als Europeanen te laten incarneren en zo de opiumoorlog heeft veroorzaakt’ vind je hier http://users.pandora.be/antroposofie/vanaf40/b44deel1.htm. Het ergste vind ik nog wel dat ‘Ahriman niet wil dat wij wijs worden!’. Maar dat zijn wij wel, want wij zijn antroposofen. Trouwens wel weer schattig dat de lezertjes van de Brug op het hart wordt gedrukt om vooral wel in kabouters te geloven (’warm, nat en zacht’ en horen bij het ‘element’ aarde).
    Het enige spoortje van zelfkennis of relativering dat ik in deze honderden artikelen heb kunnen aantreffen is (wanneer het fenomeen UFO’s ter sprake komt): ‘Een vervelende vraag voor antroposofen vermits Rudolf Steiner nooit over vliegende schotels gesproken heeft. We kunnen dus niet terugvallen op een of ander citaat en zijn daardoor verplicht om zelf eens na te denken. Wat ook voor antroposofen niet altijd evident is’, http://users.pandora.be/antroposofie/vanaf40/b55a-htm.htm#005 . Ook wordt er in deze beschouwing gesteld dat de verhalen ontvoeringen door aliens in UFO’s, die mensen op de operatietafel zouden leggen, symbolisch zouden moeten worden opgevat (à la Jung) en dat het een teken is dat we ons zelf moeten ontleden en ‘bij ons zelf te rade moeten gaan’. Interessant om dat uit de mond van een dweper met holocaustontkenners te mogen vernemen.
    Bekijk deze site zeker, ik kan hem van harte aanbevelen, vooral alle beschouwingen over Ahriman (vijftien waarin hij de hoofdrol vervult en een bijrol in minstens veertig). Je weet niet wat je leest, de gekte spat er van af: http://users.pandora.be/antroposofie/diabasis/inhaztot.html . Het is een bron van vermaak mits je het niet al te serieus neemt. Als het zou bestaan is deze samengebalde sektarische krankzinnigheid een duidelijk gevalletje van sofen-extremisme.
    De missionaire intenties van deze site worden trouwens niet onder stoelen of banken gestoken: ‘Dat zal het karma van de antroposoof worden: dat hij niet alleen zal begaan zijn met zijn eigen lot, maar dat hij zich ook zal bekommeren om het lot van zijn medemensen die er nog niet in geslaagd zijn dezelfde spirituele hoogte te bereiken’. Dat het menens is blijkt wel hieruit: ‘De antroposofen moeten er zich eindelijk rekenschap van geven dat het luttele deel van de mensheid dat zich voor de antroposofie interesseert, daardoor pas de oerfenomenen van de beschavingscrisis kan begrijpen en aldus de enige hoop voor de geestelijke wereld vormt’. Dat het zelfs levensgevaarlijk is om niet dezelfde ’spirituele levensfilosofie’ te huldigen, zoals deze in de Brug wordt gepredikt, blijkt wel uit deze passage: ‘En hier moeten we terug naar het karma van de mens kijken en dan zult u dadelijk zien dat het niet noodzakelijk is dat iemand die scheel ziet sterft in zijn 30ste jaar. Want wanneer we een mens hebben die zich in het leven tussen dood en een nieuwe geboorte zo voorbereid heeft dat hij veel heeft opgenomen in het vooraardse leven, maar hij kan dat geen vorm geven in het fysieke, en we bekijken dan zijn karma, dan vinden wij dat deze betreffende persoonlijkheid zeer goed had kunnen leven na het 35ste jaar. Maar dan had deze persoonlijkheid naast alle andere voorwaarden ook de impuls tot een spirituele levens- en wereldbeschouwing in zich moeten dragen. Want deze man vertoonde als geen ander een aanleg voor het spirituele, maar toch kon hij niet tot het spirituele komen omdat de sterke geestelijke impulsen die hij uit voorgaande aardelevens meebracht toch eenzijdige waren. U mag er zeker van zijn dat ik over een dergelijke zaak mag spreken. Ik was met die man zeer goed bevriend en wist daardoor welk een afgrond er bestond tussen mijn eigen wereldbeschouwing en de zijne. Intellectueel kwamen wij goed overeen, ook gemoedelijk, maar men moest hem niets laten horen wat naar spiritualiteit neeg. En omdat hij rond zijn 35ste tot een spiritueel leven had moeten overgaan om op aarde mogelijk te maken wat in aanleg spiritueel aanwezig was bij hem, en hij dat niet kon, daarom moest hij sterven. Het is dus zeer wel mogelijk om te stotteren en scheel te zien en toch te blijven leven, maar alleen als men voorbestemd is om als doodgewone aardemens te leven’ ( http://users.telenet.be/antroposofie/vanaf40/b50defhtm.htm).
    Een ander artikel heeft overigens de pathetische titel ‘Antroposofen; waarom hebben zij het dikwijls zo moeilijk?’ Ik denk dat de aard van deze website de vraag meteen beantwoordt.

  18. Ik zie dit als een buitengewoon excessieve uiting van de antroposofie en nogmaals, dit heeft weinig meer te maken met de mainstream, dus laat dat genoteerd zijn.
    Wat ik wel verbijsterend vind is dat nog steeds (of tot heel recent) dit blad gewoon door de mainstream werd aangeprezen. Het lijkt mij dat dit veel beschadigender is dan mijn kritische stukjes.
    Ik zie dat hierboven niet alle linkjes werken. Op mijn blog werken die wel. Maar iedere passage is direct te controleren; men hoeft alleen maar achter de verschillende weblinkjes te kijken.

  19. Zie dat mijn stuk over de Brug niet is aangekomen. Maar wacht daar even op.

    Moderatie: Je stuk is ondertussen hierboven geplaatst

  20. Hello everybody,

    could you please give a – very short – summary in English?

    In which you describe the different points of view?

    Thanks a lot!

    I´m very astonished about the quantity of comments in such a short time. I guess, I can´t contribute to the discussion since I don´t speak Dutch, but did maybe in a practical way:

    I made a formal accusation against the “Rudolf Steiner Nachlassverwaltung” (= Rudolf Steiner Verlag).

    see: http://hpd.de/node/5805

  21. Dear Andreas,
    Interesting to hear from you. I read something about your accusation, so I know about.
    Well it is mainly in Dutch, burt Ipresume you recognise the notoriuos passages of Die Mission einzelner Volksseelen in German.
    We are discussing the issue of possible racism in the work of Rudolf Steiner. I am convinced there is (I wrote two long articles about this issue, unfortunately also in Dutch).
    We are discussing this issue in a debate, with anthroposophists who deny there is, some who say there is something. Of course, there is a lot of emotion and the debate is sometimes not that structured as you wish it should be.
    Everyone has there own topic. Someone tried to prove there is no racism, because Steiner fought for equal rights (soziale dreigeliederung). Some others are trying to prove Steiner was right because there is now scientific prove for differences between races (that is what they say). Some others are telling that this is absolutely nonsence, so you understand, lots of topics and sometimes quiet furious.
    A main problem for me (but this is my point of view) that almost no one of the anthroposophical side wants to discuss the texts of Steiner himself. They want to focus more on secondary issues. But that is my view.
    The reason I started to write abou this issue was the claim of the Dutch anthroposophical society that Steiner made some isolated remarks, which we consider now as racist, but that there was no structural racist doctrine (I believe these conclusions were used for a recent german report). Well, I don’t believe this and try to prove that there is structural racism which is connected to the anthroposophical worldview as a whole. But a lot of people disagree.
    That’s a littlebit what’s going on.
    But if you could tell us more about your case, point of view, etc. I think that would be great! So please, do if you want, although the debate was in Dutch. If neceserary I will translate some crucial passages in English (which is not perfect when I have to improvise),

    kind regards,
    Floris Schreve

  22. PS the moderator of this debate is Ramon de Jonghe (Belgium). He uses the name Antroposofia. He owns this website. I am from the Netherlands. The contributors are both from Belgium as from the Netherlands

  23. Dear Floris,

    thanks for your summary!

    I agree wih you:

    “there is structural racism which is connected to the anthroposophical worldview as a whole.”

    This is not only your and my point of view, but it is shared by Helmut Zander, author of “Anthroposophie in Deutschland”.

    In his book – 1884 pages! – Zander says:

    “Steiner formulierte mit seinem theosophischen Sozialdarwinismus eine Ethnologie, in der die Rede von ≫degenerierten≪, ≫zurückgebliebenen≪ oder ≫zukünftigen≪ Rassen keine ≫Unfälle≪, sondern das Ergebnis einer konsequent durchgedachten Evolutionslehre waren. Ich sehe im Gegensatz zu vielen Anthroposophen keine Möglichkeit, diese Konsequenz zu bestreiten.”

    in short:

    “Steiner´s racism results from a consequently conceived evolutionary theory. In contrast to many Anthroposophists I don´t see any possibility to deny this consequence.”

    Well that´s it. At this point the discussion could – and maybe should! – be over.

    Of course nobody will ever be able to convince an Anthroposophist: Anthroposophy is a religious movement and who could accept that its “Messias” is a racist.

  24. Dear Andreas,

    I heard a lot about this book of Helmut Zander and I really look forward to read! Till now there was almost attention for it in the Netherlands (just on a few ‘progessive’ anthroposophical sites). But it may to appear in the Netherlands for serious attention. On this specific website Ramon did and there is also a link to an interview with Zander.
    What I konow about this book, I can just agree. Correct me if I am wrong but his central statement is that Steiner used a lot of written scourses and mixed them to his own wordview, pretending he had ‘seen’ this information in the so called ‘Akasha-Chronik’. And that the racist component is an important pillar of Steiner’s thought. I can only agree with that, but I still have to read the book of Zander.

    Moderatie: reacties samengevoegd

    Floris Schreve zegt:
    28 november 2008 at 9:35 pm

    And in your words:

    Well that´s it. At this point the discussion could – and maybe should! – be over.

    I try to, but not everyone agrees.

    Floris Schreve zegt:
    28 november 2008 at 9:51 pm

    But, if I may ask you a request. This discussion is going on for a while and will not be finished in a short time, for so far I can judge (and I think this is also the opinion of the moderator). Could you write something more about your specific interest, experiences and point of view? I think we all benefit from some input of yours. So if you like to do, be welcome. This is not a short instance issue.
    And I am looking forward to hear from you what your onw conclusions are. I am affraid the debate will continue mainly in Dutch, but if you want to know something more, please ask. I will try to translate some things for you, if you want.

    kind regards,
    Floris

  25. Hi Andreas,

    I mentioned you in my most recent article (25/11) in which I come to speak about the formal accusation you made against the Rudolf Steiner Verlag. A few reactions ago I wrote about the many formal accusations made by the anthroposophical society against anyone who dares to write or speak in terms which do not fit their benefits.
    And now someone who does the opposite, to file a complaint against an anthroposophical organisation, appears on my site. Funny how things go sometimes.

    As far as I can see, the situation for the anthroposophical movement and especially the steinerschools isn’t very good in Germany. Many scientists seem to have problems with the teaching practice on steinerschools. Among the critics I noticed professors and doctors in education. That is going to be difficult for the steinerschools. Now they have to deal with people who probably know more about the pedagogical practice on steinerschools than many teachers on those schools do.

    And then there is this racisme problem which gets a lot of attention in the media. I have no idea how anthroposophists are going to deal with that matter without admitting that there are at least traces of racism in parts of Steiners work. You can already see, but unfortunately not read, what happens in this discussion: a lot of talking, but no arguments from anthroposophists. As till now! Maybe someone shows up who is able to dispute with Floris Schreve and bring forward some arguments.

    For the good order. It is Floris, who has been so kind to summarize this issue for you and who is the main spokesman in this debate. Because I ‘m not really well known with the writings in which Steiner speaks about races, I’m only moderating, following the discussion and now and then participating (when I’m struck by lightning).

    Kind regards
    Ramon

  26. So Andreas, what I understood from the article you are a teacher on a Waldorfschool, but put action when you discovered the racist passages in ‘Die Mission’? And you went to court to proceed for annotations when this book was distributed?

  27. Jan,

    Je schrijft dat antroposofen de intellectuele eerlijkheid zouden moeten hebben om toe te geven dat Steiners uitspraken over rassen subjectief/ongefundeerd zijn. Ik meen te begrijpen dat je struikelt over het feit dat Steiner zegt ‘zo is het’ zonder dat hij dat fundeert met argumenten en onderzoeksresultaten. Nu snap ik niet goed waarom antroposofen dat niet zouden willen toegeven, want het is gewoon zo. Wat Steiner in zijn antroposofische boeken en voordrachten meedeelt, is (vooral) wat hij in de geestelijke wereld ‘geschouwd’ heeft. Hij vertelt dus over dingen die hij gezien heeft, niet over dingen die hij bedacht heeft. Hoe zou hij daar argumenten en bewijzen voor kunnen aandragen? In de geestelijke wereld kun je geen foto’s nemen en er worden ook geen folders verstrekt of toegangsbewijzen verkocht. Wie echt wil weten of Steiner gelijk had, moet zelf gaan kijken. En Steiner heeft uitvoerig uitgelegd hoe je dat kunt doen, hoe je kunt leren waarnemen op bovenzinnelijk gebied. Dat is ontzettend moeilijk, maar het is niet omdat ik of jij dat niet kunnen, dat niemand het kan. Dat zou nogal pretentieus zijn: wat ik niet kan, kan niemand!

    Iets anders is natuurlijk wanneer Steiners uitspraken gaan over de gewone, zintuiglijke wereld. Dan kunnen ze wél gecontroleerd worden. En Steiner verwachtte dat ook van zijn leerlingen: onderzoek alles wat ik beweer, zei hij, ik ben niet onfeilbaar, ik kan me vergissen! Of die leerlingen zijn verwachting inlossen, is een andere kwestie. Ik ben in ieder geval nog geen flagrante vergissingen tegengekomen , maar dat zegt natuurlijk niet veel.

    Als je deze manier van werken ‘ongefundeerd’ noemt, dan heb ik daar geen moeite mee. Vanuit modern wetenschappelijk standpunt is zij dat inderdaad. De vraag is alleen of dat standpunt het enigzaligmakende is en of uitspraken niet ook nog op een andere manier gefundeerd kunnen zijn.

    Je noemt de antroposofische methode een ‘wassen neus’ omdat ze niets met onderzoek te maken heeft. Het is gewoon een beetje mediteren en wachten op het gevoel dat Steiner gelijk heeft. Tja Jan, wat wil je dat ik zeg? Dat je de antroposofische methode echt door en door kent en ze op die manier hebt kunnen ontmaskeren? Zal ik je eens parafraseren? Die gigantische deeltjesversneller in Génève, je weet wel, dat is allemaal nep. Al die zogenaamde wetenschappers doen daar niets anders dan zich wat amuseren met peperduur speelgoed. Wetenschappelijk onderzoek? Een wassen neus ja! Mij maken ze niks wijs!

    Je schrijft: ‘Als jij van mening bent dat schoonheid een intrinsiek onderdeel IS van een zelfportret van Rembrandt, dan kun je er ook niet omheen dat ‘erotische lading’ een intrinsiek onderdeel is van een kind.’ Je maakt een kleine, maar essentiële fout: je spreekt van EEN zelfportret van Rembrandt, terwijl ik het had over HET (laatste) zelfportret van de man. Ik had het over een welbepaald schilderij waarvan ik de schoonheid gezien heb. Het is niet omdat één zelfportret de intrinsieke eigenschap ‘schoonheid’ bezit (hier in de betekenis van ‘kunst’) dat àlle zelfportretten die eigenschap bezitten. Dat is juist het punt dat ik wil maken: niet àlle schilderijen zijn kunst. Of een schilderij kunst is, is iets wat bij ieder schilderij afzonderlijk moet vastgesteld worden. Als je een schilderij nu wilt vergelijken met een kind, dan kun je nooit zeggen dat ‘erotische lading’ een intrinsiek onderdeel is van een kind. Je kunt hoogstens zeggen dat één welbepaald kind die eigenschap bezit, als je die eigenschap inderdaad bij dat kind waarneemt (en duidelijk ziet dat ze niet van jou komt). Nu denk ik niet dat veel kinderen een ‘erotische lading’ hebben (in de zin van sexuele aantrekkingskracht), en kleine kinderen al helemaal niet. Het lijkt me maar al te duidelijk dat die lading vrijwel altijd afkomstig is van de volwassene, al kan ik me wél voorstellen dat sommige meisjes heel vroegrijp zijn en wel degelijk een sexuele uitstraling hebben. Maar dat betekent nog altijd niet dat mijn bewering dat SOMMIGE schilderijen kunst zijn, analoog is aan: ALLE kinderen hebben een intrinsiek erotische lading. Dat is wel héél ver gezocht.

    Je schrijft: ‘De schoonheid zit ‘m niet in de bloem, maar in de persoon die ernaar kijkt. Zonder de waarnemer is een bloem gewoon een bloem.’ Ook hier maak je volgens mij een fundamentele fout. Zonder waarnemer is een bloem niet ‘gewoon een bloem’, dat wil zeggen: een bloem zonder schoonheid. Zonder waarnemer is er helemaal géén bloem, mooi of niet mooi. Het is onzin om over een bloem te spreken die niet waargenomen wordt. Dergelijke bloemen bestaan niet, tenzij in onze fantasie. Een bloem waar een waarnemer niet de eigenschap ‘schoonheid’ op projecteert, een ‘naakte’ bloem dus, dat is louter een denkbeeld, geen werkelijkheid. Bloem en waarnemer vormen één ondeelbaar geheel. In die zin moet ik mezelf corrigeren en zeggen dat we allebei gelijk hebben: de schoonheid zit tegelijk in de bloem én in de waarnemer. Dat maakt het natuurlijk nog veel ingewikkelder, maar de werkelijkheid is nu eenmaal ingewikkeld. Net als de antroposofie trouwens.

  28. Dear Floris,

    I did a waldorf teacher training program at the “Seminar für Waldorfpädagogik Berlin” in 2001 – 2002.

    I finished the program “successfully” in the sense of the certificate I got from the Waldorfseminar.

    But the anthroposophical brain-washing didn´t work on me so I renounced a job I was offered.

    I give a description of the “Seminar für Waldorfpädagogik Berlin” in the article:

    “Wundersame Waldorf-Pädagogik oder Atlantis als Bewusstseinszustand”

    http://www.novo-magazin.de/71/novo7138.htm

    I wanted to inform the public about the anthroposophical PARALLEL UNIVERSE I had encountered. I did. For example:

    I organized a scientific conference at the Humboldt Universität Berlin:

    “Anthroposophie – kritische Reflexionen”

    http://www2.hu-berlin.de/gkgeschlecht/anthro.php

    I gave an expertise for the “Bundesprüfstelle für jugendgefährdende Medien” (BPjM) for the process against 2 books of Steiner because of racism.

    The books weren´t banned by the BPjM because the Rudolf Steiner Verlag promised to publish a new “critical” edition within a year and to sell the old edition only with a “critical” leaflet.

    These promises were broken, so now I did a formal accusation.

    Anyway there is a very fundamental misunderstanding in your question:

    “you ARE (sic!) a teacher on a Waldorfschool, but put action when you discovered the racist passages”

    No Waldorf-teacher would ever be able to criticize Waldorf or Anthroposophy without losing the job, so there is no real criticism from working Waldorf teachers …

  29. I understand. I can also understand that it is quiet impossible to criticize the anthroposophy on this sensitive issue when you are an active teacher.
    The cases you mention I all read about. I found articles on them in German newspapers and mentioned them also in my firts article.
    My connection is that I went to Waldorf primary school. Was nothing wrong with that. But when I heard about the first complaints about racism in the Netherlands I started to think about it. I come from a family who are moderate sympathisers of the anthroposophy. When I started to ask questions in my personal network, people who sympathise with Steiner and the anthroposophy always told me ‘of course nothing is wrong’. When I visited some years later a lecture where there was told about Wurzelrassen I became suspicious (allthough I know the are so called ‘Zeit Alter’). I started to read more and finally I concluded there is a huge problem. So I decided to write an article about (last spring). Then there came a lot of reactions so there came another and now I am in this debate. But it was a slow process, almost spread out over a decade.

    Moderatie: reacties samengevoegd

    Floris Schreve zegt:
    29 november 2008 at 3:34 pm

    Your articles are interesting. I did a quick view. I used also the lecture of Jana Husmann-Kastein as a source. I recommend it to everyone who want to read a short explanation, with all the facts in it.

    Floris Schreve zegt:
    29 november 2008 at 4:50 pm

    Lieven, het prachtig dat je een racisme-debat gebruikt als platform voor allerlei bespiegelingen over Rembrandt en Marc Dutroux, maar jouw blad is hierboven ter sprake gekomen. Dus misschien is het zinvol als je daar iets over kwijt kunt. Verder zou je ook wat inhoudelijker kunnen worden over de racisme-kwestie. Lijkt me een eervolle taak bovendien, want de verdediging van antroposofische zijde is tot nu toe bedroevend armzalig gebleken.
    Maar laten we makkelijk beginnen. Hieboven wat opmerkingen over de Brug, mede jouw blaadje. Niets op terug te zeggen?
    Ook hierboven is te zien dat jij de auteur bent van sommige artikelen. Is toch wel vreemd als hier een willekeurige bezoeker moet ontdekken dat jouw naam in bovenstaand stuk valt terwijl jij doorgaat over de schoonheid van sommige kunst, die analoog zou zijn aan de intrinsieke erotische lading van sommige kinderen. Dus ben benieuwd.

    Floris Schreve zegt:
    29 november 2008 at 6:30 pm

    Zelfs Discipel moest er iets over kwijt (op mijn blog althans). Maar ik moet dus begrijpen dat je ermee instemt? Neonazi’s in naam van de antroposofie, geen enkel probleem.

  30. Hallo Alex,

    In eerste instantie leek nationalisme en antroposofie mij ook onverenigbaar. Toen ik echter zag hoeveel bekende antroposofen lid waren van Hitlers nazipartij, ben ik me wel vragen gaan stellen. Bijvoorbeeld of het gedachtengoed van nazi’s en antroposofen wel zo ver uit mekaar ligt dan antroposofen doen uitschijnen? Als die ideeën haaks op mekaar zouden staan, lijkt het mij moeilijk om lid van beide ‘clubs’ te zijn. Je ziet toch ook geen extreem rechtse politici die lid zijn van een of andere moslimvereniging?

    Ik heb een lijst met namen van een aantal antroposofen die lid waren van Hitlers partij hier liggen, maar omdat ik deze site in mijn schaarse vrije tijd moet onderhouden, heb ik hem nog niet kunnen publiceren (ik ben vooral bezig met e-mails van bezoekers van mijn site tot publiceerbare verhalen te verwerken). Op de site van het Duitse Info3 vind je een lijst met toelichting. http://www.anthro-net.de/ycms/artikel_1775.shtml

    Vanuit de antroposofische beweging blijft men overigens doen alsof de nazi’s tegen de antroposofie waren door aan te halen dat de steinerscholen door de nazipartij gedwongen werden te sluiten. Men vermeldt dan niet dat uitgezonderd de staatsscholen, alle scholen toe moesten. De steinerscholen werden dus niet geviseerd. De banden tussen nazi’s en antroposofen waren volgens toenmalige bronnen vriendschappelijk.

    ‘Im Juni 1933, zum Beispiel, gab Günther Wachsmuth, Sekretär der Anthroposophischen Gesellschaft in Dornach, ein Interview der Dänischen Zeitung Ekstrabladet in Kopenhagen (erschienen in deren Ausgabe am 6. Juni 1933). Auf die Frage nach der Beziehung zwischen Anthroposophie und der Nazi Staatsgewalt gab Wachsmuth deutlich seine „Sympathie“ und „Bewunderung“ für die neuen Machthaber in Deutschland bekannt (Wagner I, S. 41). Die Zeitung titelte das Interview „Anthroposophen und Nazis Hand in Hand“, mit dem Untertitel „Dr. Günther Wachsmuth vom Goetheanum in der Schweiz erklärt seine Sympathie für Hitler“ (ebd. S. 40). In persönlicher Korrespondenz kennzeichnet Wachsmuth seine Beziehung mit Nazibeamten als „freundlich“ (Werner, S. 37). ‘

    Ook interessant om weten. Er waren niet alleen vriendschappelijke banden, maar ook collaboraties. Ik haalde al aan dat er veel overeenkomsten zijn tussen de nazi- en Steiners ideologie. De antroposoof Heidenreich werkte dit al uit toen hij bemiddelaar tussen SS en Antroposofische Vereniging was.

    ‘Der Leiter der Christengemeinschaft, Alfred Heidenreich, hob in seinen Verhandlungen mit Nazibeamten die ideologischen Gemeinsamkeiten zwischen der Anthroposophie und dem Nationalsozialismus hervor (Werner, S. 194). Manchmal hatten diese Verhandlungen praktische Auswirkungen. Hanns Rascher, seit 1908 ein prominenter Münchner Anthroposoph und Anhänger Steiners, trat 1931 in die Nazi ein und arbeitete in den 1930ern für den Sicherheitsdienst, die SD; nachdem die Nazis an die Macht kamen, wurde er zum Kontakt zwischen dem deutschen Zweig der Anthroposophischen Gesellschaft und der SS (Werner, S. 32). Das Kontinuum der Reaktion der Anthroposophen gegenüber dem Nazismus beinhaltete nicht nur Ablehnung und Ressentiments sondern genauso Gleichgültigkeit, Kompromisse und Kollaboration.’

    Als dus iemand het verhaal over de relatie tussen nationalisme en antroposofie leven heeft ingeblazen, zijn het de antroposofen die die relatie onderhielden.

    Met vriendelijke groeten en welkom op deze site.
    Ramon

  31. Nationalisme en zeker neonationalisme lijken mij onverenigbaar met het gedachtengoed van Rudolf Steiner en dan met name daar waar het gaat om de toekomst.
    Het lijkt mij dat iemand die denkt dat dat wezenlijk iets met elkaar te maken heeft ergens toch wel vreselijk de boot gemist heeft. Het lijkt mij ook dat iemand die nationalistische en neonationalistische ideeen onder antroposofische vlag naar buiten brengt bewust of onbewust de antroposofie fout in het daglicht zet.

  32. Maar goed, ik heb ook een tweetal bloemlezingen uit de Brug samengesteld. Voor wie geen genoeg kan krijgen van dit soort bespiegelingen wil ik gaarne doorverwijzen naar deze twee door mij aangemaakte documenten. Dit zijn echt de highlights, over UFO’s, ‘sekten en seks’ en vooral heel veel over Ahriman:

    http://florisschreve.web-log.nl/mijn_hersenspinsels_onder/bloemlezing-de-brug.html

    http://florisschreve.web-log.nl/mijn_hersenspinsels_onder/digitale-bronnen-geloof-i.html

    zullen we hierna maar weer ter zake komen?

  33. Alex, ik had je bericht nog niet gezien. Ramon, Alex heeft al eerder op mijn blog gereageerd. Hij is het niet eens met mijn conclusies. Maar misschien is het aardig als jij je hier introduceert (het lijkt nu een beetje stil te liggen, maar er komt zeker een vervolg).
    Doe zeker mee! De boel komt wel weer tot leven.

  34. Maar goed, ik stel antroposofie zeker niet gelijk aan nationaal socialisme (voordat we dat misverstand weer krijgen). Steiners opvattingen lijken er niet eens op. Misschien bestaat er wel een indirecte connectie (alhoewl, die bestaat). Steiner is natuurlijk niet los te zien van Helena Blavatsky en Blavatsky was ook een belangrijke bron voor de ariosofie.
    Maar goed, Steiners opvattingen over rassen zijn van fundamenteel andere aard. Wanneer ik het over neo-nazi’s heb, gaat het meestal over tijdschrift de Brug, waar men kennelijk van mening is dat het dwepen met neo-nazi’s als David Irving, opportuun is voor de antroposofie. Maar dat is hun probleem.
    Zelf ben ik erg terughoudend met nationaal socialisme vergelijkingen. Dat is in het verleden door critici van de antroposofie al weleens gedaan en dat was vaak niet terecht (mijns inziens althans). Het ging vooral om de eerste publicaties van de historici Zondergeld en van der Tuin. Zij zijn daar later op teruggekomen en hebben nogmaals een veel genuanceerder stuk geschreven.
    Maar ik ga niet op die toer en wil de discussie ook graag uit dat vaarwater houden (behalve als hedendaagse antroposofen zelf met holocaustontkenners aan komen zetten, maar dat vind ik los van Steiner zelf staan).

  35. Ik zal voor Alex kort weergeven hoe ik tegenover antroposofie sta. Ik ben al geruime tijd met het antroposofisch gedachtengoed verbonden en heb aan Rudolf Steiners ideeën altijd een inspiratiebron gehad. Ik ben zeker geen adept van Steiner, wat maakt dat ik kritisch genoeg ben om te zien dat ook hij net als de meeste mensen de bal af en toe mis kon slaan.
    Ik heb drie kinderen op een steinerschool gehad, was er zelf actief als opvoeder, bestuurslid, sporadisch invalleerkracht, etc… Ik hoef je misschien niet te vertellen dat je op een steinerschool polyvalent inzetbaar moet zijn.
    Ook heb ik ‘een beetje’ steinerpedagogie opgepikt op Hogeschool Helicon. Een beetje, want voor mij was die hogeschool te zweverig.
    Verder ben ik een jaar of drie bibliothecaris geweest voor een van de bibliotheken van de Rudolf Steiner Academie in Antwerpen. En onlangs nog teruggevonden: een brief uit 2006 van de Antroposofische Vereniging, waarin ik word voorgesteld als info-verstrekker aangaande antroposofie en haar werkvelden. Ik ken dus wel een beetje de weg in antroposofia.
    Sinds ik het mishandelen van mijn kinderen heb aangekaart, eerst zonder gevolg intern, nadien publiek, ben ik persona non grata geworden binnen de antroposofische beweging in België. In Nederland kan men mij nog hebben, vermoed ik, want een van mijn artikelen over steinerscholen heeft enkele maanden met een banner op Antrovista gestaan (nu staat het onder teksten of zo).

    Het is naar aanleiding van het steeds maar weer problemen onder de mat te willen vegen, waardoor mensen moedeloos worden omdat ze geen gehoor krijgen, dat ik deze website heb opgezet. Problemen aankaarten en klachten kanaliseren.

    Toen nu Floris Schreve hier een reactie plaatste, ging ik eens bij hem op zijn blog kijken, spendeerde een artikel aan zijn inspanningen om het racismevraagstuk bespreekbaar te maken en een tijdje later stonden er hier een paar artikelen, waaronder bovenstaand waarop al meer dan 300 reacties zijn gekomen.

    Belangrijk om weten: ik ben het grotendeels eens met Floris wat betreft zijn argumentatie dat Steiner er een rassenleer op nahield waarin racistische en discriminerende uitspraken staan. Ik wacht dan ook vol ongeduld op de eerste die onderbouwde argumenten tegen Floris stellingen kan inbrengen.

    Dus als je je geroepen voelt, barst los!

    Groet
    Ramon

  36. Ik wil mij hier wel een beetje voorstellen. Ik heb de antroposofie leren kennen door mijn werk jaren geleden in de psychiatrie. Sinds die tijd veel gelezen. Ik heb veel inzichten verworven door onder andere de werken van Rudolf Steiner. Een van de eerste indrukwekkende inzichten destijds was dat met een bepaalde “vorm” van denken, het denken een soort oog wordt waarmee je de idee kunt waarnemen. Ik vermoed dat ik ergens diep van binnen al vroeg de eindigheid van het materieel denken heb gezien en al zoekende in de antroposofie een doorgaande ontwikkeling heb gevonden. Voor mij is tot nu toe dat wat ik door de antroposofie heb ervaren het waardevolste in mijn leven geworden. Ik begrijp niet alles wat ik lees of heb gelezen. Ik neem het zo onbevangen mogelijk op en laat het op mij inwerken. Ik heb gemerkt dat ik daar regelmatig later de bijzondere resultaten dan weer van ervaar. Ik heb helemaal niet de behoefte of het gevoel dat ik de antroposofie of de antroposofische vereniging zou moeten verdedigen maar wel dat ik het gedachtegoed van Steiner, daar waar het door de ervaring heen tot een eigen individueel beleven is geworden, uit kan dragen. Omdat ik nog maar een beginneling ben en voorlopig ook wel zal blijven, hoeveel ik in dit leven ook zal studeren en lerend ervaren, en omdat ik nog steeds zoekende ben en zal blijven vind ik het zeker interessant om met anderen in een dialoog te treden. Ik spreek dan alleen maar voor mijzelf en voor niets en niemand anders. En hoewel ik soms door een stelling de indruk zou kunnen wekken dat ik denk de waarheid te bezitten, wil ik hier aangeven dat een door mij geformuleerde stelling vooral aangeeft waar ik mij bevind op mijn ontwikkelingsweg.

    Ik begrijp dat er hier 1 item als hoofdthema in het midden staat. Dat is het vermeende racisme van Rudolf Steiner.
    Ik ben het niet eens met de stelling dat Rudolf Steiner van racisme is te beschuldigen. Dat baseer ik op de omschrijving van racisme zoals die is te vinden in de Conventies van de Verenigde naties.
    Rudolf Steiner heeft, voorzover ik mij bewust ben, geen onderscheid gemaakt gebaseerd op ras, huidskleur, afstamming, of nationale of etnische oorsprong met het doel of effect de opheffing van, of aantasting van erkenning, genieting of uitoefening, op basis van gelijkwaardigheid, van mensenrechten, en fundamentele vrijheden in het politieke, economische, sociale, culturele of enig ander veld van het openbare leven.
    Integendeel zou ik zeggen, en dat is gebaseerd op mijn beleving dat ik door kennisname van de werken van Rudolf Steiner onder andere juist meer inzicht, respect en waardering heb gekregen voor de
    waarde, vrijheid en individualiteit van ieder mens.

    Zover ik de werken van Rudolf Steiner ken zie ik dat hij allerlei onderscheidingen maakt waaronder die zoals ze zijn te vinden in zijn beschrijving van zijn waarnemingen van het ontstaan, de ontwikkeling en het bestaan van de verschillende rassen. Aangezien voor mij het woord discriminatie heden ten dage inhoudelijk is verbonden met het doel en effect van opheffing van en aantasting van erkenning, genieting of uitoefening, op basis van ongelijkwaardigheid, van mensenrechten, en fundamentele vrijheden in het politieke, economische, sociale, culturele of enig ander veld van het openbare leven zal ik het woord discriminatie niet gebruiken en vind ik dat in de voornoemde context ook ongepast.

    Rudolf Steiner heeft in een aantal boeken verslag gedaan van zijn waarnemingen met betrekking tot het ontstaan, de ontwikkeling en het -voort- bestaan van de rassen. In mijn ogen zou men dat kunnen omschrijven als een rassenleer maar dan niet in de betekenis van een doctrine. Dat wil zeggen niet in de betekenis van een leer die niet ter discussie staat. In mijn ogen moet alles wat Rudolf Steiner heeft gepubliceerd open staan voor discussie. Ik ben dan echter wel van mening dat niemand kan en redelijkerwijs mag oordelen en oordelend discussiëren over de inhoud van de werken van Rudolf Steiner (en overigens iedere (wetenschappelijke) publicatie) zonder eerst onbevangen kennis te hebben genomen van de inhoud van deze publicaties.
    Alex.

  37. Antroposofia.
    Je zult mij niet horen zeggen of zien schrijven dat antroposofen en nazi’s of nazi ideeen onverenigbaar zijn. Antroposofen zijn mensen, en mensen kunnen zich makkelijk antroposoof noemen maar het blijven mensen. En omdat we mensen zijn blijven we feilbaar. Ook Rudolf Steiner was mens en dus feilbaar. Het is alleen zo, dat in mijn beleving het antroposofische gedachtengoed zoals ik dat heb leren kennen onverenigbaar is met de ideologie van de nazi’s. Verder kan ik geen oordeel hebben over het lidmaatschap van een aantal antroposofen bij de nazipartij, net zo min als ik geen oordeel kan hebben over vriendelijke uitspraken van antroposofen in de richting van de nazi partij. Ik sluit niet uit dat er ook redenen kunnen zijn geweest die te maken hebben met de persoonlijke veiligheid van bepaalde mensen in Duitsland. Ik weet er gewoonweg te weinig van af om daar een mening over te kunnen of willen hebben. Van Floris had ik al eerder begrepen dat hij antroposofie niet gelijkstelde met nationaal sociaslisme.

  38. Dank Alex, voor je toelichting. Met die onbevangenheid heb je overigens gelijk. Ik was dat namelijk zelf ook, zij het dat het nu wat lang geleden lijkt. Voorzover ik ideeën erover had meegekregen waren die onverdeedl enthousiast. Misschien niet wat betreft antroposofen, maar wel Steiners ideeën. Voor zover de omgeving waarin ik ben opgegroeid, etc, ermee vertrouwd was, was dat eigenlijk onverdeeld positief.
    Goed op een gegeven moment las ik ook de berichten in de krant over mogelijk racisme (rond de kwestie Jeurissen). Maar toen was ik nog zeker niet overtuigd. Ik wilde er alleen meer over lezen. uiteindelijk ben ik heel langzaam ‘omgegaan’ en gekomen tot waar ik nu ben. Maar dat is een lang proces geweest, niet iets van de een op de andere dag.
    Ik heb dit onderwerp iook vaak laten liggen, soms voor een paar jaar. Pas vorig jaar lukte mij het om Die Mission in handen te krijgen. Toen ik dat gelezen had besloot ik er over te gaan schrijven. Dat leidde tot een artikel, waar weer een repliek op krwam vanuit antroposofische zijde. Dat bracht me tot een tweede en nu dit. Dus zodoende. De Brug ken ik overigens sinds een jaar. Was een belangrijke motivatie voor mij. Ik kon gewoon niet geloven dat dit uit naam van de antroposofie werd beweerd. Dus dat is een belangrijke factor geweest.

    Moderatie: reacties samengevoegd

    Floris Schreve zegt:
    29 november 2008 at 11:36 pm

    Maar goed, inderdaad, antroposofen zijn geen betere mensen dan anderen, maar daar gaat het hier niet zo om. Ik denk dat we voor deze discussie het nationaal socialisme, wat betreft Steiner, er beter buiten kunnen laten. Ook tenstanders van de Nazi’s hadden soms racistische opvattingen.
    Verder is hier antisemitisme nauwelijks aan de orde geweest, dus ook dat kan er wat mij betreft nog wel buiten blijven. Het gaat erom of Steiner een metafysische rassenleer had, waarbij huidskleur gekoppeld is aan bepaalde eigenschappen.

    Floris Schreve zegt:
    30 november 2008 at 12:18 am

    Maar Alex, heb je bovenstaand het punt gezien van Andreas (een andere nieuwkomer in deze discussie). Hij speelde een rol in het recente juridische gedoe rond publicatie en verspreiding van Die Mission. Hij haalt Helmut Zander aan (je kunt op deze site veel info vinden over deze historicus die veel onderzoek naar de antroposofie heeft gedaan. Zander:

    In his book – 1884 pages! – Zander says:

    “Steiner formulierte mit seinem theosophischen Sozialdarwinismus eine Ethnologie, in der die Rede von ≫degenerierten≪, ≫zurückgebliebenen≪ oder ≫zukünftigen≪ Rassen keine ≫Unfälle≪, sondern das Ergebnis einer konsequent durchgedachten Evolutionslehre waren. Ich sehe im Gegensatz zu vielen Anthroposophen keine Möglichkeit, diese Konsequenz zu bestreiten.”

    in short:

    “Steiner´s racism results from a consequently conceived evolutionary theory. In contrast to many Anthroposophists I don´t see any possibility to deny this consequence.”

    Well that´s it. At this point the discussion could – and maybe should! – be over.

    Wat mij betreft zit het zo in elkaar, al heb ik het boek Zander nog niet kunnen lezen. Maar goed, ik ben onafhankelijk tot dezelfde conclusie gekomen. Maar goed, zou graag horen hoe jij er tegenaan kijkt. Wellicht dat je het hier ook weer een eindje verder helpt.

  39. Ik stel antroposofie ook niet gelijk met nationaal-socialisme. Ik leg zelfs geen verband, dat is er al. Dat antroposofen ook maar mensen zijn en fouten kunnen maken…natuurlijk. Het is wel iets anders wanneer een organisatie zoals de Antroposofische Vereniging vriendschappelijke banden gaat leggen met de nazipartij. Of anders gezegd: gaat huilen met de wolven.
    Voor mij redelijk essentieel in de racismediscussie, want ik wil graag weten wat daar toen in die vereniging onder haar leden heeft geleefd, waardoor het voor die leden mogelijk werd om te collaboreren met de nazi’s. Anders gezegd: heeft Steiner misschien met zijn rassenleer bij zijn leerlingen het zaad gezaaid dat bij hen wortel is geschoten (in blud und boden?) en waardoor ze zich konden thuisvoelen in Hitlermania?
    Ik probeer te ‘zien’ in welke geest, welke sfeer die gewraakte geschriften van Steiner zijn ontstaan en wat daaruit is voortgekomen tot op de dag van vandaag. Voor mij is dat een aanvulling van de theorie. Maar wanneer dat een brug te ver is, is het voor mij ook goed dat we bij de naakte feiten, dus tekstanalyse, blijven.

    Om te beginnen toch.

    Groet
    Ramon

  40. Dat is idd wel belangrijk maar aan de andere kant, ook de Lutherse en de Rooms Katholieke kerk collaboreerde. Goed, in het Christendom (zeker bij deze twee stromingen) leefde zeker het eea aan antisemitisme, maar de vraag is of dat iets zegt over de rassenleer. Maar in het geval van de antroposofie zou het evt kunnen, gezien de noties dat de Ariërs het vijfde wortelras zijn ed. Ook het idee van de Arische cultuurperiodes. Ik haal anders toch het stukje van de ArIermythe terug, dan kan dat nog even nagelezen worden:

    DE ARIËR MYTHE

    Ariërs

    Verouderde aanduiding voor de zogeheten Indogermaanse volkeren die enige duizenden jaren voor Chr. vanuit het oosten Europa binnenkwamen en de basis legden voor de eerste vroeg-Europese beschavingen, zoals de Keltische (?) en de Germaanse. Het begrip Ariër is door overvloedig gebruik in de nationaal-socialistische propaganda in diskrediet geraakt.
    De mythe van de superieure Ariërs is omstreeks 1800 ontstaan, toen in Europa behoefte ontstond aan een ‘wetenschappelijk’ alternatief voor het Bijbelse scheppingsverhaal. In navolging van de Franse astronoom Jean Sylvain Bailly (1736-1793) en zijn speculaties over de oerbeschaving van Atlantis, zochten filosofen de oorsprong van de westerse beschaving ergens in Azië. Met name de ontdekking dat veel Europese talen verwant waren aan het oeroude Indiase Sanskriet (en gerekend konden worden tot een ‘Indo-Europese’ taalfamilie) was hierbij van groot belang.
    De Duitse filosoof Friedrich von Schlegel (1772-1829) wees er in zijn Über die Sprache und Weisheit der Indier (1808) op dat de oude Indiërs het noorden aanbaden, en hij veronderstelde dat ze daarom vast wel eens in die richting waren getrokken, en zo misschien in Noord-Europa waren terechtgekomen. In 1819 noemde hij deze wereldreizigers voor het eerst ‘Ariërs’. Die aanduiding was gebaseerd op Arioi, een naam voor een ander geheimzinnig ‘oosters’ volk, de Meden, die hij had aangetroffen in de ‘Historiëen’ van Herodotus ( de Meden zijn de waarschijnlijke voorouders van de hedendaagse Koerden, FS). Dat ‘Ariër’ hing volgens Schlegel samen met het Duitse ‘Ehre’, en daaruit bleek volgens hem al dat we hier te maken hebben met het einde van de mensheid.
    Het was de (verder volstrekt obscure) taalkundige Christian Lassen die in zijn Indische Altertumskunde (1847) het idee opperde dat de geschiedenis geschreven kon worden als de eeuwige strijd tussen de hoogstaande Ariërs en de minderwaardige dragers van die andere scheppende traditie, de Semieten. Omstreeks 1860 was het in Europa algemeen bekend, onder andere op gezag van de filoloog Max Müller dat Ariërs, namelijk Europeanen, Perzen en Indiërs, afstamden van een volk dat de hoogvlakten van Azië had bewoond. Vanuit het werk van Lassen lopen er directe lijnen naar racistische cultuurpessimisten als Joseph Arthur de Gobineau, de occultiste Madame Blavatsky en de protonazistische filosoof Houston Stuart Chamberlain. De Ariërmythe beleefde haar meest krankzinnige uitwerking in het werk van occultisten als Jörg Lanz von Liebenfels en Guido von List (de grondleggers van de ‘Ariosofie’, FS). In 1943 kwam de antropoloog Gerhard Heberer tot de conclusie dat het Arische ras uit het Noordse Ras was ontstaan, en dat Duitsland de Überheimat van dat elitevolk was.

    Marcel Hulspas en jan Willem Nienhuys, Tussen waarheid en waanzin; een encyclopedie der pseudo-wetenschappen, de Geus, Breda, 1998, p. 32

    Als we dat vergelijken met het schema van het vijfde, na-Atlantische tijdperk, vallen er misschien parallellen op:

    4de tijdvak: Atlantis
    zondvloed

    5de tijdvak: Na-Atlantis de zeven gemeenten uit de Apokalyps
    1) Oud-Indische cultuurperiode = Efeze
    2) Oud-Perzische cultuurperiode = Smyrna
    3) Egyptisch-Babylonische cultuurperiode = Pergamum
    4) Grieks-Romeinse cultuurperiode= Tyatira
    5) Huidige cultuurperiode = Sardes

    Er zijn inderdaad wat overeenkomsten. Rudolf Steiner gaat overigens nog dieper in op deze materie in de tiende voordracht van Die Mission (hier nog helemaal niet aan bod gekomen, maar ik wil daar nog een keer korte aandacht aan besteden als ik de Akasha-Kroniek heb gedaan). Maar daar zouden jullie alvast naar kunnen kijken: http://www.anthroposophie.net/steiner/ga/bib_steiner_ga_121_10.htm
    Daar komt dit verhaal echt aan bod. Ik kan ook verwijzen naar de voorgaande artikelen van Zwaap, de groot en Husman-Kastein. Het komt overal summier aan de orde.
    Maar goed, de antroposofie is een andere aftakking en staat daar grotendeels buiten. het feit dat de antroposofie verboden werd zegt niet zoveel. ook stromingen die heel nauw verwant waren aan het nationaal socialisme werden verboden. Dus dat zegt niets over verwantschap, maar ook niet over fundamentele verschillen. denk dus niet dat dit een heel belangrijk issue is.
    Als we ons hier verder beperken tot Steiner, is wellicht ook niet billijk om hem deze verwantschap toe te schrijven. Ook in 1925, toen Steiner overleed, was de nazi-partij nog een kleine splintergroepering.
    Maar het lijkt mij voor de zuiverheid van de racisme discussie zinvoller om het nationaal socialisme er buiten te laten. Dat roept, geheel terecht overigens, nogal veel op. En het onderwerp is, blijkens sommige bovenstaande reacties, al heftig genoeg.

  41. Maar vandaar dus ook al dat ‘ge-Ahriman’. Oud Perzische symbolen waren erg in, in het Duitsland van eind negentiende eeuw, wederom vanwege de oude ‘Arische’ connectie.

  42. Dear Floris and Ramon,

    this is what I told Helmut Zander in a telephone call the other day:

    “Steiner entwirft in seiner “Kulturepochen”-Lehre eine fiktive WEISSE Völkerwanderung: von Atlantis nach Indien, Persien, Ägypten, Griechenland, Rom, Germanien …

    Diese fiktive WEISSE Völkerwanderung wird in der Waldorfschule in Geschichte unterrichtet … usw.”

    “Steiner conceives in his theory of “Kulturepochen” a fictitious WHITE “Völkerwanderung” [migration of (the) peoples]: from Atlantis to India, Persia, Egypt, Greece, Rome, Germania …

    This fictitious WHITE “Völkerwanderung” is taught at Waldorf schools in history … “

  43. below:

    Geschichtsepochenheft der “…” Schule, 5te Klasse, 2007

    The school presented itself to interested parents as modern, liberal:

    “We do NOT teach Steiner in the class room!”

    Have a look yourself:

    ……………………………………………

    Seite 1:

    ATLANTIS

    Alte Geschichte

    Ur-Indien

    Ur-Persien

    Babylonien – Ägypten

    Seite 2:

    Es wechselt die Zeit
    das Antlitz der Dinge,
    doch bleibt ewig
    der Wesenskern.

    Es wechselt das Leben
    Der Menschen Taten,
    doch bleibt ewig
    der Seelenkern.

    Seite 3:

    Erinnerung an Atlantis

    Gesang Weylas

    Du bist Orplid, mein Land
    das ferne leuchtet;
    vom Meere dampfet dein besonnter Strand
    den Nebel, so der Götter Wange feuchtet.

    Uralte Wasser steigen
    verjüngt um deine Hüften, Kind!
    vor deiner Gottheit beugen
    sich Könige die deine Wärter sind

    (E. Mörike)

    Seite 4-6

    Manu und der Fisch

    Auf der Erde lebte der fromme und weise Manu.

    Er war ein Priesterkönig und Lehrer der Menschen. Eines Tages stand er am Ufer des Meeres, auf einem Fuß und mit emporgehobenen Armen. Da schwamm ein Fisch heran und sprach: „Großer König, rette mich, damit ich dereinst dich retten kann, denn im Meer sind die kleinen Fische vor den großen nicht mehr sicher.“ Manu hob den Fisch aus dem Wasser und tat ihn in eine Schale. Der Fisch aber begann zu wachsen und eine größere Schale war bald nötig. Doch der Fisch wuchs und wuchs, so dass bald alle Schalen und auch der Teich und der Fluss zu klein waren. Am Ende musste Manu ihn zum Meer zurückbringen. Als die salzigen Wellen ihn umspülten, begann der Fisch erneut zu sprechen: „Höre Manu, du Gerechter. Es naht eine schlimme Zeit. Eine gewaltige Flut wird Höhen und Tiefen heimsuchen. Du aber bau dir ein festes Schiff und fülle es mit Samen und Körnern aller Art. Wenn der Tag der großen Flut kommt, dann steige ein, du und die Heiligen Weisheitslehrer, die Rishis. Ich aber werde zur Stunde vor der Küste sein. An einem großen horn solltest du mich erkennen.“ Alles geschah, wie der Fisch es vorausgesagt hatte. Wohl Jahre dauerte die Fahrt, bis sich die Welt zu lichten begann und der Gipfel eines Berges sichtbar wurde. An diesem Berg befestigte Manu sein Schiff. Bald verliefen sich die Wasser, und alle sieben Rishis konnten wohlbehalten das neue Land betreten. Jetzt erst erkannten sie, wer sich in der Gestalt des Fisches verborgen hatte. Es war Brahma,

    des Daseins ewiger Grund.

    Und Brahma sprach: „Von Manu ist alles neu zu gestalten, wie von mir bestimmt.“

    So geschah es, und ein klarer Himmel empfing den neuen Tag.

    ……………………………………………

    Seite 7-20 (nur Inhaltsangabe):

    “Ur-Indien, 7200 – 5100 v. Chr.” (anthroposophischer Zeitrechnung!)

    – “Agni, das Opferfeuer”

    – “Heilige Veden”

    – “Die Kasten”

    – “Krishna, der Gesalbte”

    – “Gautama Buddha”

    Buddha wird mit folgendem Trick in die völlig falsche Datierung gequetscht, Zitat: “Gautama Buddha Jahrtausende vergingen. Die Menschen bedurften einer Erneuerung der hohen Lehre und des rechten Lebens. Da wurde den indischen Menschen ein großer Wegbereiter gesandt. (…)”

    ……………………………………………

    Seite 21-25 (nur Inhaltsangabe):

    “Ur-Persien 5100 – 2900 v. Chr.” (anthroposophischer Zeitrechnung)

    – “Zarathustra”

    – “Avesta, das heilige Buch der Perser”

    – “Ahura Mazado” (“Ahura Mazdoo”)

    ……………………………………………

    Seite 26-49 (nur Inhaltsangabe):

    “Babylonien-Ägypten 2900 -700 v. Chr.” (anthroposophischer Zeitrechnung)

    – “Gilgamesch”

    – “die 12 Tierkreiszeichen”

    – “die 7 Planeten”

    – Schaubild mit Kombination aus Planeten und Tierkreiszeichen

    – “Isis und Osiris”

    – “…”

    ……………………………………………

    Seite 50-Ende:

    “Griechisch-römische Kulturepoche 747 v. Chr. – 1413 n. Chr.” (anthroposophischer Zeitrechnung)

  44. Zoals in mijn introductie hier vermeld onderschrijf ik niet dat Rudolf Steiner racistisch was. Wat betreft je stukje van Zander Floris. Dat begint in mijn beleving meteen al helemaal fout. Hij begint met: Steiner formuleert met zijn theosofisch sociaaldarwinisme een ….. Als ik Steiner lees lees ik over antroposofie en het is antroposofie waar we het hier over hebben. Dat het in de beleving van Zander anders is, namelijk theoretisch sociaaldarwinisme, het zij zo maar daar ga ik dus niet in mee. Wat de verdere tekst betreft, volgens Steiner zijn veel van zijn publicaties, waaronder denk ik de hier bedoelde, weergaven van de resultaten van zijn bovenzintuiglijk onderzoek. Voor hem was dat dus geen theorie, voor de meeste lezers van de weergaven van zijn bovenzintuiglijk onderzoek is het wel theorie aangezien zij daar geen eigen ervaring in hebben. Ik heb dan ook – van Steiner – begrepen dat je zeer terughoudend moet zijn in de omgang met gegeven geesteswetenschappelijke informatie zolang je daar geen eigen ervaringen mee hebt.
    Dus, nogmaals, geen consequent doorgedachte evolutieleer vanuit theosofisch sociaaldarwinisme. Het lijkt me dat de Hr. Zander het werk van de Rudolf Steiner niet onbevangen heeft doorgenomen, wat overigens niet wil zeggen dat dat dan als vanzelfsprekend gevolg heeft dat je je dan overal in kunt vinden wat Steiner heeft gezegd en gepubliceerd.

    Ik zou ook heel graag willen weten wat er destijds onder de leden heeft geleefd, zeker bij hen die “collaboreerden” met de nazi’s. Want dan kan ik daar pas een mening over vormen. Rudolf Steiner lezend kan ik zeggen dat hij bij mij allesbehalve dat zaad heeft gezaaid dat bij mij wortel heeft geschoten waardoor ik me thuis zou kunnen in enige mania laat staan Hitlermania. Dankzij Steiner heb ik het inzicht kunnen ontwikkelen dat ik bij ieder mens altijd door alle uiterlijke en innerlijke kenmerken heen kan streven naar de waarneming van zijn individualiteit en met alles van zijn individualiteit/persoonlijkheid met de groots mogelijke zorg, respect, waardering en liefde om moet proberen te gaan. Uiterlijke en innerlijke kenmerken zijn die zaken die mij brengen tot het waarnemen van de individualiteit, het persoonlijke van ieder mens. Misschien zegt dit dan allemaal wat meer over mij dan over Rudolf Steiner, wat ik ten zeerste betwijfel, maar het geeft dan wel aan dat het mogelijk is dat eenieder naar zijn eigen geaardheid – pijltje terug -ge-aardheid! – teksten van Steiner kan interpreteren. Wat ook volop wordt gedaan.

    Ik herken in de antroposofie niet het verhaal van de ariermythe zoals ik dat hier lees. Maar ik heb de teksten niet anekdotisch paraat. Ik heb het in ieder geval niet op deze manier door het lezen van de teksten van Steiner zo in mij opgenomen. Ik meen me verder wel te herinneren dat Steiner ergens aangeeft dat de kenmerken blond haar, blauwe ogen, lichte huidskleur in de toekomst gaan verdwijnen. Als dat zo is – als gegeven – wat een zinloos ondernemen zou het dan zijn om te streven naar een superras van mensen met deze kenmerken. Wat een “ waste of time” en energie om dan met het oog op zo’n superras in die richting te gaan “theoretiseren”. Als een “ antroposoof “ dat zou doen dan heeft hij Steiner, naar mijn waarneming, niet goed gelezen

  45. Andreas,

    With your last post, you remind me that I received a scheme from my history teacher at the anthroposophical high school. I looked it up and found some interesting things. Unfortuned I’m not able to scan it, because it’s in A5 format.

    According to this scheme the development of mankind starts in the first Altlantic period around 24.000 b.C. with the differentiaton of 4 archaic types.

    The second Atlantic period (21.600 b.C.) is the period in which the spritual formation of mankind is lead through cosmic oriented mystery centres. (here a link to some background information about those centres http://wn.rsarchive.org/Lectures/MystCentre/19231221p01.html

    In the third Atlantic period (19.400 b.C.) the formation of races, ancient Indians or Tolteks, takes a beginning in the south of Atlantis.

    In the fourth Altantic period (17.300 b.C.) the ancient Turaniers formed. First signs of decadence appear.

    In the fifth Atlantic period (15.100 b.C.) the ancient Indians move towards North , Central and South America. First tendency of mental activity and centripetal soul attitude. This comes together with the formation of the ancient Semites.

    Ancient Sumerians formed in the sixth Altlantic period (13.800 b.C.). Development of astronomical thinking and social order.

    In the seventh and last Atlantic period (10.500 b.C.) more and more people start heading to other places, were the development continues. At last Atlantis is destroyed by a flood.

    After the Atlantic period the ancient Mongols went to America (first post Atlantic period 7900 b.C.). It takes 6000 years until they (after the third post Atlantic period, 1900 b.C.) start to mix with the ancient Indians. In the third post atlantic period first the Maya cultur appeared (4000-2000 b.C.).

    In the scheme only from this moment historical facts out of regular history science begin to appear. The essence of the scheme is that every now existing cultur is derived from one of the four archetypes out of the first Atlantic period.

    This is a grip out of what that higschool teaches upcoming educators. Maybe I should spend an article on history education on steinerschools.

  46. Floris,

    Het lijkt me niet zo’n goed idee om die bespreking in het Engels hier te doen. We haspelen nu de drie Germaanse talen al door mekaar. Ik vermoed dat de meeste mensen die deze discussie volgen dat liever in het Nederlands doen.

    Als Andreas actief aan de bespreking van de Akashakroniek wil deelnemen, denk ik dat we een andere oplossing zullen moeten zoeken. Owel open ik hier aan de hand van de tekst uit de Akashakroniek in het Engels een nieuwe draad, ofwel kunnen we op het forum een draadje openen.

    Toegevoegd: Misschien ga ik er te veel vanuit dat maar weinig Nederlandstalige mensen Engels begrijpen.

    Translation for Andreas

    I don’t think it is a good idea to discuss the Akasha Chronicle in English here; We are already mixing the three German languages. I suppose most people who are following this debat, prefer to follow it in Dutch.

    If Andreas wants to participate in discussing the Akasha Chronicle in English, we’ll have to find another solution. I could for example open a new post on the hand of the text from the Akasha Chronicle in English or we could discuss the matter on the forum.

    Update: But maybe I have a prejudice that only few Dutch speaking people can understand English.

  47. My first history lessons were exactly the same. It started with a story about Manu, who left Atlantis and brought the civilization to India,. After India came Persia, with the story of Zarathustra (Ahriman!) . Then Egypt, etc. It was exactly the story of the Kultur Epochen, not history according the real the facts. So is the Aryan Myth, as I decribed avove. The idea that the fifth root race came from Atlantis to India, thewn Persia, etc.
    It was taught me exactly like that on primary school.

    Moderatie: reacties samengevoegd

    Floris Schreve zegt:
    30 november 2008 at 2:37 pm

    De Ariër mythe staat precies beschreven in de Akasha-kroniek.
    The Aryan myth is described in Aus der Akasha-Chronik.

    Floris Schreve zegt:
    30 november 2008 at 2:40 pm

    Aus der Akasha-Chronik
    http://geisteswissenschaft.home.att.net/PDF1

    Floris Schreve zegt:
    30 november 2008 at 2:45 pm

    Andreas, this is interesting. This is exactly what I was taught in primary school, also in the fifth class. I can remember is scheme in details.

    Floris Schreve zegt:
    30 november 2008 at 3:02 pm

    And my primary school was also a ‘liberal school’ I suppose. Just a small primary school in the rural eastern part of the Netherlands with an enthusiatic staff, but I don’t believe my teachers were really ‘Steiner fundamentalists’. I think they just did what they had learned to do at their training as a teacher; just teaching the kids that this was real history.
    No one was really concious of this. My mother told me that she once discovered the notes of my brother on history and saw that he was taught that the civilization originated in Atlantis, than came to India, Persia, etc.. She had a conversation with his teacher, but my brother’s teacher was convinced that she just taught real history. Naive, but she was trained tot do so, so you couldn’t blame her for that. But this is just the Aryan saga, told by Helena Blavatsky and copied by Steiner. It even was the reason for a strange nazi-expedition to Tibet (the story of Heinrich Harrer, where Seven years in Tibet is about). He was sent tot Tibet by SS Führer Himmler, to find the mystirious source of the Aryan race. The story of the secret kigdom Shambala were Helena Blavatsky received her secret teachings by the masters, who sent her the text of the Secret Doctrine. The same story was used by Steiner in the Akasha-Chronik. The story of Manu, as a kind of an Aryan Noah, it is all there.

    Floris Schreve zegt:
    30 november 2008 at 3:05 pm

    Well, maybe this is a good reason to start discssing the Aklasha Cronicals here. It is this story, together with the tenth lecture of Die Mission, which tells the story after Manu arrived in India.

    Floris Schreve zegt:
    30 november 2008 at 3:11 pm

    From ‘Unsere atlantischen Vorfahren’:

    Dem Hauptführer (Manu) standen andere Götterboten zur Seite, welche für die einzelnen Lebenszweige seine Absichten ausführten und an der Entwicklung der neuen Rasse arbeiteten. Denn es handelte sich darum, das ganze Leben im Sinne der neuen Auffassung von einer göttlichen Weltregierung einzurichten. Die Gedanken der Menschen sollten überall von dem Sichtbaren auf das Unsichtbare hingelenkt werden. Das Leben wird durch die Naturmächte bestimmt. Von Tag und Nacht, von Winter und Sommer, von Sonnenschein und Regen hängt der Verlauf dieses menschlichen Lebens ab. Wie diese einflussreichen sichtbaren Tatsachen mit den unsichtbaren (göttlichen) Kräften im Zusammenhang stehen und wie der Mensch sich verhalten solle, damit er diesen unsichtbaren Mächten gemäß sein Leben 22

    einrichte: das wurde ihm gezeigt. Alles Wissen und alle Arbeit sollte in diesem Sinne getrieben werden. Im Gang der Sterne und der Witterungsverhältnisse sollte der Mensch die göttlichen Ratschlüsse sehen, den Ausfluss der göttlichen Weisheit. Astronomie und Witterungskunde wurden in diesem Sinne gelehrt. Und seine Arbeit, sein sittliches Leben solle der Mensch so einrichten, dass sie den weisheitsvollen Gesetzen des Göttlichen entsprechen. Nach göttlichen Geboten wurde das Leben geordnet, wie im Gang der Sterne, in den Witterungsverhältnissen und so weiter die göttlichen [51] Gedanken erforscht wurden. Durch Opferhandlungen sollte der Mensch seine Werke mit den Fügungen der Götter in Einklang bringen. – Es war die Absicht des Manu, alles im menschlichen Leben auf die höheren Welten hinzulenken. Alles menschliche Tun, alle Einrichtungen sollten einen religiösen Charakter tragen. Dadurch wollte der manu das einleiten, was der fünften Wurzelrasse als ihre eigentliche Aufgabe obliegt. Diese sollte lernen, sich selbst durch ihre Gedanken zu leiten. Aber zum Heile kann solche Selbstbestimmung nur führen, wenn sich der Mensch auch selbst in den Dienst der höheren Kräfte stellt. Der Mensch soll sich seiner Gedankenkraft bedienen; aber diese Gedankenkraft soll geheiligt sein durch den Hinblick auf das Göttliche.

    Man begreift nur vollständig, was damals geschah, wenn man auch weiß, dass die Entwicklung der Denkkraft, von der fünften Unterrasse der Atlantier angefangen, noch etwas anderes im Gefolge gehabt hat. Die Menschen waren nämlich von einer gewissen Seite her in den Besitz von Kenntnissen und Künsten gekommen, die nicht unmittelbar mit dem zusammenhingen, was der obengenannte manu als seine eigentliche Aufgabe ansehen musste. Diesen Kenntnissen und Künsten fehlte zunächst der religiöse Charakter. Sie kamen so an den Menschen heran, dass dieser an nichts anderes denken konnte, als sie in den Dienst des Eigennutzes, seiner persönlichen Bedürfnisse zu stellen. (2) Zu solchen Kenntnissen gehört zum Beispiel die des Feuers in seiner Anwendung zu [52] menschlichen Verrichtungen. In den ersten atlantischen Zeiten brauchte der Mensch das Feuer nicht, denn es stand ja die Lebenskraft zu seinen Diensten. Je weniger er aber mit fortschreitender Zeit in der Lage war, sich dieser Kraft zu bedienen, desto mehr musste er lernen, sich Werkzeuge, Geräte aus sogenannten leblosen Dingen zu machen. Dazu diente ihm der Gebrauch des Feuers. Und ähnlich war es mit anderen Naturkräften. Der Mensch hatte also gelernt, sich solcher Naturkräfte zu bedienen, ohne sich ihres göttlichen Ursprungs bewusst zu sein. Und so sollte es auch sein. Der Mensch sollte durch nichts gezwungen sein, diese im Dienste seiner Denkkraft stehenden Dinge auf die göttliche Weltordnung zu beziehen. Er sollte das vielmehr freiwillig in seinen Gedanken tun. So ging denn die Absicht des Manu dahin, die Menschen dazu zu bringen, dass sie selbständig, aus einem inneren Bedürfnis heraus, solche Dinge in Zusammenhang brachten mit der höheren Weltordnung. Gleichsam wählen konnten die Menschen, ob sie die erlangten Erkenntnisse rein im persönlichen Eigennutz oder im religiösen Dienste einer höheren Welt anwenden wollten. – War also der Mensch vorher gezwungen, sich als Glied der göttlichen Weltlenkung zu betrachten, von der ihm zum Beispiel die Beherrschung der Lebenskraft zufloss, ohne dass er die Denkkraft anzuwenden brauchte, so konnte er jetzt die Naturkräfte auch anwenden, ohne den Gedanken auf das Göttliche zu lenken. – Dieser Entscheidung waren nicht alle Menschen gewachsen, welche der Manu um sich gesammelt hatte, sondern vielmehr nur eine geringe Zahl derselben. Und nur aus dieser letzteren Zahl konnte der Manu den Keim 23

    zur neuen Rasse [53] wirklich bilden. Mit ihr zog er sich dann zurück, um sie weiterzuentwickeln, während die anderen sich mit der übrigen Menschheit vermischten. – Von der genannten geringen Zahl von Menschen, die sich zuletzt um den manu geschart hatte, stammt dann alles ab, was die wahren Fortschrittskeime der fünften Wurzelrasse bis heute noch bildet. Daher ist es aber auch erklärlich, dass zwei Charakterzüge durch die ganze Entwicklung dieser fünften Wurzelrasse durchgehen. Der eine Zug ist den Menschen eigen, die beseelt sind von höheren Ideen, die sich als Kinder einer göttlichen Weltmacht betrachten; der andere kommt denen zu, die alles nur in den Dienst der persönlichen Interessen, des Eigennutzes stellen.

    Floris Schreve zegt:
    30 november 2008 at 3:17 pm

    Alex, ik denk dat je sociaal Darwinisme hier moet opvatten als een soort raciaal Darwinisme. Als je dat tegen het licht houdt van Die Mission einzelner Volksseelen, heeft Zander gewoon gelijk. Maar goed, ik moet echt Zanders boek lezen.
    Kijk anders wat verder op deze site. Ramon heeft ook aandacht aan Zander besteed.

    Floris Schreve zegt:
    30 november 2008 at 3:24 pm

    Here you can find he fragment I want to discuss http://florisschreve.web-log.nl/mijn_hersenspinsels_onder/aus-der-akashachronik-beg.html
    These are the first chapters of the Akasha Chronik

  48. Dear Ramon,

    you suggest:

    “If Andreas wants to participate in discussing the Akasha Chronicle in English …”

    No, thanks a lot!

    I just wanted to give you some crucial information … to “discover” that Anthroposophy is taught in Waldorf schools – a fact that is strictly denied by Waldorf officials, at least in Germany:

    the Waldorf schools may lose their public funding, it it became clear that they are “Weltanschauungsschulen”

  49. So shall we continue in Dutch? Andreas, you know the German text so I will suggest you can comment in English if you want to. I may start later tonight, if everyone is allright with that

  50. Wat ik begrepen heb van de Vrije school zoals ik dat heb beleefd is dat daar wel de uitkomsten van geesteswetenschappelijk onderzoek worden toegepast en in een aantal gevallen onderwezen, maar dat de geesteswetenschap als wetenschappelijke weg, om het zomaar even te omschrijven, niet wordt geleerd. En daar ben ik het helemaal mee eens. Ik heb zeker de indruk dat heel veel ouders helemaal niet zo goed weten wat antroposofie inhoud. Maar als ouder wist ik daar voldoende van en inmiddels weet ik er nog meer van en er is tot nu toe niets wat mij er van zou weerhouden om mijn kinderen naar de Vrije school te laten gaan. Daar zitten ook twee kanten aan. Waarom zoeken en vinden ouders een school als de Vrije school? Wat zegt de Vrije school deze ouders? (bewust of onbewust) dat ze daar voor kiezen en wat missen ze dan aan andere scholen dat ze daar niet voor kiezen?

  51. Floris, als je mij wilt duidelijk maken dat Zander het heeft over raciaal Darwinisme, prima, maar bij Steiner is het antroposofie en geen theosofisch sociaal Darwinisme. Ik heb hier eerder op het forum gelezen dat er wordt beweerd dat Steiner gewoonweg plagiaat heeft gepleegd door teksten van Blavatsky over te nemen en dat de antroposofie terug te voeren is tot de theosophy en dat dan weer tot Blavatsky, maar als je Mein Lebensweg van Steiner hebt gelezen dan weet je dat dat bepaald niet klopt. Rudolf Steiner is de grondlegger van de antroposofie en hij heeft het aan niemand ontleent. Het zijn de uitkomsten van zijn persoonlijke ontwikkelingsweg en daarin zijn persoonlijke bovenzintuiglijke waarnemingen. Nu begrijp ik wel dat er genoeg mensen zijn die anders beweren maar in wezen zeggen zij dan dat Rudolf Steiner een leugenaar is en een literair fraudeur. Dat mogen zij vinden zoals ik anders vind, maar ik begrijp echt niet waarom die mensen zich zo druk maken om iemand die ze als leugenaar betitelen. Dat er anderen zijn die hem niet als leugenaar beleven lijkt me dan toch geen reden om je daar zoveel mee bezig te houden. Wat is er in iemands persoonlijke leven dat hij veel tijd en energie wil steken in zijn of haar beleving dat Rudolf Steiner onzin liep te verkondigen. Er lopen momenteel wat levende leugenaars en onzinvertellers op de wereld rond die werkelijk schade toe brengen en waar de aandacht beter besteedt is.

  52. Beste Alex,

    Dat doet er zeker toe. Het zijn juist de antroposofen die deze leerstellingen uitdragen onder het mom van dat hun leidsman zich baseerde op helderziende openbaringen. Op basis daarvan worden ook deze ideeën uitgedragen. Dus het lijkt mij wel degelijk zinvol om de herkomst van die ideeën te onderzoeken.
    Boevendien lijkt het er soms op dat de antroposofen hun eigen geschiedenis hebben herschreven. je kunt het aan de voorgaande reacties in dit debat al zien. Helena Blavatsky is voor sommigen volstrekt taboe. Ook dat is al vreemd. Je gaat je echt afvragen waarom. Omdat het te dichtbij staat? Omdat dan blijkt dat Steiner helemaal niet zo uniek is? Dit zijn allemaal zaken die relevant zijn.
    Ik zeg niet dat jij dat doet, maar waarom vliegen antroposofen de gordijnen in zodra je een link legt met tijdgenoten of voorgangers van Steiner? Omdat het de uniciteit aantast. Het lijkt er soms op alsof er krampachtig een mythische versie van de eigen geschiedenis in stand wordt gehouden. En Steiner was een groot deel van zijn leven lid van de theosofische vereniging. Alleszins reden om dus goed naar een mogelijke connectie met Helena Blavatsky te kijken. Maar om de een of andere reden is dit ernstig taboe.

  53. Overigens is Steiner mijns inziens althans eerder een volgeling van Haeckel (al beweerde hij in een later stadium van zijn leven van niet) dan van Darwin. Maar ik heb vroeger zelfs dierkunde op school gehad volgens de principes van Ernst Haeckel. Daaruit kun je ook zijn vierledige rasmodel uit Die Mission verklaren (naar leeftijdsfase)

  54. Laten we niet vergeten dat Steiner een privébibliotheek met maar liefst 6000 titels naliet.
    Voor een helderziende die het grote onzichtbare boek van de wereld ofte ‘Akashakroniek’ ter beschikking had en zelden bronnen bleek aan te halen, lijkt me zo’n bibiotheek vrij overbodig.

    Wat Helmut Zander betreft. Zijn bevindingen zijn wel iets anders dan vrijblijvende uitlatingen die zouden zijn ontstaan bij gebrek aan onbevangenheid. De studie van Zander is een empirisch onderzoek, wat impliceert dat de man strenge wetenschappelijke procedures in acht had te nemen. Als Zander niet objectief genoeg zou zijn geweest, zal dat door een tegenexpertise kunnen worden uitgemaakt. Precies omdat Zander empirisch heeft gewerkt. Daardoor is het werk ook zo belangrijk. Men moet empirische data gaan aandragen en op empirie gebaseerde argumenten gaan weerleggen. Zover ik heb begrepen, lukt dat niet met een leuk filosofisch verhaal op te hangen of met te zeggen dat Zander antroposofie niet heeft begrepen. Kortom: Zander heeft in zijn boek ‘Anthroposophie in Deutschland’ een en ander hard gemaakt en het zal tot het moment dat het wordt weerlegd gelden als toonaangevend naslagwerk.

  55. Overigens vind ik zo’n bibliotheek jaloersmakend, helderziend of niet 🙂 Steiner was natuurlijk wel zeer belezen. Als er nu iets is waarin ik Steiner wel degelijk in bewonder is het ook zijn gevoel voor bijna universele en archetypische beelden. Daarmee zit de ook door mij gehekelde Mision vol. Het verhaal van de Rassenspaltiung is bijvoorbeeld een soort toren van Babel verhaal.
    Maar ook het gegeven van de Götterdämmerung (de Godenschemering). Er blijkt telkens weer een nieuwe generatie goden of krachten te zijn die de evolutie weer verder helpen, totdat de krachten van deze hogere machten weer is uitgespeeld en uiteindelijk de mens het zelf overneemt.
    Dit gegeven zit sterk in de Germaanse mythologie, maar ook in de oude Indiase Hindoe mythologie. Bij de Azteken vind je het ook terug. De schepper, Omeotl, is niet de oppergod. Dat was voor de Azteken Huitzilipochtli, die de oude ‘scheppende’ god Quetzalcoatl van de troon had gestoten. Een jonge god dus. In het centrum van de oude Azteekse hoofdstad Tenochtitlan nam hij in de hoofdtempel de plaats in naast zijn polaire tegengod Tlaloc, de oude regengod. Je moet dit zelfs zo letterlijk zien dat in oudere Mexicaanse beschavingen er ook een dubbelcultus was. In de stad Teotihuacan zie je wederom Tlaloc, maar daar vergezeld door de oude zonnegod Quetzalcoatl.. Dus ook de Azteken kenden, net als de Hindoe’s en de oude Grieken trouwens, het verschijnsel van verschillende godengeneraties.
    Het gegeven van de godenschemering is ook nauw verweven met de involutielijn. Bij Steiner zie je dat constant. Ook Jahwe ziet hij als een kracht die weer iets lager staat dan het allerhoogste wezen (een van de Elohim). In het mystieke en esoterische jodendom wordt dit onderscheid ook gemaakt. De scheppende god EL is een andere dan de ‘stamgod’ Jahwe. Een zelfde soort relatie als tussen Omeotl en Huitzilipochtli bij de Azteken, Vishnu en Krishna bij de Hindoes en de Walen en de Asen bij de Germanen. Dit soort zaken had Steiner dus wel goed begrepen, of hij had er een goed gevoel voor.
    De vraag is of hij dit uit helderziende openbaringen had of dat het misschien toch het resultaat was van een grote belezenheid, gecombineerd met een rijke verbeeldingskracht.
    Maar goed, laten we ons vooralsnog beperken tot de rassentheorieën, al hangen die wel samen met het grotere kosmologische verhaal. Tot zover mijn exposé van polytheïstische godsdienstvergelijkingen

  56. “ Onder het mom” betekent volgens het free online woordenboek : “om een andere reden dan het lijkt” Als ik je goed volg Floris schrijf je dus dat antroposofen deze leerstellingen uitdragen om een andere reden dan het lijkt, anders dus dan dat Rudolf Steiner zich baseerde op helderziende ervaringen. Laten we het er maar op houden dat je bedoelt te zeggen dat – een aantal antroposofen- , ik ken ze echt niet allemaal, ideeen van Rudolf Steiner uitdragen omdat ze er van uitgaan dat Rudolf Steiner, voorzover zij dat zo beleven en hebben ervaren, oprecht en waarheidsgetrouw verslag heeft gedaan van zijn persoonlijke ontwikkelingsweg en de bovenzintuiglijke waarnemingen die hij heeft gehad. Daar komt geen mom aan te pas. Ik begrijp ook niet dat je dat zo formuleert want wat wil je daar nu mee zeggen? Wilde je eigenlijk schrijven dat antroposofen ideeen uitdragen die Steiner verkondigde “onder het mom” van helderziende ervaringen? Als dat zo is schrijft dat dan. Is het te lastig om te schrijven dat je vindt dat Rudolf Steiner een leugenaar is. (Als dat je mening zou zijn)

    Dat neemt natuurlijk niet weg, integendeel, zou ik zeggen dat het heel zinvol is om de herkomst van die ideeen te onderzoeken. Dan kan ik misschien wel een tip geven. Lees vooral de autobiografie van Rudolf Steiner en alle andere publicaties die hij gedaan heeft over zijn ontwikkelingsweg. Dan weet je waar zijn ideeen vandaan komen en kun je voor je zelf tot het inzicht komen of Rudolf Steiner een bedrieger, een leugenaar, of zoals Plasterk in een column kan beweren zonder dat hij de antroposofie zelfs kent, een idioot is. Maar er zijn nog meer mogelijkheden, maar ik zou zo zeggen vorm je eigen mening na het onbevangen kennis nemen van de voornoemde werken.

    Waarom Helena Blavatsky taboe is weet ik niet zeker. Ik heb een aantal van haar boeken hier in huis staan en er ook stukken uit gelezen. Ik heb ook een aardige biografie over haar. Allemaal hoofdzakelijk gelezen nadat ik de antroposofie heb leren kennen. Rudolf Steiner geeft in een van zijn publicaties duidelijk aan waar een heel belangrijk verschil zit en dat is hier al aan de orde gekomen dat heeft namelijk te maken met de persoon van Jezus, de Christus en het Christendom. Geen onbelangrijke verschillen. Als Blavatsky aangehaald wordt in de betekenis dat Rudolf Steiner zijn inzichten aan haar te danken heeft en zelfs met betrekking tot haar plagiaat heeft gepleegd dan verandert de situatie in die zin dat dat door goed ingelezen antroposofen niet erkend wordt omdat het in tegenspraak is met wat Rudolf Steiner daar zelf over heeft laten weten. En dan kom je weer op de kern van wat ik eerder heb geschreven want dan krijg je de situatie dat of Rudolf Steiner de leugenaar is of de mensen die beweren dat hij plagiaat heeft gepleegd. Steiner is overigens met betrekking tot de antroposofie uniek, dat heb ik al eerder aangegeven. Hij is de grondlegger van de antroposofie. Maar dat maakt hem niet tot een God , niet tot een halfgod of iets wat daar maar op zou lijken. Hij was mens onder mensen en als mens is hij zeker voor mij een zeer grote en zeer belangrijke inspiratiebron.

    Steiner was lid van de theosofische vereniging. Daarover schrijft hij in een brief in de zomer van 1906 aan Annie Besant, voorzitster van de Theosofische vereniging, het volgende. (Dit ging over de negatieve beoordeling door Rudolf Steiner van de geschriften van Leadbeater): Daar ik-om diepere redenen- nu eenmaal tot de Theosofische Vereniging ben toegetreden, kon ik de boeken van een gewaardeerd voorman niet van de hand wijzen.
    Rudolf Steiner was onder de voorwaarde dat hij alleen maar vanuit zichzelf zou spreken leider -Secretaris-generaal- geworden van de Theosofische sectie van Duitsland. Over dat vanuit zichzelf spreken schreef hij in 1903 aan Johanna Mucke, het volgende: U schrijft dat ik in mijn leven de geest tot uitdrukking ben. In één opzicht, dat verzeker ik u, streef ik dat beslist na: ik zal nooit over iets geestelijks spreken dat ik niet uit onmiddelijke geestelijke ervaring ken. Dat is mijn leid-ster. En dat heeft mij over alle illusies heen geholpen. Ik kan de illusies doorzien. En ik mag wel zeggen dat het geestelijke voor mij evenzeer werkelijk, volle werkelijkheid is als de tafel waaraan ik dit schrijf.

    Op 14 mei 1904 schrijft hij aan Doris en Franz Paulus dat hij voorgaande dagen in Londen was op bezoek bij Annie Besant: om van haar volledige spirituele autorisatie (machtiging) te verkrijging voor alles wat ik op dit gebied doe.
    In een brief aan Annie Besant – wederom 1906 – schrijft hij het volgende: Daar U mij bij het leidinggeven aan de zaken van de E.S. (Esoterische Schule- deze stond naast en los van de Theosofische Vereniging) volledige vrijheid hebt gelaten….

    22 nov. 1911 Schrijft Annie Besant aan Rudolf Steiner. Mijn beste dr. Steiner, ik zou graag willen dat u mij, ter publicatie in de Theosophist, een uiteenzetting zou sturen van uw gezichtspunten met betrekking tot de Christus. Men hoort allerlei berichten, en ik vermoed dat u & ik zeer verschillende opvattingen koesteren. Ieder van ons heeft recht op zijn eigen opvatting, maar ik geef graag alle bekendheid aan opvattingen waarmee ik het oneens ben.

    Goed, dit zijn een paar zaken met betrekking tot de verhouding Rudolf Steiner Theosofie en Theosofische Vereniging destijds.

    Ook over zijn verhouding en zijn kijk op Ernst Haeckel heeft Steiner het een en ander geschreven, hij was geen volgeling van Ernst Haeckel maar had zich wel diep ingeleefd in zijn filosofie om deze als het ware van binnenuit te begrijpen. Zo deed hij dat nou eenmaal. Als iemand aangeeft dat hij iets terdege begrijpt en kan waarderen wordt hij of zij daarmee niet automatisch een volgeling. Ik ben per slot van rekening ook geen volgeling van Steiner.

    Ik durf te betwijfelen dat Rudolf Steiner voor zijn dood 6000 boeken had. Als overigens het aantal boeken wat iemand in bezit heeft als bewijs geld voor plagiaat komen we in een wel heel vreemde wereld terecht. Overigens hoef je helemaal geen boeken te hebben om plagiaat te plegen, ook in die tijd had men al bibliotheken. Ik weet niet of de boeken allemaal van hem waren maar ten tijde van zijn verhuizing naar Zwitserland correspondeerde hij daarover met zijn vrouw Marie van Sivers. Hij behandelt in die brief de organisatie van de verhuizing. Na het voorstel om de door hem ontworpen blauwe meubels te verkopen, schrijft hij het volgende: Dan is er het exorbitante aantal van 127000 boeken. Die kunnen natuurlijk alleen in verhuiswagens worden vervoerd. Maar vanwege het gewicht van de boeken kunnen die verhuiswagens niet meer dan halfvol worden geladen. Nou, dan weten we het wel, met zo’n aantal boeken in je boekenkast is er geen woord meer over wat je niet gejat hebt toch.

    Laten we nu bij Zander niet inde fout gaan die we anderen bij Steiner verwijten, dat we hem gaan geloven zonder dat we het boek hebben gelezen alleen maar omdat we zo graag willen dat het ons te pas komt. Straks zijn we nog adepten, volgelingen van Zander.
    Zoals eerder vermeld; Rudolf Steiner hield zich bezig met antroposofie, niet met theosofisch sociaal Darwinisme, of , kort samengevat, raciaal Darwinisme dus wat mij betreft gaat Zander met zo’n citaat wel de fout in en heb ik alle redenen om aan zijn onbevangenheid te twijfelen.

    Ja, Floris, ik ben ook wel “jaloers” op de kennis die Rudolf Steiner had en zijn belezenheid. Jij kunt er overigens ook wat van moet ik zeggen. De vraag of Rudolf Steiner het vanuit helderziendheid had of grote belezenheid en verbeeldingskracht is een vraag die eigenlijk alleen door Rudolf Steiner kan worden beantwoord. Anderen die deze vraag zouden kunnen beantwoorden zouden daarvoor helderziend moeten zijn, of worden en dan gaan alle niet helderzienden zich natuurlijk weer af vragen of dat bij die mensen dan weer helderziendheid of verbeeldingskracht was. In deze tijd van materialistisch denken mogen we er wel van uitgaan dat de meeste mensen helderziendheid niet accepteren. Helderziendheid is overigens voor helderzienden een empirisch gegeven. Maar voor de natuurwetenschap geld dat niet en zij stellen de regels. Je zou maar eens helderziende ervaringen hebben, kun je het wel schudden, wordt je vast flink gediscrimineerd.

  57. Beste Alex
    eerst mijn reactie die ik gisterenavond laat had geschreven. Later beantwoord ik je nieuwste reactie. Dus deze slaat nog op je vorige bericht. Nieuwe reactie volgt later. Een ding alvast: als ik Zanders boek vind tegenvallen, ben ik de eerste om dat toe te geven, die afspraak wil ik wel maken. Maar als ik zie wat zelfs sommige reacties uit het Goetheanum zijn (waar kennelijk ook kritische antroposofen rondlopen) denk ik dat het misschien wel verpletterend is. Maar eerst het verhaal dat ik gisterenavond laat heb geschreven.

    Toch lijkt het mij zinvol om nog een keer op de relatie van Blavatsky en Steiner in te gaan. Helena Blavatsky was een Russisch medium en kreeg door de ‘Meesters’, die zij had leren kennen op een mysterieuze reis naar Tibet teksten door die gezamelijk de Geheime Leer vormen (The Secret Doctrine). Rond deze Madame Blavatsky ontstond de theosofische vereniging.
    Ook Steiner meldde zich aan bij de theosofische vereniging en bracht het tot voorzitter van de Duitse sectie. Nadat het theosofische hoofdkwartier, olv Charles Leadbeather en Annie Besant (ruim na de dood van Helena Blavatsky) de Indiase jongen Jiddu Krishnamurti tot de nieuwe messias had uitgeroepen (de Matreya), verliet Steiner en een groot deel van de Duitse theosofen de Theosophical Society en stichtten de antroposofische vereniging. Vanaf dat moment wilde men niets meer met Blavatsky en de theosofen te maken hebben.
    Steiner claimde op basis van eigen ‘aanschouwingen’ tot zijn inzichten te zijn gekomen, oa over het ontstaan van de aarde. Het is opmerkelijk dat Steiners verhaal van de aarde evolutie, beschreven in de Akasha-Kroniek, voor twee derde overeenkomt met Helena Blavatsky’s de Geheime Leer. Bijvoorbeeld de beschrijvingen van de verschillende aardetoetstanden, wortelrassen of Zeitalter, achtereenvolgens: Hyperborea, Lemurië, Atlantis en het huidige tijdperk. Alleen bij de eerste toestand is er een verschil. Bij Blavatsky komt voor Hyperborea ‘The Holy Land’ en bij Steiner ‘Polaris’.
    Maar goed, ik zal hier Bram Moerland citeren, die in de jaren tachtig een kritisch boekje schreef over de rassenleer van Steiner en Blavatsky. Is bijna net zoveel gedonder over geweest als Zondergeld en van der Tuin. Grappig, hierboven is eindeloos geroepen dat ik hetzelfde zou zeggen als Zondergeld en van der Tuin. Hun publicatie heb ik wel gelezen, maar nauwelijks gebruikt. Wel heb ik veel gebruik gemaakt van Bram Moerland, van huis uit filosoof en kenner van het gnostische Christendom (ook in mijn tekst naar verwezen, maar dat is kennelijk niemand opgevallen). Van alle eerdere kritische publicaties staat Moerlands verhaal, samen met het artikel van Jan Willem de Groot, het meest dicht bij mijn artikelen, gevolgd door Jeurissen en dan Zondergeld en van der Tuin. Maar kennelijk hebben de laatste twee zo’n verpletterende indruk gemaakt dat als je nu, inmiddels twintig jaar later, over racisme en Steiner begint er bij de antroposofische kant meteen een riedeltje begint te draaien van Zondergeld, van der Tuin en Dieter Brüll, die met zijn Nieuwe Reactionairen heel hard ‘boe!’ heeft geroepen (ben benieuwd of dat ook gebeurt als Zanders boek in Nederland verschijnt, lijkt me overigens niet echt effectief). Ik heb ook wel een vermoeden waarom dat zo is. Zondergeld en van der Tuin kwamen aanvankelijk met beschuldigingen van verwantschap met het nationaal socialisme. Dat ligt natuurlijk heel gevoelig, maar dat is ook nog wel te weerleggen. De beweringen van de andere critici zijn moeilijker te weerleggen, of je moet komen met beschuldigingen van verkeerd citeren, dat de bronvermeldingen niet kloppen, etc. Zie het van Baarda Rapport. Ik heb al eerder aangetoond dat deze beschuldigingen in het geval van Moerland en Jeurissen ongegrond zijn. Van de Groot is in het van Baarda rapport gezegd dat het oppervlakkig was en dat hij verbanden legde die er niet zouden zijn (met de ariosofie dus, een andere afsplitsing van de theosofie. Aangezien Steiner zelfs niets met de theosofie te maken zou hebben, kan dat vanzelfsprekend niet waar zijn ;)).
    Wat misschien een rol heeft gespeeld in het Zondergeld en van der Tuin verhaal naar mijn adres, door diversen van antroposofische zijde (Paul Heldens, Jan Luiten) is dat ik persoonlijk bevriend ben met de vroegere vrouw van August de Roode, mede auteur van Zondergelds en van der Tuins eerste publicatie. Over haar tweede man, een Iraakse kunstenaar, heb ik mede mijn afstudeerscriptie geschreven. Het is dus door een stom toeval dat ik haar ken. Ik heb haar ook bedankt aan het eind van mijn stuk, voor het aanleveren van de brochure van haar vroegere, inmiddels overleden echtgenoot. August de Roode was mede-auteur van de eerste publicatie van Zondergeld en van der Tuin ‘Antroposofisch racisme;als de blonden uitserven zouden de mensen steeds dommer worden’, Nijmegen, 1986. Hij was van Surinaamse afkomst en ouder van twee kinderen op de Vrije School in Meppel. Toen hij de racistische passages in het werk van Steiner ontdekte en een artikel inzond naar Vrije Opvoedkunst is hij nogal schandelijk behandeld door een zeer bekend persoon uit de Nederlandse antroposofische vereniging, die zich in een brief nogal racistisch vergaloppeerde aan de heer de Roode. Ik ga niet in op de details, maar ze zijn te lezen in een eerder artikel van Jeurissen en zelfs in het van Baarda rapport, waar men overigens beweert dat dit verhaal niet klopt. Ik kan zeggen: dit verhaal klopt wel, en hoe. De versie van Paul Heldens klopte overigens ook van geen kant, dat wil ik er nog wel even over kwijt (maar bekijk anders een artikel van Jeurissen uit de Groene Amsterdammer nog eens goed, daar staat het allemaal beschreven: http://florisschreve.web-log.nl/mijn_hersenspinsels_onder/digitale.html )
    Maar van de directe vergelijkingen met het nazisme heb ik me verre gehouden. Ik heb dus niet, zoals Zondergeld en van der Tuin, bijv. de sociale driegeleding vergeleken met het fascistische corporatisme, om maar iets te noemen. Ook heb ik me op de vlakte gehouden wat betreft antisemitisme bij Steiner. Ook is mijn kritiek niet zo nadrukkelijk ingegeven vanuit een socialistisch jaren zeventig standpunt. Die sfeer ademt de eerste artikelen van van der Tuin en Zondergeld wel erg uit (hun laatste artikel overigens niet).
    Maar goed, om terug te komen op ‘Rassenleer met charisma’ van Bram Moerland: ‘We kunnen vaststellen dat Steiner de leer van Blavatsky over de wortelrassen op de voet volgt. Dat is oook niet verwonderlijk, want Steiner is van het eind van de jaren negentig van de negentiende eeuw tot 1913 lid geweest van de Theosofische Vereniging. Daarna richtte hij de antroposofische vereniging op, waaraan hij leiding gaf tot zijn dood in 1925’. Iets verderop: ‘Het is bepaald niet netjes van Steiner dat hij Blavatsky onvermeld laat als bron. Hij zegt de leer van de wortelrassen te kennen door helderziende waarneming. Mij lijkt hier eerder sprake van plagiaat’ (Bram Moerland, ‘Rassenleer met charisma; over het racisme van Steiner en Blavatsky’, Haagse Academie Pers, 1989, p. 17).

    Nu zijn er twee opties. Als je rechtzinnig antroposoof bent ga je voor:

    1 Helena Blavatsky had weliswaar een gevoelige antenne, maar ze begreep niet echt wat ze doorkreeg (meer een ‘doorgeefluik’ dan een denker). Steiner had deze gevoeligheid ook, maar was dus wel een echte denker en begreep wat hij waarnam (geesteswetenschap). Vandaar de grote overeenkomsten, maar Steiners versie is de juiste. Deze versie is mij jaren geleden weleens verteld, door iemand die Steiner bijzonder welgezind was.

    2 De niet gelovige variant. Steiner heeft zonder bronvermelding een heleboel overgenomen van anderen en er zijn eigen mix van gemaakt. Zijn allerbelangrijkste bron is Helena Blavatsky waar hij lange tijd aanhanger van was, al wil geen antroposoof dat meer weten. Hij heeft zijn idee van de aarde-evolutie van haar overgenomen en hier en daar ‘verbeterd’.

    Kies maar wat het meest waarschijnlijk is. Opvallend is dat men in orthodoxe antroposofische kring nogal gebeten op Blavatsky is (‘die Blavatsky-onzin’, hebben we hierboven kunnen lezen van iemand die werkelijk geen kwaad woord over Steiner wil weten). Vanwaar die overgevoeligheid? Steiner was een groot deel van zijn leven lid van de theosofische vereniging. Ook Die Mission en de Akasha-Kroniek zijn in die periode geschreven. Dus beweren dat het niets met elkaar te maken heeft is gewoon geschiedvervalsing. Wel grappig dat antroposofen altijd luidkeels roepen dat de Rooms katholieke kerk de ‘gnostische’ boodschap van het oorspronkelijke Christendom zou hebben vervalst (zie hierover een rellerig over the top artikel uit de Brug: http://users.telenet.be/antroposofie/diabasis/b32bewaareng.htm ). Maar wat betreft hun eigen geschiedschrijving lusten ze er ook wel pap van.
    Goed, dit is vrij stevig, maar ik denk dat het zo wel duidelijk is. Ik kan het ook niet mooier maken dan het is. Maar het lijkt me dus dat er deze twee opties zijn.

    1. Blavatsky en Steiner zagen hetzelfde omdat zij de enigen waren die in staat waren om tot de geestelijke wereld door te dringen en het dus gewoon de waarheid is. Steiners versie is dan vanzelfsprekend de meest accurate, omdat Blavatsky de dingen wel zag, maar ze niet goed begreep.

    2. Blavatky was een buitengewone vrouw met een grote verbeeldingskracht en heeft een waanzinnig fictieboek geschreven (met alle racistische abberaties uit die tijd), waarvan de inhoud, zonder bronvermelding, door Steiner is overgenomen, al heeft Steiner de vele oosterse elementen vervangen door westerse esoterische concepten (Steiner heeft dus idd geplagieerd in Moerlands woorden en het lijkt erop dat Helmut Zander hetzelfde denkt).

  58. Maar je hebt gelijk, ik moet nog steeds Mein Lebensgang lezen. Ga dat zeer binnenkort maar eens doen. Heb wel de hagiografieën van Veltman en Zeylmans van Emmichoven doorgenomen en het bewonderende boekje van Jacob Slavenburg

  59. En ik ken meer mensen die 6000 boeken hebben. Dus idd, dat zegt niet zoveel. Maar, in het geval van Steiner…het is wel opvallend. Maar goed, ik zie uit naar Zanders boek.

  60. Over overeenkomsten en verschillen tussen Steiner en Blavatsky.
    Het volgende zou door de jonge advocaat William Quan Judge over Blavatsky zijn geschreven (citaat uit een boekje van Slavenburg)
    “Dat zij altijd al wist hoe de wereld haar zou belasteren en beschimpen, was mij ook bekend, want in 1875 vertelde zij mij dat ze aan een werk begon dat haar onverdiende laster, onverzoenlijke vijandschap, voortdurend wanbegrip, ononderbroken werk en geen wereldse beloning zou brengen. Ondanks dit alles gaf haar leeuwemoed haar de kracht door te zetten…. Veel is er gezegd over haar zogenaamde “verschijnselen”, sommigen hebben ze ontkend en anderen beweerden dat het trucs en listen waren. Daar ik haar vele jaren lang erg goed gekend heb en haar, zonder andere aanwezigen, meer en gevarieerder verschijnselen heb zien voortbrengen dan al haar vrienden bij elkaar het geluk hadden te aanschouwen, weet ik voor mijzelf dat zij de beheersing had over verborgen natuurwetten, die onze wetenschap onbekend zijn … Haar doel was de verheffing van het (menselijk) ras. Haar methode was om zich bezig te houden met het denken van deze eeuw zoals zij dat aantrof en te trachten dit stap voor stap te begeleiden: om enkelen die gevoelig waren voor de majesteit van de Geheime Leer en toegewijd aan de ‘grote wees, de mensheid’, op te sporen en te onderwijzen zodat zij met ijver en wijsheid haar werk konden voortzetten: om een Society te stichten….die zou trachten het denken van die tijd te doordringen met de ideëen, leringen en terminologie van de wijsheidsreligie.

    Als je dit zo leest dan zie je al wel wat overeenkomsten maar ook al direct grote verschillen.
    Blavatsky en Steiner waren beide helderzienden. Van Steiner is, o.a. Door zijn autobiografie, bekend dat hij dat al vanaf zeer jonge leeftijd was. Als je dat zo beschouwt dat je je daarbij voorstelt dat ze beiden in staat waren om op reis te gaan naar een geestelijk “land” dan is het niet moeilijk om je daarbij voor te stellen dat ze en beiden hetzelfde zagen, en beiden “dingen” zagen waar de ander de blik (nog) niet op gericht had of waar ze beiden niet over gepubliceerd cq gesproken hadden. Zo kun je van twee verschillende mensen een verslag krijgen over het land Amerika waarbij zowel de overeenkomsten als de verschillen opvallen. Dat kan er toe leiden dat anderen zich gaan afvragen of ze wel allebei naar hetzelfde land zijn geweest. Om daar een werkelijk oordeel over te kunnen geven zal men zelf op onderzoek moeten gaan, op reis dus naar dat “land” want al het andere ge-oordeel is theoretiseren zonder eigen ervaring. En dat theoretiseren zonder eigen ervaring is iets waar wij als wetenschappers inmiddels grote hoogten in hebben bereikt.

    Daar komt nog bij dat een ieder, Blavatsky en Steiner, maar ook hun criticasters en adepten, de opgedane “informatie” naar hun eigen aard doorgaven en doorgeven. Nu ik dit schrijf komt mij het idee naar boven dat een opmerkelijk verschil tussen Blavatsky en Steiner het gegeven was dat zij een vrouw en hij een man was. Dat idee krijg ik niet zomaar, daar – voor dat idee – zijn wel aanwijzingen voor te vinden.
    Belangrijk is echter dat zowel Blavatsky (theosophie) als Steiner (antroposofie) als uitermate belangrijke overeenkomst hadden dat zij beiden naar vermogen streefden naar zoals dat hier wordt genoemd “verheffing van het (mensen) ras” Daar in trokken theosofie en antroposofie in 1 vereniging, de Theosofische Vereniging, een tijdje met elkaar op
    Een uitermate belangrijk verschil is de methodiek. Steiner knoopt aan bij Goethe. Dat zal hier op dit forum wel keer op keer vermeld zijn omdat dat zo overduidelijk en ontzagwekkend belangrijk is. Steiner citeert Goethe, ik zou haast zeggen, waar hij maar kan. Laten we er maar van uit gaan dat hij alle publicaties van Goethe in zijn boekenkast had staan.
    Op 22 jarige leeftijd (!) krijgt Rudolf Steiner, later door een bekend Nederlands wetenschapper als een idioot omschreven, de opdracht tot heruitgave van de natuurwetenschappelijke geschriften van Goethe.
    Ik weet niet of je het boek Goethes Naturwissenschaftliche Schriften van Rudolf Steiner hebt gelezen maar dat boek heeft op mij een zeer diepe indruk gemaakt. En dan met name vanaf Goethes erkentnistheorie tot zo ongeveer het einde van het boek.
    Eindelijk in het overweldigende getheoretiseer van de hedendaagse wetenschap, – en natuurlijk ook van mijzelf – levend denken, een denken waar ik mee en door kan leven,
    Met dit soort werken van Rudolf Steiner onderscheidt hij zich heel duidelijk van Blavatsky, wat overigens geen enkele redenen geeft om Mw. Blavatsky te belasteren.

  61. een correctie Floris. Je schrijft dat Rudolf Steiner een groot deel van zijn leven lid was van de Theosofische Vereniging. Ik weet niet precies wat je verstaat onder – een groot deel- maar feitelijk is Rudolf Steiner ruim tien jaar lid geweest. Op een totaal leeftijd van 64 jaar in mijn beleving niet een echt groot deel dus. De verbinding wordt beeindigd niet lang na de volgende brief die Steiner aan Annie Beasant schreef.
    Aan de voorzitter van de Theosofische Vereniging Mrs. Annie Besant.
    De recente uitspraak die U deed (Adyar-Bulletin, januari nummer 1913), ‘The German General Secretary educated by the Jesuits….’ die in tegenspraak is met alle feiten uit mijn leven en in lijnrechte tegenstelling staat tot de waarheid, noodzaakt mij de beantwoording van uw jongste brief over te laten aan het bestuur van de Duitse sectie. Ik kan onmogelijk betrekkingen onderhouden met iemand die zich zo weinig verplicht voelt haar uitspraken te toetsen aan de feiten, zoals in het licht van de werkelijke feiten wordt aangetoond door uw bovengenoemde objectief onware bewering.

    Dus: voorzover ik kan afleiden uit de bekende feiten, objectief waar is dat Rudolf Steiner ruim tien jaar lid is geweest van de Theosofische Vereniging

  62. Beste Lieven,

    Zodra 1 persoon verregaande dingen zegt over een wereld die alleen door hem of op een hele ingewikkelde manier kan worden waargenomen, gaan bij jou de alarmbellen dan niet rinkelen? Bij mij namelijk wel. Natuurlijk is het volstrekt onmogelijk om te bewijzen dat Steiner ongelijk had, maar dat geldt ook voor de opvatting van iemand die beweerdt dat hij kabouters heeft waargenomen in zijn tuin.
    Hoe absurd moet het worden voordat jij misschien gaat vermoeden dat iets onzin is?
    Maar waar het nog steeds om gaat, is dat zolang een geestelijke wereld niet de normaalste zaak van de wereld is, zolang het niet iets is wat de meeste mensen gewoon kunnen waarnemen (zoals we de empirische werkelijkheid waarnemen), is het gewoon hoogstwaarschijnlijk dat zoiets bestaat.
    Of anders gezegd: Extraordinary claims demand extraordinay proof!

    Je vergelijking met wetenschappelijk onderzoek (de deeltjesversneller) snijdt geen hout. Het onderzoek dat aanleiding is voor de experimenten met de deeltjesversneller staat als een huis en wordt op alle mogelijke manieren ondersteund door empirische feiten! Het is controleerbaar! Het nieuwe onderzoek wordt dus niet gedaan omdat iemand zomaar een ideetje had.
    Een ander punt waarom de vergelijking mank gaat, is omdat de gegevens waar Steiner mee komt alleen geverifieerd kunnen worden door het krijgen van vergelijkbare spirituele ervaringen, maar daarmee heb je niet aangetoond dat het hier gaat om meer dan een spirituele ervaring. Een spirituele ervaring + een spirituele ervaring = (nog steeds slechts) spirituele ervaring.
    Spirituele ervaringen hebben helaas geen directe link met de werkelijkheid en moeten dus met scepsis bejegend worden. Want al zou ik hoogst persoonlijk dezelfde ervaringen hebben als Steiner, dan bewijst dat nog steeds helemaal niks!

    Je rechtzetting over het onderwerp schoonheid/erotische lading raakt niet de kern van mijn betoog. Mij maakt het niet uit of het alleen geldt voor één bloem/kind, of voor bloemen/kinderen in het algemeen. Schoonheid/erotische lading is gewoon geen onderdeel van een bloem/kind, het zijn denkbeelden die in de waarnemer naar boven komen.
    Je zegt dat de bloem er zonder waarnemer ook niet zou zijn. Kijk, daar zit ‘m nu de kneep. Die bloem zou er namelijk wèl zijn. Als een hypotetisch virus een einde zou maken aan al het dierlijke leven, dan zouden bloemen nog steeds bestaan. De schoonheid (van een bloem) zou echter niet bestaan (trouwens, er zijn zat bloemen die ik aardslelijk vind), omdat dàt een kwalificatie is die alleen maar gegeven kan worden door een organisme met hersenen die gevoelens van schoonheid kunnen genereren.
    Pijn is wellicht een beter voorbeeld. Pijn is ontstaan opdat kwetsbare wezens zichzelf zoveel mogelijk beschermen tegen beschadiging.
    Pijn is geen intrinsiek onderdeel van de stekels van een cactus, de vorm van de stekels is dat uiteraard wel. Het fenomeen pijn hangt dus af van de aard van het subject dat in aanraking komt met de cactus.

    Groeten,
    Jan C.

  63. Nou Jan , bij mij gaan de alarmbellen wel flink rinkelen als iemand zegt dat hij of zij bovenzintuiglijke waarnemingen heeft en daar zaken over meededeelt. Rinkelende bellen betekenen echter niet direct dat de gedane mededelingen absurd zijn. De mededelingen zijn namelijk nooit absurd, ze vertellen namelijk altijd iets van de waarheid. In het ene geval dat iemand ontwikelingsgestoord is, in het andere geval omdat iemand een heftig drug gebruikt heeft. Weer in het andere geval omdat iemand willens en wetens probeert de boel te belazeren en in weer een ander geval vertellen ze dat iemand gewoon heel erg helderziend is.
    Het is niet in alle gevallen zo simpel om te bepalen of de helderziende waarnemingen op zich geen waarheid weergeven.

    In mijn beleving is de geestelijke wereld een “normale,materieel gesproken onzichtbare” zaak van de wereld, dus voor mij bestaat deze. Ik weet niet of je kunt stellen dat het niet bestaat enkel omdat het niet materieel zichtbaar is. Neem nou de computer. 200 jaar geleden bestond er geen computer. Zover ik weet was alle materie om een computer te maken wel aanwezig.
    Mensen hadden alleen het idee computer – en alles wat daar bij hoort – nog niet waargenomen. Zodanig dat ook niemand er over kon spreken, stel je voor dat iemand daar destijds helderziend over had gesproken ?!? linea recta naar het gesticht?

    Een groot aantal van de waarnemingen waar Rudolf Steiner verslag van deed kunnen geverifieerd worden door het krijgen/ontwikkelen van vergelijkbare spirituele waarnemingen. In mijn persoonlijke ervaring hebben spirituele ervaringen wel een directe link naar de werkelijkheid maar niet in die zin dat je die ervaringen op een beeldscherm kunt laten zien. Die directe links zijn het gevolg van de resultaten van antroposofisch onderzoek zoals dat bijvoorbeeld door Rudolf Steiner is verricht.
    Nu kan het zo zijn dat we allebei iets anders verstaan onder directe link maar dat wordt wellicht wel duidelijk.

    Je uitleg over de bloem en waarnemer is heel mooi. Dat van die cactus is wel een heel sprekend voorbeeld. Ik heb hier nog niet alles gelezen maar je zou toch bijna denken dat er iemand een tik fout of black out heeft gehad als iemand schrijft dat de bloem er zonder de waarnemer ook niet zou zijn. Zo op het eerste gezicht zou ik toch wel gaan duizelen als dat waar zou zijn. Waar is dat de bloem er na het waarnemen ook zonder de waarnemer gewoon zou zijn . Er zijn zelfs bloemen die nog nooit zijn waargenomen en er toch zijn. Hoewel het mogelijk is dat met het wild plassen ook het wild plukken
    enorm is toegenomen.

  64. Beste Alex,
    In eerste instantie, welkom hier!

    Gelijk naar de kern, je zegt (over de computer):
    “…stel je voor dat iemand daar destijds helderziend over had gesproken ?!?”

    Als iemand bijv. 500 jaar geleden een helderziende ervaring had gehad, waarin hij een redelijk correcte beschrijving zou hebben gegeven van een computer, dan zou dat natuurlijk heel wat anders zijn, zeker als dat soort toekomst-visies vaker zouden zijn voorgekomen. Maar dat is nu juist het probleem! Dàt soort gedetailleerde en controleerbare beschrijvingen worden er nooit gedaan. Dit soort ervaringen zijn altijd vaag en/of algemeen, vergelijkbaar met astrologie of Nostradamus, je kunt er altijd wel wat mee.
    Je formulering van het computer-voorbeeld vind ik ook wat problematisch. Ideeen worden niet waargenomen. Ideeen zijn resultaten van al dan niet bewust denkprocessen.
    Of je hier met materie daadwerkelijk fysieke materie bedoelt of de nodige informatie, dat weet ik niet, maar het opdoen van kennis is een cumulatieve aangelegenheid. Zie ook wat ik eerder schreef over Andrew Wiles: http://antroposofie.wordpress.com/2008/10/30/racismedebat/#comment-740

    Ook denk aan andere vormen van helderziendheid:
    Paragnosten die worden ingeschakeld bij lastige moordzaken, het levert nooit wat op.
    Onderzoek naar paranormaal waarnemen (het raden van speelkaarten, het voelen dat mensen naar je kijken, etc), het faalt altijd jammerlijk onder gecontroleerde omstandigheden.
    De verdediging van (in dit geval) antroposofen dat dat niet bewijst dat het onmogelijk is, is de omgekeerde wereld. Het gaat hier om buitensporige beweringen (want: niet waarneembaar voor de meeste mensen), dus moet er ook stevig bewijs tegenover staan. En dat is er gewoon niet.

    Vervolgens stel je dat verificatie mogelijk is door zelf op Steiner’s manier te leren waarnemen. Kom op Alex, dat is toch geen verifiëren? Dat is enkel toch een uitvlucht om alle kritiek van tafel te vegen? Want zolang ik die ervaring niet heb kan altijd worden volgehouden dat dat aan mij ligt, dat ik geestelijk zo ver nog niet ben.
    En voor de goede orde: Mensen mogen dit soort dingen van mij best geloven, maar ga niet beweren dat het hier om kennis gaat die zich laat meten met wetenschappelijke kennis. Twee belangrijke verschillen zijn namelijk dat het in de wetenschap gaat om feiten die waarneembaar/controleerbaar zijn voor iedereen, en dat het zich niet afspeelt in de gevoelswereld van mensen, toch een gebied waar waanvoorstellingen, dromen, wensgedachten, etc. uit voortkomen.

    Dat dit soort mensen de waarheid spreken OF gek zijn is de zaak te zwart/wit voorstellen. Verdedigers van Jesus hoor je ook vaak zoiets roepen: a Fraud, a Lunatic or the Messiah! Nou, er is ook wel een tussenweg hoor.
    Ik ken iemand die schizofreen is en daardoor wanen had. Tegenwoordig heeft hij daar medicijnen voor en kan daardoor verder redelijk goed fucntioneren. Deze persoon is in zekere zin dus inderdaad ‘gek’ (als je dat woord wil gebruiken), maar tevens ken ik hem als een zeer belezen en intelligente iemand, waar ik met veel plezier mee omga.
    Ik kan natuurlijk onmogelijk weten of zoiets ook gold voor Steiner, maar ondenkbaar is het zeker niet.
    Of neem anders het fenomeen religie, wat er op dat gebied allemaal gelooft wordt, en hoe strijdig die zaken vaak zijn. Religieuze mensen zijn natuurlijk niet allemaal gek, maar ze kunnen ook onmogelijk allemaal gelijk hebben.
    Kortom: het is een vrij normaal gegeven dat normale mensen soms waanvoorstellingen en rare denkbeelden kunnen hebben.

    Blij dat je onderschrijft dat de bloem er ook zou zijn zonder de waarnemer. Ik haal dat overigens aan omdat Lieven Debrouwere van mening is dat subjectieve kwalificaties, zoals schoonheid, ‘kunst’, etc. intrinsiek onderdeel is van het waargenomen object, en als zodanig dus waargenomen kan worden. Ik vind dat een onzuivere manier van omgaan met het begrip waarnemen.

    Groet,
    Jan C.

  65. Ok, tien jaar dan. Maar dan nog, de overeenkomst is toch juist verbijsterend groot, los van de verschillen? Beide beweren dat er een continent Atlantis was, daarvoor Lemurië, daarvoor Hyperborea, enz. Allemaal grote onwaarschijnlijkheden, waar geen enkel bewijs voor is. En beiden zouden dit weten door helderziende openbaringen? Ik neig dan toch naar de verklaring van Bram Moerland hierboven.
    Wat ze ook met elkaar gemeen hadden was dit: het Arische ras is het ras van de toekomst en voor andere inheemse volkeren is het:

    Steiner:‘Nicht etwa deshalb, weil es den Europeäner gefallen hat, ist die indianische Bevölkerung ausgestorben, sondern weil die indianische Bevölkerung die Kräfte erwerben mußte, die sie zum Aussterben führten’

    Blavatsky: ‘(before the Sixth Root-Race dawns), the white (Aryan, Fifth Root-Race), the yellow, and the African negro — with their crossings (Atlanto-European divisions). Redskins, Eskimos, Papuans, Australians, Polynesians, etc., etc. — all are dying out. Those who realize that every Root-Race runs through a gamut of seven sub-races with seven branchlets, etc., will understand the “why.” The tide-wave of incarnating Egos has rolled past them to harvest experience in more developed and less senile stocks; and their extinction is hence a Karmic necessity’.

    Moderatie: reacties samengevoegd

    Floris Schreve zegt:
    1 december 2008 at 5:16 pm

    Maar goed, Alex, jij hebt toch een achtergrond in de psychiatrie? Althans je werkte toch met psychiatrische patienten? Dus ik denk dat jij op dat gebied verreweg het meest deskundig bent.
    De theorie dat sommige zieners weleens schizofreen zouden kunnen zijn heb ik vaker gehoord, ook stichters van wereldreligies. Het lijkt mij een beetje te lang geleden om dat nog te kunnen beoordelen.
    Maar ik zou het niet eens over de mens Steiner willen hebben. Niemand van ons heeft hem gekend. Wat wij wel kunnen is zijn schriftelijke nalatenschap beoordelen.
    Ik moet trouwens eerlijk zeggen dat hoe meer ik over de man lees, hoe ongrijpbaarder als persoon ik hem vind. Voor mij is de mens Steiner een raadsel. Over zijn ideeën kun je het wel hebben. Die heeft hij duidelijk opgeschreven en daar zou de discussie ook over moeten gaan. Getuigenissen over de persoon zijn zeker zinvol (ook als je een ‘kritische’ biografie zou schrijven), maar laten we ons hier beperken tot het gedachtegoed. Dat is nagelaten in talloze boeken en kan naar hartenlust onderzocht worden.

    Floris Schreve zegt:
    1 december 2008 at 5:44 pm

    Wil wel iets kwijt over hoe ik langzamerhand tegen de man aankijk. Hij lijkt mij een persoon vol tegenstrijdigheden. Aan een kant zeer erudiet, maar in sommige opzichten verbijsterend simplistisch. Een menslievend man, zeker, maar met de meest reactionaire en bekrompen opvattingen over mensen uit andere culturen. Zelf het Frans is een leugentaal (gevonden bij Thomas Höfer). Iemand die aan een kant begripvol naar de mens als geheel kon kijken, maar aan de andere kant verschrikkelijk xenofoob was. Als je een opmerking maakt over negerromans en mulattenhaar, wil ik het best los zien van het ideeëngoed, maar het zegt wel iets over de man zelf. Volgens Zondergeld valt hij daar echt door de mand en dat ben ik met Zondergeld eens.
    Wat mij betreft staat het buiten kijf dat het een zeer intelligente man was. Als je zo’n complex ideeënstelsel weet op te bouwen, waarin alles met alles klopt, moet je dat volgens mij zijn. Tegelijkertijd is het van uit een ander standpunt weer onvoorstelbaar banaal. Negers vergelijken met kinderen en indianen met bejaarden en hup, je bent klaar.
    Goed hij heeft zijn volgelingen vaak op het hart gedrukt om zelf kritisch na te denken. Maar op dat gebied heeft hij wat mij betreft slechts een grote hoeveelheid slaafse bewonderaars nagelaten. Ik heb het vaak in mijn eigen omgeving waargenomen en soms blijkt dat ook uit de reacties op mijn artikelen en van enkelingen uit deze discussie. Iets van een kritische blik is voor aanhangers vaak geheel onmogelijk.
    Om nog een keer Bram Moerland aan te halen: Je kunt toch van een filosoof sommige standpunten aanvaarden en andere verwerpen? Hij is toch niet onfeilbaar? Je kunt dus toch zijn racistische uitspraken verwerpen en desondanks vinden dat hij op andere gebieden zinvolle dingen heeft gezegd? Ik wil daar nu, deze verhandeling schrijvend, nog aan toevoegen dat er in de filosofie een verwant probleem bestaat rond de filosoof Heidegger. Heidegger is is zonder twijfel een van de meest invloedrijke filosofen van de twintigste eeuw geweest. Het existentialisme en het structuralisme leuenen zwaar op Heidegger. In recente publicaties is echter onomstotelijk aangetoond dat Heidegger sympathiseerde met de nazi’s. Dat is een netelige kwestie. Wat moeten we nu vinden van de filosofie van Heidegger? Is er een relatie tussen zijn filosofie en zijn sympathie voor het nazisme? Ik hoef die vragen hier nu niet op te lossen, maar ik dien wel te beseffen dat er een probleem is. Daar moet open over gesproken kunnen worden, zoals bijvoorbeeld op de Franse televisie is gebeurd, waar filosofen met elkaar over ‘het probleem Heidegger’ in debat gingen. Maar dat schijnt onder antroposofen over Steiner niet mogelijk te zijn. Dat maakt mij wantrouwig’ (Rassenleer met charisma, p. 3).
    Goed, we zijn nu twintig jaar later en nu wordt er wel over gesproken. Om nu toch een keer aansluiting bij Jan C. te zoeken, die zei eerder in dit gesprek ongeveer hetzelfde als Moerland. Maar dan zou het toch niet moeilijk moeten zijn om zijn racisme te verwerpen. Goed er wordt ontkend dat er racisme is, zie hierboven mijn conversatie met Jan Luiten.

    Jan Luiten zegt:
    21 november 2008 at 12:24 am
    Aan Floris Schreve de vraag.
    Is Floris het met mij eens dat in de deze vierde voordracht geen enkele vorm van racisme of discriminatie voorkomt ?

    Floris Schreve zegt:
    21 november 2008 at 12:27 am
    Nee. Daar ben ik het niet mee eens. Integendeel zelfs. Waar moet ik beginnen?

    Waarom zijn sommige antroposofen zo blind, vraag ik me dan af. Ik denk dat je rustig kunt stellen dat iedere niet-antroposoof die je de vierde voordracht zou laten lezen zou zeggen dat er wel degelijk sprake is van racisme, tenzij die persoon zelf een racist is natuurlijk.

    Floris Schreve zegt:
    1 december 2008 at 5:55 pm

    Om het nogmaals duidelijk te maken. Steiner was voor een keer kort en bondig:

    Diese Linie ( zie fig. 1) besteht auch für unsere Zeit. Der Afrikanische Punkt entspricht denjenigen Kräften der Erde, welche dem Menschen die ersten Kindheitsmerkmale aufdrücken, der asiatische Punkt denjenigen, welche dem Menschen die Jugendmerkmale geben, und die reifsten Merkmale drückt dem Menschen der entsprechende Punkt im europäischen Gebiete auf. Das ist einfach ein Gesetzmäßigkeit. Da alle Menschen in verschiedenen Reinkarnationen durch die verschiedenen Rassen durchgehen, so besteht, obgleich man uns entgegenhalten kann, daß der Europäer gegen die schwarze und die gelbe Rasse einen Vorsprung hat, doch keine eigentliche Benachteilung. Hier ist die Wahrheit zwar manchmal verschleiert; aber Sie sehen, man kommt mit Hilfe der Geheimwissenschaft doch auf merkwürdige Erkentnisse (..)Dann sehen wir später eine Herüberbewegung des Menschen nach der westlichen Richtung, und in der Verfolgung der rassebestimmende Kräfte nach Westen können wir dann das Absterben in den Indianen beobachten. Nach Westen mußte die Menschheit gehen, um als Rasse zu sterben.” (p. 81-82).

    Ik ben dan nu ook een keer kort en bondig

    Dit is rassenleer.

  66. De meest vreemde stelling met betrekking tot Steiner die ik totnogtoe in deze discussie ben tegengekomen, komt op het volgende neer:

    ‘Steiner was helderziend …want hij heeft het zelf gezegd.’

    Dat is dan een uitgemaakte zaak?

  67. Maar goed, om terug te komen op de relatie Rudolf Steiner en Helena Blavatky, ik ben bezig aan mijn verhaal over de Akasha-Kroniek en ik leg veel bruggetjes naar de Geime Leer. het is echter wel een tijdrovende klus, maar het komt eraan en het zal ook hier verschijnen, net als eerder mijn bespreking van Die Mission.
    De rassenleer (ik blijf het toch maar zo noemen) uit dDie Mission zal dan veel meer diepte krijgen en ingepast worden in het grote plaatsje van de antroposofie.

  68. Beste Jan. ik moet bekennen dat je formuleringen het mij er niet makkelijk op maken. Met ‘dit soort ervaringen zijn altijd vaag en of algemeen” bedoel je de werken van Rudolf Steiner? Welnu, het zal wel geen geldingskracht hebben dan, maar voor mij zijn heel veel mededelingen van Rudolf Steiner bepaald niet algemeen te noemen,. Dat begrijp ik ook niet uit de discussie die hier wordt gevoerd. Is de door Floris aangehaalde tekst over de indianen een vage algemeenheid ? Waar hebben we het hier dan over. Ik zou zo zeggen dat er een paar meer hier het wat dat betreft niet met je eens zijn. Steiner schildert in mijn beleving nogal eens in grote lijnen maar heel veel van wat hij schrijft is bepaald niet algemeen, bepaald niet vaag. Het probleem bij Steiner is dat hij te weinig tijd heeft gehad en het waarschijnlijk ook onmogelijk is geweest om overal uiterst gedetailleerd verslag van te doen.

    Wat de ideeen betreft. Deze worden wel waargenomen. Deze worden namelijk door het denken waargenomen. Ik produceer de wetmatigheid van bijvoorbeeld de driehoek niet door mijn denken. De wetmatigheid van de driehoek is geen resultaat van mijn denkproces maar een waarneming door middel van mijn denkproces. Zoals jij het schrijft is de wetmatigheid van een gelijkzijdige driehoek het resultaat van een denkproces. Nee de gelijkzijdigheid van iedere willekeurige driehoek is een idee die ook bestaat als ik er niet eens over na denk. Het denken is het oog voor de ideeen wereld en het kan dat zijn als de mens zich in de waarneming weet te vrijwaren van sympathie en anthipathiekrachten en de ideeenwereld voor zichzelf laat spreken. Dit is overigens het punt waar Steiner ‘ aanhaakte’ bij Goethe.
    Heb jij Goethes Naturwissenschaftliche Schriften gelezen, lijkt me heel belangrijk om een mening over Goethe en Steiner te kunnen vormen.
    Maar wellicht bedoel je wat anders.

    Het verhaal over Paragnosten vind ik hier niet zo relevant. Ik ben daar bij Steiner zover ik mij kan herinneren niets van tegengekomen. Hij heeft zich nooit bezig gehouden met kaart leggen, moorden oplossen of iets in die richting. Wat ik hier wel over kwijt wil is dat je dit wel makkelijk van tafel veegt. In die zin dan dat je maar al te makkelijk suggereert dat bij controle steeds maar weer blijkt dat het niet klopt. De volgende link geeft wellicht aan hoe moeilijk dat is en zo zijn daar wel meer voorbeelden van. http://www.answers.com/topic/carmine-carlos-mirabelli
    Ik wil hier overigens niet suggereren dat Mirabelli een voorbeeld is van het bestaan van bovenzintuiglijke fenomenen maar alleen maar dat het niet zo simpel is om ze te weerleggen.
    Nog moeilijker wordt het bij de bijna-dood ervaringen. George Ritchie heeft daar uitgebreid verslag van gedaan en in dit verband is ook het laatst verschenen boek van Pim van Lommel zeer interessant.
    Hij beschrijft hoe mensen die een diepergaande bijna dood ervaring hebben meegemaakt “baat” hebben bij een omgeving die dat afdoet als hallucinaties, onzin en dergelijke.
    Want mensen met hun buitensporige beweringen van bijna dood ervaringen moeten bij jou Jan wel met een stevig bewijs aan komen?
    Ik vermoed dat jij in dat geval bij hun, in dat opzicht, niet erg welkom zult zijn.

    Eigenlijk stel ik niet dat verificatie mogelijk is door op Steiners manier te leren waarnemen. Ik meende te proberen duidelijk te maken dat als je dezelfde manier zou leren dat je het dan zou “kunnen” verifieren.
    Heb je het al geprobeerd Jan? Nee? Dat is dan jouw excuus om de mededelingen van Steiner van tafel af te kunnen vegen.
    Ik ben blij dat mensen van jou mogen geloven wat ze willen, van mij ook. Van mij mogen mensen ook geloven dat er maar een soort wetenschappelijke kennis is.
    Het gaat in de wetenschap niet altijd en zomaar om feiten die controleerbaar zijn voor iedereen. Neem de String Theory http://www.usatoday.com/tech/science/2006-09-18-string-theory_x.htm Waarneembaar en controleerbaar voor iedereen? Of gewoon het eind van een cumulatief denkproces? De stringtheory speelt zich niet af in de gevoelswereld van mensen. En ik denk dat het aan de meeste mensen niet eens is uit te leggen. Dat zeggen we natuurlijk niet hardop want dan gaan al die mensen die er niets van snappen denken dat ze te stom zijn voor woorden. Ik ken een microbioloog die aan onderzoeken heeft meegewerkt waarvan de uitkomsten door heel veel mensen niet te volgen zijn. Is dat een schande? Waarom is het zo dat mensen de uitkomsten van dat soort onderzoeken zondermeer accepteren zonder zich er aan te ergeren dat ze er eigenlijk niets van snappen?
    Omdat ze, bij dat soort wetenschap, rustig kunnen “ doorslapen”?

    Het is niet zo moeilijk om voor jezelf vast te stellen of Rudolf Steiner gek was, voorwaarde is dan wel dat iemand dan van zichzelf moet weten dat hij of zij zelf niet “gek” is..
    Lees al zijn werken, lees wat de mensen over hem schrijven die hem goed gekend hebben, kijk naar de directe resultaten van zijn werk, wees onbevangen en bepaal je standpunt. Misschien heb je dan wel duidelijk dat Steiner in jouw ogen gek was. Oordeel niet te snel. Maar houd er rekening mee dat er heel veel mensen zijn die die mening niet met je delen en die zich niet zo makkelijk van tafel laten vegen door jouw opvatting van wat wetenschap is.

    Dat mag ieder weldenkend mens gelukkig voor zich zelf bepalen.
    Of zijn we dan bij het moderne dogma aangekomen?

    Een groet
    Alex

  69. Beste Floris. Ik wil Rudolf Steiner nooit van zijn gedachtegoed los koppelen, ook niet in de context van een dialoog. Als dat de bedoeling is dan haak ik hier af.

    En Antroposofia,
    nee Rudolf Steiner is niet helderziend omdat hij het zelf gezegd heeft. Zo simpel ligt het niet maar dat zou je weten als je publicaties aangaande dat deel van de antroposofie gelezen zou hebben. Hij heeft in zijn levenswerk terdege aangegeven hoe men tot een geestelijk schouwen, dus een waarneming van de geestelijke wereld kan komen. Daarvoor kan een geinteresseerde zijn werken en zijn biografie nalezen. Dan pas kan een ieder voor zichzelf bepalen hoeveel waarde hij of zij er aan kan/wil hechten dat Rudolf Steiner helderziend was.

  70. Ik heb hier Steiners eigen uitleg over zijn methode tot schouwen, zoals hij die heeft uiteengezet in zijn voorwoord van de Akasha-Kroniek. Is misschien nog een aardig discussiestukje voor jullie:

    Vorwort

    [21] Durch die gewöhnliche Geschichte kann sich der Mensch nur über einen geringen Teil dessen belehren, was die Menschheit in der Vorzeit erlebt hat. Nur auf wenige Jahrtausende werfen die geschichtlichen Zeugnisse Licht. Und auch was uns die Altertumskunde, die Paläontologie, die Geologie lehren können, ist nur etwas sehr Begrenztes. Und zu dieser Begrenztheit kommt noch die Unzuverlässigkeit alles dessen, was auf äußere Zeugnisse aufgebaut ist. Man bedenke nur, wie sich das Bild dieser oder jener gar nicht so lange hinter uns liegenden Begebenheit oder eines Volkes geändert hat, wenn neue geschichtliche Zeugnisse aufgefunden worden sind. Man vergleiche nur einmal die Schilderungen, die von verschiedenen Geschichtsschreibern über eine und dieselbe Sache gegeben werden; und man wird sich bald überzeugen, auf welch unsicherem Boden man da steht. Alles, was der äußeren Sinnenwelt angehört, unterliegt der Zeit. Und die Zeit zerstört auch, was in der Zeit entstanden ist. Die äußerliche Geschichte ist aber auf das angewiesen, was in der Zeit erhalten geblieben ist. Niemand kann sagen, ob das, was erhalten geblieben ist, auch das Wesentliche ist, wenn er bei den äußeren Zeugnissen stehenbleibt. – Aber alles, was in der Zeit entsteht, hat seinen Ursprung im Ewigen. Nur ist das Ewige der sinnlichen Wahrnehmung nicht zugänglich. Aber dem Menschen sind die Wege offen zur Wahrnehmung des Ewigen. Er kann die in ihm schlummernden Kräfte so ausbilden, dass er dieses [22] Ewige zu erkennen vermag. In den Aufsätzen über die Frage: «Wie erlangt man Erkenntnisse der höheren Welten?», die in dieser Zeitschrift erscheinen, (1) wird auf diese Ausbildung hingewiesen. In ihrem Verlaufe werden diese Aufsätze auch zeigen, dass der Mensch auf einer gewissen hohen Stufe seiner Erkenntnisfähigkeit auch zu den ewigen Ursprüngen der zeitlich vergänglichen Dinge dringen kann. Erweitert der Mensch auf diese Art sein Erkenntnisvermögen, dann ist er behufs Erkenntnis der Vergangenheit nicht mehr auf die äußeren Zeugnisse angewiesen. Dann vermag er zu schauen, was an den Ereignissen nicht sinnlich wahrnehmbar ist, was keine Zeit von ihnen zerstören kann. Von der vergänglichen Geschichte dringt er zu einer unvergänglichen vor. Diese Geschichte ist allerdings mit andern Buchstaben geschrieben als die gewöhnliche. Sie wird in der Gnosis, in der Theosophie die «Akasha-Chronik» genannt. Nur eine schwache Vorstellung kann man in unserer Sprache von dieser Chronik geben. Denn unsere Sprache ist auf die Sinnenwelt berechnet. Und was man mit ihr bezeichnet, erhält sogleich den Charakter dieser Sinnenwelt. Man macht daher leicht auf den Uneingeweihten, der sich von der Tatsächlichkeit einer besonderen Geisteswelt noch nicht durch eigene Erfahrung überzeugen kann, den Eindruck eines Phantasten, wenn nicht einen noch schlimmeren. – Wer sich die Fähigkeit errungen hat, in der geistigen Welt wahrzunehmen, der erkennt da die verflossenen Vorgänge in ihrem ewigen Charakter. Sie stehen vor ihm nicht wie die toten Zeugnisse der Geschichte, sondern in vollem Leben. Es spielt sich vor ihm in einer gewissen Weise ab, [23] was geschehen ist. – Die in das Lesen solcher lebenden Schrift eingeweiht sind, können in eine weit fernere Vergangenheit zurückblicken als in diejenige, welche die äußere Geschichte darstellt; und sie können auch – aus unmittelbarer geistiger Wahrnehmung – die Dinge, von denen die Geschichte berichtet, in einer weit zuverlässigeren Weise schildern, als es dieser möglich ist. Um einem möglichen Irrtum vorzubeugen, sei hier gleich gesagt, dass 9

    und stünde er noch so hoch. Deshalb soll man sich nicht daran stoßen, wenn Mitteilungen, die aus solchen geistigen Quellen stammen, nicht immer völlig übereinstimmen. Allein die Zuverlässigkeit der Beobachtung ist hier eine doch weit größere als in der äußerlichen Sinnenwelt. Und was verschiedene Eingeweihte über Geschichte und Vorgeschichte mitteilen können, wird im wesentlichen in Übereinstimmung sein. Tatsächlich gibt es solche Geschichte und Vorgeschichte in allen Geheimschulen. Und hier herrscht seit Jahrtausenden so volle Übereinstimmung, dass sich damit die Übereinstimmung, die zwischen den äußeren Geschichtsschreibern auch nur eines Jahrhunderts besteht, gar nicht vergleichen lässt. Die Eingeweihten schildern zu allen Zeiten und allen Orten im wesentlichen das gleiche. auch der geistigen Anschauung keine Unfehlbarkeit innewohnt. Auch diese Anschauung kann sich täuschen, kann ungenau, schief, verkehrt sehen. Von Irrtum frei ist auch auf diesem Felde kein Mensch;

    Nach diesen Vorbemerkungen sollen hier mehrere Kapitel aus der Akasha-Chronik wiedergegeben werden. Der Anfang soll gemacht werden mit Schilderungen derjenigen Tatsachen, die sich abspielten, als zwischen Amerika und Europa noch das sogenannte atlantische Festland vorhanden [24] war. Auf diesem Teil unserer Erdoberfläche war einstmals Land. Der Boden dieses Landes bildet heute den Grund des Atlantischen Ozeans. Plato erzählt noch von dem letzten Rest des Landes, der Insel Poseidonis, die westwärts von Europa und Afrika lag. Dass der Meeres-Boden des Atlantischen Ozeans einstmals Festland war, dass er durch etwa eine Million von Jahren der Schauplatz einer Kultur war, die allerdings von unserer heutigen sehr verschieden gewesen ist: dies, sowie die Tatsache, dass die letzten Reste dieses Festlandes im zehnten Jahrtausend v.Chr. untergegangen sind, kann der Leser in dem Büchlein «Atlantis, nach okkulten Quellen, von W. Scottelliot» nachlesen. Hier sollen Mitteilungen gegeben werden über diese uralte Kultur, welche Ergänzungen bilden zu dem in jenem Buche Gesagten. Während dort mehr die Außenseite, die äußeren Vorgänge bei diesen unseren atlantischen Vorfahren geschildert werden, soll hier einiges verzeichnet werden über ihren seelischen Charakter und über die innere Natur der Verhältnisse, unter denen sie lebten. Der Leser muss sich also in Gedanken zurückversetzen in ein Zeitalter, das fast zehntausend Jahre hinter uns liegt und das viele Jahrtausende hindurch gedauert hat. Was hier geschildert wird, hat sich aber nicht allein auf dem von den Wassern des Atlantischen Ozeans überfluteten Festland abgespielt, sondern auch auf den benachbarten Gebieten des heutigen Asien, Afrika, Europa und Amerika. Und was sich in diesen Gebieten später abspielte, hat sich aus jener früheren Kultur heraus entwickelt. – Über die Quellen der hier zu machenden Mitteilungen bin ich heute noch verpflichtet, Schweigen zu beobachten. Wer über solche Quellen überhaupt etwas [25] weiß, wird verstehen, warum das so sein muss. Aber es können Ereignisse eintreten, die auch ein Sprechen nach dieser Richtung hin sehr bald möglich machen. Wieviel von den Erkenntnissen, die im Schoße der theosophischen Strömung verborgen liegen, nach und nach mitgeteilt werden darf, das hängt ganz von dem Verhalten unserer Zeitgenossen ab. – Und nun soll das erste der Schriftstücke folgen, die hier verzeichnet werden können.

    Anmerkungen:

    (1) In Buchform Berlin 1909 (Neuauflagen!). 10

  71. Ales, ik bedoel dat ik niet over de mens Rudolf steiner hoef te speculeren. Ik neem aan dat niemand daar op zit te wachten. Het gaat mij om wat hij gezegd en geschreven heeft. Dat lijkt me toch billijk?

  72. Maar goed, hierboven gaat Steiner in op zijn methode. Dus dit lijkt me wel zinvol om te bespreken, voor degen die op de ‘helderziendheidskwestie’ willen ingaan.

  73. Florix, : ) Ja, het gaat om wat hij gezegd en geschreven heeft en aangezien hij ook over zichzelf heeft geschreven gaat het ook daarom. Dan hoeven we dus niet te speculeren of hij bijvoorbeeld een volgeling van Haeckel was. OK

  74. Daarin geef ik je wel gelijk vanzelfsprekend. Overigens was die relatie ambivalent. heb ook nog een interessant artikel over deze kwestie.
    Maar Steiner heeft ook veel weggelaten over zijn bronnen. Sterker nog, vrijwel het grootste deel. Maar nogmaals, ik zal de connectie met Helena Blavatsky nog veekl duidelijker neerzetten.
    Over de relatie Steiner en Haeckel zie http://www.defendingsteiner.com/articles/Rudolf%20Steiner%20and%20Ernst%20Haeckel.pdf
    Maar goed, Steiner zei niet alles over zijn bronnen. Zijn rassenindeling naar leeftijdsfase uit Die Mission is zeker te herleiden tot Haeckel, of hij bouwde er althans op voort.

  75. Dat we weten dat Steiner veel bronnen heeft achtergehouden, is niet zo moeilijk. Er is een vooraanstaand professor die daar een uitgebreide empirische studie naar gedaan heeft. Die man heeft dus wel zijn bronnen moeten kunnen aantonen. Vervolgens is die studie gepubliceerd in vakbladen, zodat andere wetenschappers de kans krijgen om kennis van de studie te nemen en erop te reageren.
    Tenslotte heeft de man zelf zijn studie toegelicht via verschillende media, waardoor ook het grote publiek summier inzage in het onderzoek kon krijgen.

    Als ik het goed heb, werkt het ongeveer zo in de academische wereld. En het is eigenlijk alles waaraan Steiner heeft verzaakt, mede doordat hij zich buiten de wetenschap heeft geplaatst.

    Moeten wij nu een hele studie van a tot z lezen om te weten wat de uitkomst is? Ik denk dat wanneer de essentie van een studie duidelijk is gemaakt, we daar toch al een heel stuk mee verder kunnen.

    Om het anders te stellen: Is het voor een jury nodig om een juridisch dossier van meer dan 10.000 documenten afgerateld te krijgen, wanneer een advocaat zo bedreven is om de essentie daarvan in 50 bladzijden weer te geven?

  76. Floris, het blijft interessant. We weten weinig over Steiner schrijf je maar we weten wel dat hij veel weggelaten heeft over zijn bronnen, Sterker nog, vrijwel het grootste deel. Hoe weetje dat dan Floris? En wat Haeckel betreft, hij bouwde er niet op voort en hij herleidde niet. Hij heeft Haeckel zeer goed bestudeerd en naar zijn plaats gekeken in het totaalbeeld. Steiner bouwde voort op Goethe, als je het over voortbouwen wilt hebben. Ik krijg de indruk dat er heel veel wordt geinterpreteerd over Steiner en maar heel weinig naar de man zelf wordt geluisterd. Gelezen dus. Heel merkwaardig. Ben ik nou helderziend als ik het idee krijg dat er hier sprake is van veel persoonlijke projectie?
    M.a.w hebben we het hier nu over Steiner en het beter begrijpen van zijn waarnemingen m.bt. de rassen of gaan we hier tellen hoeveel interpretaties er mogelijk zijn naar aanleiding van een paar uitgelichte teksten. Zo van, ik geef U 1 snor, 1 hand en 1 oog en vandaaruit gaan we kijken wat voor een persoon ieder van de participanten hier uit gaat construeren. En dan onder de les niet praten met elkaar en kijken naar elkaars werk want anders gaat het teveel op ekaar lijken.

  77. Alex, als je dat vindt is dat zonder meer een belangrijk punt voor de discussie. Ik heb redelijk wat Steiner gelezen, maar natuurlijk lang niet alles. Dus als je op deze manier veel inhoud kan aandragen, heel erg graag. Hopelijk trekt dat de kwaliteit van het debat weer wat omhoog.
    Ik beloof je dat ik deze week ga kijken of ik Mein Lebensgang ergens op de kop kan tikken. Het lijkt mij buitengwoon zinvol om dat ook te lezen.
    Maar laat ik voorop stellen dat dit geen biografie discussie is maar een ideeëndiscussie en dan vooral toegespitsat op Steiners opvattingen over de mensenrassen. Zijn belangrijkste titel hierover is Die Mission einzelner Volksseelen. Ik heb hierboven alle relevante passages doorgenomen, maar vanuit antroposofische zijde wilde men/ of kon men er niet inhoudelijk op ingaan. Maar als jij dat wil, heel erg graag.
    Maar lees anders mijn volledige bespreking, dan zul je zien dat het niet om een paar uitgelichte stukjes tekst zijn. En ik heb hierbij altijd gekeken naar Steiners totaalvisie. Ik denk ook dat ik heb kunnen hard maken waarom die uitspraken daarin passen. Maar als jij dat anders ziet, aarzel niet en vertel waarom. Daar was deze discussie voor bedoeld. Dus ga vooral je gang. Dat is ook de reden waarom ik je, na je reacties op mijn blogspot, je voor deze discussie heb uitgenodigd. En goede tegenargumenten neem ik zeker serieus.

  78. En dat hij veel bronnen heeft weggelaten heb ik simpelweg kunnen vasststellen na bestudering van:

    Die Mission einzelner Volksseelen
    Aus der Akasha-Chronik
    Geheimwissenschaft
    Theosophie

    Zelden een noot of een andere verwijzing tegengekomen. Dat die er niet staan in een arbeiderslezing begrijp ik. Dat die ook niet staan vermeld in een uitgeschreven voordracht (als de serie Die Mission) begrijp ik ergens ook nog wel. Maar van geschreven teksten voor boekvorm wordt het toch wat lastiger (geldt voor alle andere bovenstaande titels, al is de Akasha-Kroniek een bundeling van artikelen, maar daarvoor lijkt me hetzelfde criterium te gelden).
    Maar goed, naar eigen zeggen was zijn voornaamste bron zijn eigen helderziende waarneming. Zander schijnt dit te kunnen aanvechten (maar dat moeten we nog zien).
    Maar goed, ik zit best te wachten op stevig tegengas van bijv. mijn lezing van Die Mission hierboven. Dat is tot nu toe uitgebleven, maar als jij dat wel kunt, heel graag! Je kan zelfs het complete boek downloaden (nu ook in word op mijn site), dus je kan alles gebruiken.

  79. Ramon, dat is waar (ik neem aan dat je het over zanders boek hebt). Op de blog van Gastkemper vond ik trouwens een link naar deze bespreking van een medewerker van het Goetheanum. Zeker interessant. Is overigens Engelstalig, dus lijkt me leesbaar voor iedereen:

    http://www.goetheanum.org/fileadmin/wochenschrift/awe/W200707.pdf

    Moderatie: reacties samengevoegd

    Floris Schreve zegt:
    1 december 2008 at 10:51 pm

    Maar goed, ik heb nog geen enkel tegengas mogen ontvangen wat betreft mijn lezing van Die Mission (hierboven). Dus als jij dit wel zou willen doen, heel graag en ga je gang.

    Floris Schreve zegt:
    1 december 2008 at 10:57 pm

    Ik heb mijn bespreking van Die Mission ook op mijn weblog gezet als een appart item. Je kan deze hier lezen: http://florisschreve.blog-s.nl/2008/11/18/antroposofie-iv-bespreking-racistische-passages-steiner/

    Floris Schreve zegt:
    1 december 2008 at 11:24 pm

    Voor de complete tekst van Die Mission (in word), zie: http://florisschreve.web-log.nl/mijn_hersenspinsels_onder/die-mission-compleet.html

  80. Het lijkt mij niet zo eenvoudig om bronen aan te tonen. Bronnen in de zin dan dat Steiner teksten heeft overgenomen. Ik merk het hier ook al. Anders gezegd, zoals voorheen, als twee mensen apart naar hetzelfde land gaan, daar onbevangen het land waarnemen en daar beiden een verslag over schrijven is het dan zo dat de persoon die als tweede het verslag schrijft ook de persoon is die daarmee plagiaat pleegt. En als die tweede persoon zeer geintetresseerd is in het verslag van de eerdere persoon, zijn verslag in boekvorm heeft gekocht nadat of voordat hij op bezoek gaat naar dat land, leidt dat dan wetmatig tot plagiaat ? Ik ga naar America, bekijk het vrijheidsbeeld, maak daar een verslag van en vervolgens is dat plagiaat want dat had iemand daarvoor namelijk al gedaan. Neem mij niet kwalijk zeg. En dan komt er een professor en die legt beide verslagen naast elkaar, ziet de overeenkomsten en kijkt dan alleen maar op de datum van uitgave, JA heren de laatst gepubliceerde is helaas plagiaat.
    Beste mensen hoe simpel kan de wetenschappelijke wereld toch zijn. Overigens laat Steiner daarover in zijn inleiding van de Aklasha kroniek al zijn licht schijnen, valtr te lezen uit een eerder stukj van Floris. Nee ik ga geen professor geloven voordat ik zijn boek gelezen heb alleen maar omdat hij voldaan zou hebben aan de normen van “empirisch’ onderzoek in er over in bladen is gepubliceerd.

  81. Maar goed, dan blijft het dus een geloofskwestie, geen wetenschap. Dan is de geestelijke wereld die Steiner zag (en Blavatsky trouwens, als je de vergelijking maakt van die twee reizigers) iets waar je in moet geloven.
    Maar dan nog, het is juist zo dat veel van Steiners opvattingen vaak terug te vinden zijn in veel minder verheven bronnen, dan bijv. Helena Blavatsky. Zijn rassenmodel uit Vom Leben des Menschen is direct te herleiden tot een ranzig schotschrift van ene Carl Gustav Carus. Steiner verwijst nooit naar Carus, maar het is wel toevallig exact hetzelfde. Zie voor meer hierover de artikelen van Jan Willem de Groot en Jana Hussman, te vinden onder http://florisschreve.web-log.nl/mijn_hersenspinsels_onder/digitale.html na het artikel van Jeurissen. Deze twee artikelen zijn trouwens essentieel geweest voor mijn bevindingen, veel meer dan het hier tot vermoeiends toe besproken stuk van Zondergeld en van der Tuin, waar Jan Luiten maar steeds mee bleef komen. Dus zou iedereen willen aanraden deze te bekijken. De Groot is overigens gewoon in het Nederlands en niet lang. Weet iedereen waar we het over hebben.

  82. Beste Floris. ik moet vermelden dat ik een behoorlijk drukke baan heb dus ik ben beperkt. Ik ben niet de antroposofische zijde. Het moet toch wel zicht baar zijn dat ik vanuit mijn eigen denken meedoe en vanuit mijn (beperkte) kennis van werken van Rudolf Steiner. Ik heb het boek van de Mission einzelner Volksseelen, maar het is waarschijnlijk lang geleden dat ik het heb gelezen. Dus ik ben er weer in begonnen om te kijken of ik er wat mee kan. Ik moet je wel laten weten dat er publicaties zijn van Steiner die ik niet begrijp. Dat ligt deels aan mij, ik merk ik ervaar/leer in de loop der tijd steeds meer erbij, en, dat is het tweede sommige boeken van Steiner roepen bij mij ook veel vragen op. Vragen om meer informatie. Ik zou nu wel meer willen weten over de opdracht van de indianen in de ontwikkeling van de mensheid, enzovoort. Tot nu toe kan ik met de meeste informatie goed uit de voeten, ik zie het als beschrijvingen van geestelijke en wereldse fenomenen. Daar kan ik vaak (nog) niets aan toevoegen en ook niets op afdingen.

    Wat Zander betreft. Ik heb je link bekeken, grappig dat mijn vermoeden klopte. Het lijkt er op dat het boek vooral een Duitse aangelegenheid is. Uit ervaring kan ik je zeggen dat er wel een verschil is in de omgang met antroposofie in Duitsland en Nederland. Zander plaatst het in een historische context en dat is natuurlijk de historie van vooral Duitsland en de volksaard daar. Zo te lezen is het geen boek die sec gaat over het werk van Rudolf Steiner zelf.

  83. De geestelijke wereld waar o.a. Blavatsky en Steiner het over hebben is niet iets wat je m o e t geloven. Dat is iets waar je een verhouding toe kunt ontwikkelen als je dat wilt. Een van de laatste belangrijke ontwikkelingen die ik bij mijzelf heb waargenomen is dat ik van mening ben dat de tijd van geloven voorbij is. Het komt steeds meer aan op een tijd van weten. Voor mij is antroposofie geen theoretisch verhaal Floris. Ik heb daar zelf bijzondere ervaringen door beleeft en die betekenen veel voor mij. Als de antroposofie alleen maar een fantasierijk verhaal was geweest van een geniaal doch gestoord mens dan was ik er aan voorbij gegaan. Ik ben heel wat in mijn leven tegengekomen waar ik doorheen ben gegaan zonder mijzelf te zijn verliezen. Door de antroposofie (geesteswetenschap) heb ik een verbinding gekregen met het leven in mijn zelf en de wereld.

  84. Ok, kijk maar wat je doet. Overigens zul je mij zeker niet horen zeggen dat Rudolf Steiner gestoord was. Heb Mein Lebensgang binnenkort, dus dan hoor je meer.

  85. Overigens heb je gelijk als je zegt dat er meer van Steiner gelezen moet worden. Helemaal voor. Ik zeg niet dat mijn studie perfect is, afgerond, etc., verre van zelfs. maar laat dat vooral aan diverse antroposofen gezegd zijn. Tot nu toe is het teleurstellend hoe weinig van de antroposofen, die hier hebben gereageerd hebben althans, blijk hebben gegeven dat ze in staat waren iets van Steiner zelf aan te dragen. Nieuwe reactionairen en bespiegelingen over Marc Dutroux echter des te meer. Maar niemand die Steiner zelf aandurft. Maar jij dus in ieder geval wel.
    Maar doe waar je tijd en zin in hebt. Goede inhoudelijke bijdragen zijn denk ik altijd welkom.

  86. Latertje nog, maar misschien moet ik nog een ding duidelijk maken. Het gaat er mij niet om iedere vorm van spiritualiteit of een geloof in een bovenmenselijke wereld de grond in te schrijven. Bewijstechnisch ligt dit lastig, maar goed, daar heb ik het niet in eerste instantie over. Sta ook zeker open voor het boek van Pim Lommel (moet het noglezen, heb er overigens wisselende commentarten op gehoord). Maar dat is mijn expertise niet.
    Waar het mij wel om gaat is een op astrologie en aardkrachten gebaseerde rassenleer, zoals Steiner die heeft uitgewerkt in Die Mission. Het racisme van Steiner staat hier ook centraal, niet de hele antroposofie (zou ook ondoenlijk zijn). Wel is het interessant om te kijken wat de achterliggende concepten zijn en de mogelijke bronnen van Steiner. Daarom zijn de beweringen van Zander ook interessant.
    Maar zoals ik al heel vaak heb gezegd, ieder zijn geloof maar racisme is wel over de grens (wat mij betreft althans). Steiners rassenleer is hier echter het onderwerp, al heeft hij die ook mystiek ‘onderbouwd’ (zie de tekeningen aan het begin van deze discussie).

  87. Simpele maar mogelijk verhelderende vraag aan Alex:
    Als helderziendheid nu echt onmogelijk is, ben je het er dan mee eens dat het werk van Steiner een tot op zekere hoogte verwerpelijke rassenleer bevat?

    Ik vraag dit omdat het dan gewoon vastzit op de vraag hoe serieus we het fenomeen helderziendheid moeten nemen.

    En nogmaals voor de duidelijkheid:
    We hebben het niet over het apart zetten/discrimineren van bevolkingsgroepen danwel haat zaaien.
    Ik mag er vanuit gaan dat nu toch wel duidelijk is dat niemand zo tegen Steiner aankijkt.

    Gr, Jan

  88. Jan,

    Dat van die deeltjesversneller was gewoon een grapje waarmee ik wilde aangeven hoe gratuit het is om smalend te doen over dingen waar je niks van afweet.

    Dan ons bloemendebat. Je schrijft: ‘Als een hypothetisch virus een einde zou maken aan al het dierlijke leven, dan zouden bloemen nog steeds bestaan.’ Ik neem aan dat je onder ‘dierlijk leven’ ook de mens verstaat. Maar als die uitgestorven zou zijn, dan was er niemand meer die zou kunnen vaststellen dat de bloemen inderdaad nog steeds bestonden. Er zou geen enkele empirische waarneming zijn van dat (voort)bestaan van de bloemen, en dus gaat het hier louter om een veronderstelling. Misschien zouden de bloemen inderdaad blijven bestaan, maar misschien zouden ze ook allemaal (samen met de dieren en de mensen) sterven. Dat kun je gewoon niet weten.

    Hoe mensen dat soort veronderstellingen voor waarheid nemen, lees ik ook bij Alex Hemme: ‘er zijn zelfs bloemen die nog nooit zijn waargenomen en er toch zijn’, schrijft hij. Hoe kan hij dat nu weten? Als ik op dezelfde manier redeneer, kan ik zeggen: er zijn mensen met een groene huid en schubben op hun rug die niemand ooit gezien heeft maar die toch bestaan. Onzin natuurlijk. Zolang iets niet is waargenomen, blijft het een veronderstelling en niet meer dan dat. Dat bedoel ik ook wanneer ik zeg dat er zonder waarnemer geen bloem is. Uiteraard verdwijnt een bloem niet als je je ogen sluit. Maar een bloem die niet waargenomen wordt, in de zin dat niemand ze ooit gezien heeft, zo’n bloem is een product van onze fantasie.

    Ik verdedig hier nu het empirische standpunt van de wetenschap: iets is pas waar als het waar-genomen wordt. Bloemen die zonder schoonheid zouden zijn omdat er geen mens meer was die in zijn hersenen (!) gevoelens van schoonheid kon produceren, dergelijke bloemen zijn fictie want niemand kan ze ooit zien. Je kunt ze wel veronderstellen, maar dat is nog geen wetenschap. Ik verdedig hier trouwens niet alleen de wetenschap, ik verdedig ook het gezonde verstand. Wie komt nu op het idee dat de schattige baby die hij in zijn armen houdt, helemaal niet schattig is, maar dat het schattige enkel en alleen van hemzelf afkomstig is? Iemand die flink in de war is, zou ik zeggen.

    Ter ondersteuning van je subjectivistische stelling geef je het voorbeeld van de cactus. Je schrijft: ‘Pijn is geen intrinsiek onderdeel van de stekels van een cactus (…). Het fenomeen pijn hangt dus af van de aard van het subject dat in aanraking komt met de cactus.’ Je vergelijkt hier appelen met citroenen. Pijnbeleving is niet hetzelfde als schoonheidsbeleving. Het eerste is een fysieke reactie, het tweede is een oordeel. Het feit dat je die twee gelijkschakelt, illustreert je materialistische instelling: je reduceert alles tot een fysieke reactie in de hersenen. Dat is geen wetenschap, dat is ideologie. Of fictie. Zoals het ‘verhaaltje’ dat pijn is ontstaan opdat kwetsbare wezens zich zouden beschermen. Da’s inderdaad een mogelijke verklaring, maar geen feit, want het is nooit waargenomen. Trouwens, als pijn ontstaan is opdat de mens zich zou beschermen, waarom zijn die stekels van de cactus dan ontstaan? Om vijanden op een afstand te houden, zou ik zo denken. Maar hoe zouden die stekels dat kunnen als de vijand geen pijn zou voelen bij het prikken? De cactus wist dus blijkbaar dat stekels pijn doen, en daarom heeft hij ze ook ontworpen. ‘Pijn’ is bijgevolg wel degelijk een eigenschap van die stekels en niet alleen van de ‘geprikte’.

    Laten we nu jouw stelling (dat schoonheid altijd bij de waarnemer hoort en nooit bij het waargenomene) eens toepassen op dit racismedebat. Me dunkt dat je die twee wel kunt vergelijken, want het gaat in beide gevallen om een oordeel (en niet om een fysieke reactie zoals bij die cactus van jou). Welnu, als iemand een tekst van Steiner racistisch vindt, dan heeft dat in jouw visie niks te maken met de tekst zelf, maar alles met wat zich in de hersenen van de lezer afspeelt. Het racismeprobleem dat hier gesignaleerd wordt, bestaat dus alleen in het brein van de critici. Zonder hen zouden Steiners teksten gewoon neutraal zijn, niet racistisch dus. Let wel Jan , dit is jouw redenering, niet de mijne. Ik begin ze echter steeds aantrekkelijker te vinden (grapje).

    Het subjectivisme keert zich uiteindelijk tegen zichzelf. Je kunt niet beweren dat bijvoorbeeld schoonheid géén intrinsieke eigenschap is van dingen, en tegelijk volhouden dat racisme wél een intrinsieke eigenschap is van de antroposofie. Het is het één of het ander. Je kunt het subjectivisme niet aanwenden om de antroposofie tot onzin te verklaren, en het vervolgens verwerpen omdat je de antroposofie racistisch wilt noemen. Je verandert dan van standpunt al naar gelang het je goed uitkomt, en dat is niet fair. Je moet een keuze maken. Ofwel wijs je het fundament van de antroposofie af, maar dan kun je haar niet meer beschuldigen van racisme. Ofwel beschuldig je de antroposofie wél van racisme, maar dan moet je erkennen dat sommige subjectieve gevoelens (zoals ‘dit is racistisch’) een objectief karakter kunnen hebben. Ontken je dat laatste, dan heb je geen verhaal wanneer ik op die beschuldigingen antwoord: dat is jùllie (subjectieve) mening en die is niet beter of juister (lees: objectiever) dan de mijne. Ga je desondanks toch door met die beschuldigingen, dan ben je niet redelijk maar gebruik je macht.

    Nu kun je zeggen: Lieven, je wringt je in allerhande filosofische bochten om toch maar niet te moeten toegeven wat voor iedereen duidelijk is, namelijk dat de antroposofie racistisch is! Ik zou natuurlijk net hetzelfde van jou kunnen zeggen: Jan, je wringt je in allerlei bochten om de antroposofie toch maar niet serieus te hoeven nemen! Maar ik ga dat nu niet doen. In plaats daarvan zou ik even je aandacht willen vragen voor een recente – en mijns inziens zeer verhelderende – uitspraak van Floris Schreve. Aan het slot van zijn bijdrage van 1 december om 5:44 pm schrijft hij namelijk: ‘Ik denk dat je rustig kunt stellen dat iedere niet-antroposoof die je de vierde voordracht zou laten lezen zou zeggen dat er wel degelijk sprake is van racisme, tenzij die persoon zelf een racist is natuurlijk.’ Ik hoop Jan, dat je dit zinnetje even stuitend vindt als ik, want het is de meest kernachtige uitdrukking van het onredelijke machtsspelletje dat hier al de hele tijd aan de gang is.

    Floris zegt hier zonder meer dat iedereen die de antroposofie niet racistisch vindt, een racist is. Wie het dus niet met hem eens is, wordt automatisch als racist bestempeld. Ontkennen heeft geen zin, want natùùrlijk zal een racist ontkennen dat hij racist is, dat maakt hem juist tot een racist. Een antroposoof is in Floris’ ogen per definitie een racist zolang hij niet openlijk verklaart dat de antroposofie racistisch is. Maar hoe kan een antroposoof antroposoof blijven als hij ervan overtuigd is dat de antroposofie racistisch is? De antroposoof moet dus kiezen: ofwel zweert hij de antroposofie af, ofwel gaat hij als racist door het leven. Nee, dat is niet waar, zal Floris zeggen, ik wil alleen dat antroposofen zich distantiëren van Steiners rassenleer, meer niet. Hij ‘vergeet’ er wel bij te vertellen dat al zijn inspanningen erop gericht zijn aan te tonen dat die rassenleer een structureel en zelfs centraal onderdeel van de antroposofie vormt. Hij verlangt van de antroposoof dus alleen dat hij het ‘hart’ uit de antroposofie rukt. De rest van het antroposofische lichaam mag wat hem betreft gewoon blijven bestaan.

    Ga jij akkoord met dat standpunt van Floris, Jan? Als dat zo is, dan wordt een gesprek eigenlijk onmogelijk. Want hoe langer ik Steiner verdedig, des te meer profileer ik mezelf als een racist. Het doet er niet toe wàt ik zeg of wèlke argumenten ik aandraag, het loutere feit dat ik het racisme in de antroposofie ontken, bevestigt dat racisme. Ik kan me dus niet eens verdedigen, ik ben al bij voorbaat veroordeeld, en de hele antroposofie met mij. Antroposofen fungeren hier alleen als beklaagden in een schijnproces waarvan de uitkomst al lang vaststaat. Dat gevoel (sic) had ik al aan het begin, maar nu is het dus bewezen: het was niet zomaar een subjectieve indruk, het was een waarneming van de intrinsieke kwaliteit van dit debat…

  89. Lieven,

    Ik begrijp niet dat jij zo veel tekst nodig hebt om uit te leggen dat sommige subjectieve gevoelens stroken met de objectieve werkelijkheid.

    Verder vind ik dat je Floris uitspraken in de mond legt die hij niet heeft gedaan.

    Floris zegt: ‘Ik denk dat je rustig kunt stellen dat iedere niet-antroposoof die je de vierde voordracht zou laten lezen zou zeggen dat er wel degelijk sprake is van racisme, tenzij die persoon zelf een racist is natuurlijk’

    Jij maakt daarvan: ‘Floris zegt hier zonder meer dat iedereen die de antroposofie niet racistisch vindt, een racist is. Wie het dus niet met hem eens is, wordt automatisch als racist bestempeld. Ontkennen heeft geen zin, want natùùrlijk zal een racist ontkennen dat hij racist is, dat maakt hem juist tot een racist. Een antroposoof is in Floris’ ogen per definitie een racist zolang hij niet openlijk verklaart dat de antroposofie racistisch is.’

    Op basis van die door Floris niet gedane uitspraken en door jou omgevormde uitspraken kom je vervolgens met een interpretatie van wat Floris wil. Bovendien is Floris helemaal niet vergeten om, zoals jij het stelt, ‘er wel bij te vertellen dat al zijn inspanningen erop gericht zijn aan te tonen dat die rassenleer een structureel en zelfs centraal onderdeel van de antroposofie vormt’. Hij heeft dat al in het begin van deze discussie gedaan. Maar jij volgt natuurlijk deze discussie niet, zoals je eerder al aangaf.

    En dan je conclusie:

    ‘Het doet er niet toe wàt ik zeg of wèlke argumenten ik aandraag, het loutere feit dat ik het racisme in de antroposofie ontken, bevestigt dat racisme. Ik kan me dus niet eens verdedigen, ik ben al bij voorbaat veroordeeld, en de hele antroposofie met mij. Antroposofen fungeren hier alleen als beklaagden in een schijnproces waarvan de uitkomst al lang vaststaat. Dat gevoel (sic) had ik al aan het begin, maar nu is het dus bewezen: het was niet zomaar een subjectieve indruk, het was een waarneming van de intrinsieke kwaliteit van dit debat…’

    Je gevoel is bewezen? Lieven toch, alsjeblieft. Dat is volgens mij pure zelfbevestiging.
    Ik zie nu echt zo’n leesgroep antroposofen rond een tafel zitten die na het lezen van een voordracht van Steiner vertellen wat ze bij het lezen ervaren hebben , of om het jargon te gebruiken, wat het lezen opriep.
    En dan mekaar bevestigen in die gevoelens om vervolgens tot de conclusie te komen: ‘Kijk, het moet wel waar zijn wat Steiner daar vertelde, want we hebben allemaal hetzelfde ‘gezien’.
    Dat heeft echter met objectiviteit geen jota te maken, maar wel met de psychologie van bij de groep te willen horen.

    Ik heb zelf twee jaar in zo’n leesgroep gezeten. In het tweede jaar dat ik lid was, kwamen er nog 3 mensen bij die het correct weergeven van welke indruk het gelezene op hen maakte belangrijker vonden dan bij de groep te horen. Alhoewel er toen heel geanimeerde gesprekken zijn ontstaan, is die groep toen opgeheven.

    Om kort te zijn: het is hier geen discussie over we voelen, interpreteren, denken dat we weten wat anderen denken, raden van bedoelingen, gissen naar motivaties of wat dan ook in die strekking. Het is ook geen discussie om Steiner en antroposofen racisten te kunnen noemen of antroposofie opzij te kunnen zetten.

    Het gaat hier wel over wat er zwart op wit in boeken van Steiner staat geschreven. Dus of Steiner een rassenleer heeft uitgewerkt met daarin racisme en discriminatie, ja of nee.

    Ik weet niet of dat wel tot je doordringt. En eerlijk gezegd: door de steeds terugkerende slachtofferrol die je antroposofen toedicht en doordat je bijvoorbeeld spreekt over een schijnproces dat hier zou worden gevoerd, vraag ik me af in hoeverre jij wel vertrouwen hebt in je medemens?

    Groet
    Ramon

  90. Lieven, toon dan aan waar ik dat gezegd zou hebben. En deze onmachtige pogingen om van onderwerp te veranderen zijn langzamerhand wel heel doorzichtig, Nederlands Belgische kwestie, postmodernisme, Marc Dutroux, deeltjesversneller. Je bijdragen worden steeds grotesker in het hoe vermijden we het onderwerp waar het hier om te doen is. Ik kan het nog moeilijk serieus nemen.

    Moderatie: reacties samengevoegd

    Floris Schreve zegt:
    2 december 2008 at 4:55 pm

    Dus als ik Steiner lees en ik stuit op een racistische passage, dan is die passage niet racistisch, maar zit het racisme in mijn hoofd? Ik ben best voor een beetje postmodernisme, maar deze karikatuuur is echt over the top. Overigens moest Steiner zelf weinig van waarheidsrelativisme hebben. Iemand heeft hiervoor gezegd dat Steiners gedachtegoed, diep in de romantiek geworteld is en eigenlijk heel modernistisch is (Steiner had ook een tamelijk rigide vooruitgangsgeloof).
    Maar goed Lieven, het lijkt mij juist wel zinvol als je Steiner verdedigt, maar dat is kennelijk teveel gevraagd. Je maakt niet de indruk dat je zelf een tekst ter hand wil nemen. En die plaat van slachtofferschap kennen we nu wel. Wanneer ga je de antroposofen met de catacombenchristenen vergelijken, ten tijde van Nero? Hebben ze al een keertje in de Brug gedaan, zie http://users.telenet.be/antroposofie/vanaf40/b48met/b48.htm

    Floris Schreve zegt:
    2 december 2008 at 5:08 pm

    Ik zou trouwens iedereen die de antroposofie welgezind is, maar niet met tijdschrift de Brug bekend is willen aanraden om achter deze link te kijken. Je ziet veel leerzaams. Als er iets schadelijks voor de antroposofie is, zijn dat niet mijn verhalen, maar de teksten die je daar aantreft. Dus werp er zeker een blik op.

  91. Lieven, ik wil niet heel erg vervelend worden, maar jouw bijdragen beginnen bijna te lijken op het gedrag van Oboema in een ‘conflictsituatie’ (wederom Jiskefet). Doorzichtig ontwijkend gedrag, wanneer de problematiek als te bedreigend wordt ervaren.
    Op de stelling ‘uit het werk van Steiner blijkt dat er sprake is van racistische concepten, die goed zijn in te passen in de rest van de antroposofie’, kun jij alleen maar vrijblijvend gaan orakelen over deeltjesversnellers, de universele Marc Dutroux, seks met kinderen, Rembrandt en Rubens, hoofd, hart en buikmensen, bloemen en verschuivende paradigma’s. Het is allemaal niet zo heel indrukwekkend als ik zo vrij mag zijn. De vraag is wat je hier nog verder wil doen. Je zegt zelf dat je deze materie van Steiner niet of nauwelijks kent en je weigert er je ook in te verdiepen. Dus je bewijst zelfs de antroposofie geen dienst door hier af en toe vrijblijvend te komen orakelen. Behalve dat het onbedoeld vaak erg hilarisch is, bewijs je er niemand een dienst mee (de antroposofie al helemaal niet). Dus kom met iets substantieels, of geef het stokje door aan iemand die wel zinvolle input heeft.

  92. Over orakelen en Jiskefet gesproken. en ook weeral off topic natuurlijk.
    Ik heb ooit naar aanleiding van de oprichting van een school een gesprek gehad met een antroposoof, tevens de peter van een van mijn kinderen, dus quasi familie. Het ging over waarnemen en meer bepaald welke waarnemingen we in de dagelijkse praktijk van de school als uitgangspunt zouden nemen. Voor mij was dat eenvoudig: die waarnemingen die je hard kunt maken, kunt aantonen, daarmee zouden we kunnen werken.
    Hij wilde echter met waarnemingen uit de geestelijke wereld die nog niet waren aangetoond werken.
    Omdat we geen overeenstemming kregen over wat we als uitgangspunt zouden nemen, besloot ik het eenvoudig te maken en zei ik:
    ‘Laat ons dan om te beginnen iets nemen dat we beiden kunnen zien.’
    En toen wees ik een boom aan en zei ik:
    ‘Je bent toch akkoord als ik zeg dat dat een boom is?’

    Het antwoord was:
    ‘Ramon, voor jou is dat misschien duidelijk, maar voor mij kan dat wat jij boom noemt even goed iets anders zijn. Jij weet niet wat ik zie.’

    Nog diezelfde dag ben ik als initiatiefnemer uit de initiatiefgroep gestapt. Het verhaal van Lieven herinnert me aan dit voorval.

  93. Ik weet niet of een van jullie vertrouwd is met de Nederlandse serie ‘Hertenkamp’. Is een soort persiflage op een soap, alles heel erg over the top. Een soort camp op meta-niveau. Een belangrijke rol in deze serie speelt de zg spirituele academie. De gesprekken die jij (Ramon) beschrijft doen me daar erg aan denken, maar ook sommige van de bovenstaande bijdragen.

  94. Na, een dag werken thuiskomend zie ik dat er ook hier op het forum weer hard gewerkt is. En dan maar meteen iets over het forum zelf. Ik doe nu een paar dagen mee, heb zo het een en ander gelezen en geschreven en mijn indruk is dat hier door de deelnemers betrokken, veelal duidelijk uitgesproken en hoofdzakelijk op een positieve manier wordt gediscussieerd. Het is soms bijna een dialoog. Ik merk niet dat hier met macht wordt gespeeld en gewerkt. Ik ben jullie heel dankbaar voor jullie bijdragen want ik merk dat ik me er ook verder aan ontwikkel. Het is voor mij duidelijk dat ik hier door met nog meer aandacht met de antroposofie en Rudolf Steiner bezig kan zijn en het helpt mij om de zaken die ik gelezen heb weer meer in een soort van harmonie te krijgen. Ik heb ook aan een paar andere fora meegedaan.. Ging niet over antroposofie maar o.a. over de Islam – en daar heb ik goed ervaren hoe een paar mensen een compleet, op zich goed forum, kunnen vernielen en aan het forum
    ‘van ‘ Richard Dawkins. (The God Delusion) heb ik ook een tijdje meegedaan. Dat laatste is ook een goed, Engelstalig, forum maar daar doen wel veel mensen aan mee.
    Ik vind de kritiek hier soms wel pittig en daar tegenover eigenlijk te weinig kennis van zaken. Ik vind het jammer dat er over Antroposofie wordt gediscussieerd als de zogenaamde voor en tegenstanders, zich zo weinig op de hoogte hebben gesteld van het onderwerp waarover wordt gediscussieerd. Vooral de fundamentele werken van Rudolf Steiner lijken mij erg belangrijk om te kennen. Aan de andere kant zie ik ook dat een forum als dit juist een goede initiatief kan zijn om steeds meer bekend te raken met, in dit geval, de antroposofie.
    Op zijn best is dit ook een vorm van studie. Wat daarvoor gevraagd wordt is bewustwording. Bewustwording zodat je ziet dat sympathie of antipathie gevoelens je in de hand gaan nemen. Bijvoorbeeld sympathie jegens Indianen of Rudolf Steiner of antipathie jegens Indianen en Rudolf Steiner. Het is maar een voorbeeld.
    Op zijn best ‘kijk’ je met je hogere Ik , naar je gedachten als je ze denkt, naar de woorden als je ze schrijft om daarmee je gedachten zichtbaar te maken, naar de gevoelens die vanuit je onderbuik mee willen doen en zoek je de wil van waaruit je hier eigenlijk mee bezig wilt zijn.

  95. Daarom Alex, niets liever dan weer terug naar Steiner zelf. Daarom zou ik je bijdragen zeer op prijs stellen. Je hebt gezegd dat dit qua tijd niet altijd eenvoudig is, maar kijk maar wat je kunt doen.
    Zodra mijn bespreking van de Akasha-kroniek af is, hoop ik de inhoud weer nieuw leven in te blazen.

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *